Onlangs deed ik een opmerkelijke constatering bij het blind peer-reviewen van een artikel voor een wetenschappelijk tijdschrift. Niet alleen haalde de auteur in het theoretisch kader vrijwel exact dezelfde bronnen aan als ik in mijn proefschrift, hij/zij citeerde ook nog eens bijna dezelfde passages en had dezelfde interpretatie als ik. Hoewel er in de rest van het artikel verwezen werd naar de empirische resultaten en methodologische insteek van mijn dissertatie, stond er in het theoretisch gedeelte niets. Dat kan natuurlijk toeval zijn. Ik pakte mijn eigen werk er toch maar bij en toen kwam de schok. Er waren letterlijk zinnen overgeschreven. Plagiaat volgens het boekje dus.
Studentenplagiaat
Een goede docent controleert studentenwerk op plagiaat. Bij verdenking van plagiaat doe je dan aangifte bij de examencommissie. Je maakt proces-verbaal op, de examencommissie doet uitspraak en legt eventueel een straf op. In sommige gevallen is er slechts sprake van slordig omgaan met bronnen. Hier was dat niet het geval. De auteur had willens en wetens mijn theoretisch kader overgenomen en gedaan of dat het resultaat was van zijn of haar eigen intellectuele arbeid. Dat telt al als plagiaat.
Het letterlijk overschrijven van zinnen zonder duidelijk te maken dat het een citaat betreft, dus zonder aanhalingstekens en verwijzing, is de meest bekende vorm van plagiaat. Bij studenten leidt dit vrijwel altijd tot een veroordeling. Bij het opleggen van de strafmaat wordt gekeken naar de omvang: zijn het een paar zinnen dan moet bijvoorbeeld het paper over, is het 70 procent van het paper dan loopt de student het risico van schorsing.
Slim
In de wetenschap is er geen examencommissie. Ik kon geen proces-verbaal opmaken. Als ik het artikel afwees, zou de auteur het zonder probleem elders in kunnen dienen. Mijn enige optie was contact opnemen met de redactie van het Journal. Ik heb mijn constatering voorgelegd. De redactie heeft op haar beurt weinig macht. Ze hebben contact opgenomen met de auteur en gevraagd hiernaar te kijken. Het was een uitermate beleefde mail en het initatief lag vervolgens geheel bij de auteur. Vorige week kwam er reactie. “Er was een verwijzing weggevallen” en de auteur zou dit in orde gaan maken.
Dat is een slimme reactie van de auteur, maar een reactie die niet afdoende is. De verwijzing die dan weggevallen zou zijn, was “Dit kader is ontleend aan Duits (2008), ik volg hier haar interpretatie van deze auteurs”. Bovendien had er een paar keer moeten staan “volgens Duits”, om nog maar te zwijgen van de aanhalingstekens en paginanummers.
Geen controlemechanisme
De auteur mag nu een nieuwe versie indienen en ik verwacht dat de kous daarmee af is. Voor mij is dat reden tot zorg. De auteur van het stuk heeft teken gegeven van gebrekkige wetenschappelijke integriteit. In dit geval heeft de peer-review (enigszins) gewerkt, maar het was vrij toevallig dat de review werd gedaan door de geplagieerde auteur. Er is echter geen enkel mechanisme dat artikelen controleert op overschrijving. Waar we vinden dat studenten controle nodig hebben, gaan we ervan uit dat iemand die goed genoeg is om wetenschappelijk te kunnen publiceren zich uit zichzelf houdt aan de regels. Dit plagiaat heeft echter geen enkele consequentie voor de auteur. Wanneer dit artikel uiteindelijk afgewezen wordt (wat ik vermoed), kan hij of zij het doodleuk elders indienen.
Hoewel de zaak Stapel aandacht heeft gecreëerd voor academische fraude, is er niets veranderd. Het blog Copy, Shake, and Paste somt eindeloos gevallen op van fraude wereldwijd, maar er is geen tijdschrift of universiteit die iets kan betekenen in gevallen zoals deze hierboven beschreven. Wat zou er mogelijk zijn?
Maatregelen
De redactie van het Journal (internationaal, uitgegeven door Sage en gerankt in het ISI-systeem) zou de auteur kunnen blacklisten. Omdat Sage een grote uitgever is, zou dit effect kunnen hebben wanneer de auteur bij alle Sage-tijdschriften op de zwarte lijst komt.
De redactie zou ook contact kunnen zoeken met de instelling waaraan de auteur verbonden is. De auteur publiceert immers onder de ‘goedkeuring’ van die instelling. Het nemen van maatregelen is dan aan de instelling. Het is in dat geval ook mogelijk eerdere publicaties van de auteur door te lichten. Ervaring met studenten en de zaak Stapel leert ons dat fraude zich zelden beperkt tot één incident.
De kleinschaligheid van het vakgebied betekent echter dat iedereen elkaar kent. Ik denk niet dat de redactieleden de val van een iemands academische carrière in gang zullen zetten. We gaan immers allemaal uiterst redelijk en beleefd met elkaar om. Misschien maak ik het ook wel groter dan het is en is mijn academisch ego gewoon gekrenkt. Wat denkt u?