Politiek

Schreeuwende burgers helpen de democratie om zeep

11-03-2013 12:00

Burgerparticipatie, zelforganisatie en zelfsturing zijn de belangrijkste bestuurlijke modewoorden van de laatste jaren. Iedereen lijkt het leuk en mooi te vinden als burgers participeren, plannen maken en verantwoordelijkheid nemen. Maar is dat wel zo mooi? We kunnen er ernstig aan twijfelen.

Een goed voorbeeld is Stadslab Leiden: een groep burgers uit Leiden die de stad mooier wil maken. Deze burgers hebben ideeën om dit te realiseren en gaan er zelf mee aan de slag. Stadslab laat zien dat burgerideeën een enorme kracht hebben en dat burgers samen tot veel in staat zijn. Een in het oog springend project van Stadslab is de nieuwe Breestraat, waar deze burgers een plan voor hebben gemaakt.

Problemen voor burgers

De Breestraat is een winkelstraat in Leiden waar 600 bussen per dag doorheen rijden. Ieder plan om de straat te veranderen heeft als probleem dat de busverbindingen zijn aanbesteed tot 2022. De bussen blijven sowieso rijden.

Toch weerhield dit Stadslab er niet van een plan te maken voor als de aanbesteding afloopt. De bussen verdwijnen, de straat wordt een voetgangersgebied en zo ontstaat een boulevard als La Rambla in Barcelona. De website laat impressies zien. Zo krijgt Stadslab voor elkaar waar het op hoopte: ook anderen vinden het plan inspirerend.

Denk nu een paar seconden na. Klopt dit verhaal?

Niets klopt

Nee, er klopt helemaal niets van. Hierboven staat de helft van het verhaal. De vraag is: verdwijnen de bussen als dit plan wordt uitgevoerd? Nee, de bussen krijgen een andere route, en dan hebben andere straten er last van. Niet alleen die omwonenden, maar ook ouderen die hun halte honderden meters zien verhuizen voelen geen enthousiasme. Dit plan wordt enthousiast ontvangen door sommige burgers. Voor anderen is het een ramp.

Wat kunnen we van Stadslab leren? Niet dat burgers ideeën hebben en plannen kunnen maken. Iedereen kan een tekening van een winkelstraat maken en daar enthousiasme mee oproepen. Iedereen wil graag een rustig voetgangersgebied en prefereert dat boven een drukke straat waar elke twee minuten een bus passeert.

Verder lopen

Die preferentie zegt niets over hoe je verschillende functies in de stad combineert. De vraag is of Stadslab een plan kan maken waarbij geen enkele burger klaagt over bussen die elke twee minuten passeren en waarbij geen enkele slecht ter been zijnde 65-plusser verder moet lopen naar een bushalte dan nu.

De PR van burgercollectieven als Stadslab is dat zelforganisatie en burgerparticipatie altijd goed zijn. De gemeente moet dan het plan van Stadslab gewoon uitvoeren, want het is door burgers gemaakt. En politiek is er voor de burger, nietwaar? De tegenargumenten liggen voor de hand, maar worden massaal verzwegen: andere burgers zijn ongetwijfeld tegen dit plan. Maar omdat veel burgers politiek niet actief zijn, horen we ze niet.

Tegen de burger?

In een democratie hebben we procedures, is er gelijkheid en voorspelbaarheid en hebben burgers het recht te reclameren. In de wereld van Stadlab mogen burgers met de grootste bek het zeggen. Zij schreeuwen om het hardst dat hun mening de enig mogelijke is. Tegenstanders zijn niet op komen dagen, kunnen minder makkelijk hun mening verwoorden of hebben het project nooit opgemerkt.

Het is in de mode om gemeenteraden en andere politieke organen te bekritiseren omdat ze niet representatief zouden zijn en niet naar de burger zouden luisteren. Dat is een probleem. Maar de representativiteit van gemeenteraden is beter dan die van een kleine club scheeuwerige burgers. Als burger kun je de gemeenteraad naar huis sturen, maar je blijft eeuwig met je schreeuwende medeburgers zitten.

Chris Aalberts schreef samen met Maurits KreijveldVeel gekwetter, weinig wol’ over de inzet van sociale media door overheid, politiek en burgers. Deze tekst is een bewerking van zijn inleiding op het D66-congres van afgelopen zaterdag.