Horror is vooral een filmgenre. Los van een paar uitschieters als The Twilight Zone en Are You Afraid Of The Dark lijkt bang gemaakt worden gewoon niet zo goed te werken in serieformaat op het kleine scherm. Bovendien gingen die series te veel over gewoon griezelen en te weinig over dat wat horror zo fascinerend maakt: de relatie tussen seks en geweld (denk Dracula en Psycho). De geweldige serie American Horror Story keert dat tij. Bomvol grensoverschrijdende seks en bloed houdt American Horror Story ons een culturele spiegel voor.
Waanzin
Het eerste seizoen ging over een spookhuis waarvan de bewoners worstelden met hun huwelijk. Het tweede seizoen loopt nu in de VS en is nog beter dan het eerste. Hoewel een aantal acteurs zijn gebleven, zijn alle personages anders en loopt de verhaallijn niet door. Het tweede seizoen heeft Asylum als subtitel en speelt zich af in een gekkenhuis in 1964.
Het sanatorium wordt geleid door Zuster Jude (een geweldige rol van Jessica Lange) en psychiater dr. Arden (James Cromwell). De non kampt met godsdienstwaanzin, de arts met een nazistisch godcomplex. De historische setting is relevant: we bevinden ons in een overgangsfase waarin de kerkelijke ‘liefdadigheids’-benadering van geestesziekte het af zal gaan leggen tegen de klinische, wetenschappelijke methode.
Onmacht
Er valt genoeg te griezelen in American Horror Story: Asylum. Wat er gebeurt is echt eng en de spanningsboog is goed uitgewerkt. Maar de geesten, seriemoordenaar Bloody Face en al het bloed vormen niet de werkelijke horror. Die zit in de ontwikkelingen die je realistisch zou kunnen noemen. Voor mij is er geen groter schrikbeeld dan opsluiting in een psychiatrische inrichting en het verlies van je recht op zelfbeschikking. Jij wordt gek genoemd en overgeleverd aan Nurse Ratchett en Dr. Mengele. In de serie is dit sterk uitgewerkt: er wordt gespeeld met wie echt gek is, wie het faket en wie onterecht is opgesloten.
Asylum gaat over de alledaagse horror een vrouw te zijn. De vrouwen in de serie hebben geen enkele controle over hun leven. Zuster Jude verkeert in een relatieve machtspositie die ze nooit had kunnen bekleden als getrouwde vrouw, maar waarin ze het uiteindelijk altijd aflegt tegen de mannen van de katholieke kerk. Patiënt Shelley (Chloë Sevigny) kon het niet verkroppen dat alleen mannen vreemd mochten gaan en slijt daarom haar dagen nu als opgesloten nymfomaan. Journaliste Lana (Sarah Paulson) denkt vrijgevochten te zijn maar heeft als lesbienne geen zeggenschap over haar lot.
Seks en beschaving
De seks van American Horror Story is altijd de verboden seks, de seks buiten de conventionele, burgerlijke, heteroseksuele norm. Het gaat om de lust van kinderen, van gekken, van vrouwen; om de praktijken van criminelen, homoseksuelen en fetisjisten. Deze seks wordt gezien als abject (verwerpelijk, onzegbaar). Bloederige horror sluit daar goed op aan, omdat de afgehakte stukken vlees symbool staan voor het abjecte (zie ook de Alien-films). Het gaat om de grens tussen natuur en beschaving en daarmee gaat het over de dood – die onvermijdelijke natuurtoestand waarvan beschaving ons niet kan redden.
“Mental illness is the fashionable word for sin” zegt Zuster Jude in de eerste aflevering. In de tweede aflevering wordt een jongen binnengebracht die bezeten lijkt door de duivel. Voor hem geen medicijnen in dit sanatorium, maar een ouderwetse duivelsuitbanning. Religie als medicijn voor geestesziekte bezorgt kippenvel, maar de wetenschap biedt ook geen soelaas. In de serie volgt elektroshocktherapie op de diagnose homoseksualiteit. De boodschap: de absolute, patriarchale autoriteit van kerk en wetenschap zijn even angstaanjagend.
Autoriteit
De culturele spiegel van Asylum toont ons dat de verworvenheden van de tweede feministische golf fragiel zijn. Hoewel dit tweede seizoen zich afspeelt in 1964 geeft de geschiedenis geen bescherming tegen het angstbeeld dat het gekkenhuis en de visie op seksualiteit oproepen. Vooruitgang is een dun laagje chroom dat zo weggevaagd is door fanatici. Je hoeft maar even te denken aan wat de Republikeinse presidentskandidaten zeiden over abortus en homoseksualiteit, of aan de heftigheid waarmee om castratie van pedoseksuelen wordt geroepen, en je weet hoe snel we terug bij af zijn.