Op een ochtend wakker worden en niet meer weten wie je bent, waar je bent en waarom je bent. Dat overkwam Daan Heerma van Voss. Hij schreef er een boek over. De Vergeting is de derde roman van de 26-jarige auteur.
Het boek opent met Daan, de ik-, hoofdpersoon en schrijver, die met zijn vader en broertje in de keuken van zijn ouderlijk huis staat. Daar maakt hij ‘Dossier Ik’, dat ervoor moet zorgen dat hij niet vergeet wie hij was op 16 januari 2012, toen hij wakker werd met Transient Global Amnesia, een aandoening die verderop in het boek helder wordt uitgelegd.
Drie bladzijden later wordt de lezer meegenomen in een vreemde, lugubere droom die Daan heeft. In één klap word je door de beeldende schrijfwijze van Daan meegenomen in een wereld waar je niks meer weet.
Verstrikt in het geheugenverlies van Daan, ervan uitgaande dat de lezer ook weinig tot niets weet van de schrijver, wordt de verwarring duidelijk. Een zoektocht naar herinneringen wordt gestart. Wat doe je als je niks meer weet?
Een overvloed aan bloemrijke taal neemt je gedurende de overige 270 pagina’s mee op deze reis. Bereid je voor op een boel persoonlijke en medische informatie en, misschien nog wel het mooiste uit het boek, de briefwisselingen tussen Daan en zijn beste vriend sinds heugenis, Daniël. Mede door middel van de brieven probeert de schrijver 16 januari te reconstrueren. De lezer leert het duo op een intieme manier goed kennen.
En dan komt het liefdesverdriet. Dat eeuwige, ellendige, gezapige, vul hier nog meer superlatieven naar wens in, liefdesverdriet. Dweperige metaforen over het ex-vriendinnetje. Ellenlange passages die mijns inziens vrij overbodig zijn. Iedereen heeft liefdesverdriet, en iedereen gebruikt zinnen als ‘de stad is een schervenzee’ om het semi-poëtisch te beschrijven.
Liefdesverdriet is bekend terrein. Ik wil weten hoe het is je geheugen te verliezen en het weer terug te vinden. Ga weg met je gedweep over de liefde. Het feit dat deze lappen tekst over te slaan zijn zonder afbreuk te doen aan het boek, zegt genoeg.
Het boek is niet chronologisch geschreven. Soms maakt dat het verhaal wat warrig, maar de geconcentreerde lezer krijgt door tijdsprongen en herinneringen, of juist de niet-herinneringen, wel een beetje het gevoel mee dat Daan waarschijnlijk gehad heeft: verwarring. De zoektocht. Wie is die jongen? Dat is wat de lezer zich afvraagt. Na bladzijde 280 is dat vrij helder.
Alles behalve een gewoon concept. In tegenstelling tot de meeste romans die de afgelopen paar jaar door jonge (import-)Amsterdamse schrijvers zijn geschreven, is de ik-vorm in De Vergeting wel toepasselijk. Waar het constante ik-gebruik soms egocentrisch aanvoelt, voelt het in De Vergeting juist oprecht en intiem.
Een onbekende aandoening die op bloemrijke en persoonlijke wijze wordt beschreven maakt dit boek food for thought. Moet je wel alles willen onthouden? En wat als je ineens niet meer weet? Wat is het vergeten waard, en wat mag je juist nooit vergeten?
De Vergeting geeft een andere blik op het geheugen en is daarom alleen al het lezen waard. En geen slecht woord over Daan’s schrijfstijl. Zeker niet voor liefhebbers van zijn bijna archaïsche taalgebruik. Maar sla die liefdespassages over.