Een van de sponsors van het nu al legendarische gratis gedichtenbal in de Stadsschouwburg Amsterdam van aanstaande woensdag is de SNS bank. Dit is toeval. De dichters worden betaald uit het SNS REAAL fonds en doen het niet gratis. Tsead Bruinia, een van hen, verwacht niet dat de groep een schimpdicht op het toneel gaat brengen. De belangstelling voor het evenement is overweldigend, reserveren is niet meer mogelijk.
De roep om straf voor verantwoordelijken van de ondergang van de bank zwelt aan. Maar valt schuld aan te tonen? Net als bij poëzie geldt in bankzaken dat als de materie complexer wordt voor de gemiddelde burger nauwelijks te bevatten is waar het over gaat. Dat wij uiteindelijk moeten betalen, ja, dat is duidelijk. Ik schets enkele mogelijkheden voor een alternatieve, poëtische taakstraf.
Een advertentie. Maar dan graag met een andere tekst dan de brief die alle klanten van SNS bank deze week toegestuurd gaan krijgen. Daarin wordt beweerd dat de nationalisatie geen directe gevolgen heeft. Of dat dezelfde tekst is als vanochtend in de bladen geplaatst weet ik bij dit schrijven nog niet. Het wijst meer op lijfsbehoud dan schulderkenning. Dit roept connotaties op met het huichelachtige bericht wat woningcorporatie Vestia in februari 2012 verstuurde. ‘Ik heb verachtelijke dingen gedaan en ben daarvoor gestraft’ met daaronder een foto van een kar met mannen in pak en pek en veren klinkt als een redelijk begin van het erkennen van schuld.
Vroeger hadden hoven hun hofnarren. Shakespeare schreef rond 1600 koningsdrama’s waar de elite zich nu nog steeds in schijnt te herkennen. Het hooggeëerd publiek wat ik bij mijn laatste Shakespeare zag zou ik niet weg durven zetten als gepeupel. Uit Hamlet kennen wij de beroemde uitspraak ‘To be or not to be, that’s the question’.
Aan de ellende van bankendrama’s en andere oplichterijen in Europa komt maar geen einde, dus zie ik een mogelijkheid voor moderne schrijvers om af te stappen van gemoderniseerde Shakespearevoorstellingen en gewoon als uitgangspunt te nemen wat er om ons heen gebeurt. Nu de beruchtheid van bankiers grotere proporties aanneemt kunnen bankiers best gevraagd worden om de beurt een gastrol te spelen. Mooie zin om alvast te oefenen: ‘To steal or not to steal, that’s the question.’ Met daarna een mooie sterfscène. Wellicht is dat laatste veel gevraagd, men is er aan gewend ook na de grootste flessentrekkerij gewoon weer op te schuiven naar het volgende baantje. Dus gaan wij over naar alternatieve taakstraf 3:
Deze optie spreekt voor zich. Wanneer u die niet vat bent u waarschijnlijk geen sportliefhebber.
Deze straf is feitelijk een belediging voor dichters. Een verschil tussen bankiers en dichters is dat de poëten nog dikwijls gratis hun taak volbrengen, omdat zij iets doen wat zij leuk vinden. Het grote graaien is daar nog geen bekend fenomeen. Woensdag in de Stadsschouwburg wordt ook de winnaar van Turing Nationale gedichtenwedstrijd bekend gemaakt. De prijs bedraagt 10.000 Euro. Poëzie kan in zijn hardste vorm heel confronterend zijn. Hoe? Stellen wij ons voor twee rijen schuldige bankiers op het dichterstoneel van woensdag. De voorste van elke rij leest een beschamend dichtfragment voor aan de ander. Rij 1 leest aan medebankier voor uit het werk van de vorige week gekozen dichteres des Vaderland Anne Vegter: Je had het over gevoelstemperatuur, onder nul vond je het tussen mijn dijen in de vertrekhal. Na je tas hebben we elkaar heart to heart omhelsd, man ik kon je wel pijpen van plezier. Luister je eigenlijk nog.’
De voorste bankier van rij 2 leest zijn collega de les met de eerste 2 coupletten uit ‘Le petit prince’.
Kijk de kleine prins daar staan
Hij is aan zijn vijfde wodka-ijs
Hij moet, vindt hij, weer gauw op reis
Maar komt niet van zijn plek vandaan
Hij neemt een slok, kijkt niemand aan
En levert lijdzaam het bewijs
Hoe snel een prins zonder paleis
Naar de verdommenis kan gaan
Zij dragen het gedicht over aan de volgende bankier in de rij. Mooie nationale televisie.
Ik beken, ik heb geleefd, ook ik heb fouten gemaakt. Daar kreeg ik geen 550.000 Euro per jaar voor, maar wel straf. Dat was niet altijd leuk. Maar het lijkt me volkomen terecht dat je dus meer mag verwachten van bankiers die dat bedrag ontvangen. Zeker als hun gedrag leidt tot nationalisatie van de bank door mismanagement. Ik sprak zondag met de dichter Tsead Bruinia, een van de groep dichters van het legendarische dichtfestijn in de Stadsschouwburg van woensdag die op tournee konden dankzij financiële steun van het SNS REAAL Fonds.
Volgens Tsead was het goed betaald. Ik heb niet gevraagd hoeveel, ik gun het hem van harte. Zolang ik hem ken is hij een voorvechter van de poëzie, tot ver over de landsgrenzen, met een gedrevenheid waar de gemiddelde bankier zijn neus voor ophaalt. Hij is in dit geval wellicht dus niet de meest aangewezen persoon voor een spotdicht, Tsead vertelde daar geen plannen toe te hebben.
Wellicht komt een jonge dichter tot die opstandige gedachte. Thuisblijven is een optie, maar niet verplicht. U kunt niet meer reserveren, vanaf 21.30 is er vrije toegang en het feest duurt tot 02.00 uur. In het programma ‘Met het oog op morgen’ kunt u in een speciale uitzending vanuit de Amsterdamse Stadschouwburg horen wie de winnaar is van de prijs.
Reacties? Mail naar [email protected].