Niets makkelijkers dan van Mozarts Zauberflöte een gezellige familieproductie voor de kerst te maken. Een grappige flierefluiter die liever drinkt dan dat hij avonturen beleeft (nee, het is geen hobbit), een romantische held die zijn ware liefde vindt en om het spannend te houden een boze heks, die de meest spectaculaire aria van Mozart cadeau krijgt maar daarvoor een zware prijs betaalt.
Dat cliché hebben we al te vaak gezien
“Veel regisseurs hebben de neiging retro te gaan”, vertelde regisseur Simon McBurney voorafgaand aan de première, “met veel guirlandes, fluwelen gordijnen en ouderwets kunst- en vliegwerk. Maar waarom zou je deze opera zo authentiek mogelijk opvoeren zoals hij in de tijd van Mozart klonk en eruit zag? Mozart gebruikte de modernste technieken en muziekmiddelen van zijn tijd. Dan is het logisch dat ik dat ook doe.”
McBurney houdt woord in zijn Zauberflöte-versie bij De Nederlandse Opera. Niet dat hij de acteurs in hedendaagse kostuums hijst en ze in een kantoor laat rondlopen: dat cliché hebben we al te vaak gezien. Daar is McBurney een veel te goede en vindingrijke regisseur voor (hij is ook bekend als acteur, onder andere in de Harry Potter-films).
Een feest van visuele vondsten en grapjes
Een hele troep specialisten zorgt voor moderne extraatjes op het toneel. Links staat een man op een schoolbord te krijten, waarna de tekeningen op een podiumgroot scherm worden geprojecteerd (zondvloed, hellevuur, oneliners). Rechts zorgt een geluidskunstenaar voor een soundtrack onder de gesproken dialogen. Waar normaal dat Duitse gebrabbel de boel behoorlijk ophoudt (iedereen zit te wachten op de volgende Mozart-aria), haalt McBurney alles uit de kast om ook die onderdelen interessant te maken. Het orkest onder leiding van dirigent Marc Albrecht zit niet weggestopt in een orkestbak maar zetelt vóór het podium, wat voor extra afleiding zorgt.
Held Tamino heeft de ondankbare taak dat hij zijn queeste tot een goed einde moet brengen. Dan heeft vogelaar Papageno het makkelijker. Thomas Oliemans schittert als komediant, die al drinkend en pissend een wijnflessenorgel stemt en bespeelt. De koningin van de nacht is bij McBurney geen enge heks, maar een vermoeide vrouw in een rolstoel. Misschien dat ze daardoor de hoge noten van haar beroemde aria niet haalde.
Deze Zauberflöte-productie is een feest van visuele vondsten en grapjes. Jammer is alleen dat daarbij een visie op het thema van Mozarts meesterwerk ontbreekt. Die haalde als vrijmetselaar heel wat overhoop, maar dat laat McBurney grotendeels liggen. Natuur, wijsheid, reinheid, wat moeten we ermee? McBurney geeft ons een 3D-visioen, maar we weten als kijkers alleen niet waarvan.
Die Zauberflöte, t/m 30 december