In Brussel en Straatsburg vergadert het Europees Parlement, en dat Parlement wordt al decennia lang door burgers gekozen. Toch is het enthousiasme bij burgers om te gaan stemmen voor een nieuw Europees Parlement beperkt. De opkomst bij de Europese verkiezingen laat al sinds de eerste Europese stembusgang in 1979 een dalende trend zien (zie grafiek).
Stemmen is de enige politieke activiteit die veel burgers op Europees terrein uitvoeren. De laatste jaren kwam er ook een Europees burgerinitiatief, waarmee burgers een politiek thema op de agenda van het Europees Parlement kunnen plaatsen. Het is niet verbazend dat tot dusver weinig burgers van die mogelijkheid gebruik hebben gemaakt. Hoewel burgers allerlei rechten hebben in de Europese politiek, kunnen we ons afvragen wat de daadwerkelijke invloed is die burgers op Europa kunnen uitoefenen.
Invloed op Brussel?
Kunnen burgers invloed uitoefenen op Europa? De meningen van politiek actieve burgers kunnen hier veel informatie over verschaffen. Lokale politici komen in theorie regelmatig met Europa in aanraking door Europese regels, subsidies en aanbestedingen. Denken zij invloed te hebben? Het antwoord is nee, om de simpele reden dat regels alleen over hen worden uitgestort en zij deze moeten hanteren. Lokale politici zijn misschien wel meer dan andere burgers ervan doordrongen dat zij zelf weinig zeggenschap over Europese regels hebben.
Burgers die strijden tegen het neoliberalisme en voor meer mondiale rechtvaardigheid komen tot dezelfde conclusie. Deze burgers zijn zeer activistisch ingesteld en zijn bereid zeer veel vrije tijd te steken in hun politieke activiteiten. Hun doelen gaan in de richting van een totaal ander economisch systeem, maar dit doel in de verre toekomst weerhoudt hen er niet van politiek actief te zijn. Deze burgers zien Europa echter als een onneembare vesting. Ze zien meer in het bevechten van het IMF en de Wereldbank.
Weinig invloed
Of de percepties van deze burgers en politici juist zijn, kunnen we betwijfelen. Er wordt door Europese instellingen wel degelijk een poging gedaan om de dialoog met de burger aan te gaan. De vele opiniepeilingen in opdracht van de Europese Commissie kunnen in deze richting worden opgevat. De opinies van burgers zijn dan ten minste bekend, en dan kunnen beleidsmakers daar rekening mee houden. Het Europees Parlement wordt verkozen, burgers kunnen Europarlementariërs benaderen en er bestaat een Europees burgerinitiatief.
Hoe kan het dan dat burgers toch denken dat ze geen invloed hebben op Europa? De reden ligt voor de hand: als je met een paar mensen om een tafel een beslissing moet nemen, is het makkelijk invloed uit te oefenen want de groep is overzichtelijk. Succes is niet gegarandeerd maar de kans dat je een verschil maakt is in ieder geval aanwezig. In Europa is het andersom: je kunt met honderden miljoenen burgers het ergens mee oneens zijn, maar de kans dat de beslissingen in jouw voordeel uitvallen is minimaal omdat er te veel mensen zijn en het systeem te groot is. De interpretatie dat Europa niet beïnvloedbaar is zal dus altijd blijven bestaan.
Chris Aalberts is onderzoeker politieke communicatie. Hij schreef o.a. de boeken Achter de PVV en Altijd ver weg: de moeizame relatie tussen burgers en de Europese Unie.