De kogel is door de kerk. Na heel veel bureaucratisch gedoe is het bestemmingsplan voor de linkerscheldoever in Oost-Vlaanderen door de Vlaamse overheid goedgekeurd. In dit plan (zogenoemde GRUP) is onder anderen het enorme Seaftinghedok opgenomen dat dwars over het dorpje Doel geplaatst moet worden.
Het enige wat er nog moet gebeuren is een definitieve, laatste goedkeuring in mei. Daarna kan er gestart worden met uitvoeren. De plannen om het dorp van de landkaart te vegen liggen er al sinds 1998, toen er begonnen werd met het bouwen van het Deurganckdok, vlak naast Doel. Het dorp zou onleefbaar worden, dus moest het weg. Toen minder dan een jaar later de plannen voor het Seaftinghedok werden gemaakt, nam de druk alleen maar toe. Sinds 1999 vertrekken er mensen uit het dorp. Eerst met behulp van een sociaalplan van de Vlaamse overheid, later zelf. Inmiddels telt het dorp nog 28 inwoners. Dat was ooit wel anders, vertelt de 24-jarige Denis Malcorps. Hij woont sinds zijn vijfde in Doel en is actief bij het actiecomité Doel2020, voor het behoud van het dorp. “Toen ik hier kwam wonen, had het zo’n 700 inwoners. Er was een restaurant, een kledingwinkel en een kleine supermarkt. Dat is nu allemaal weg.”
Ook nu nog blijft hij hopen dat Doel mag blijven. “Ik ben wel realistisch, maar ik denk toch dat Doel nog veel potentie heeft. Het was ooit het mooiste dorp van deze regio, misschien wel van heel Vlaanderen. Er komen veel toeristen en we hebben monumentale panden, zoals de molen. Dat is de oudste van steen in Vlaanderen”, vertelt hij aan de eettafel in zijn huis- het enige dat nog bewoond is in de hele straat.
Aan de muur van zijn woonkamer hangt een grote kaart met het indeling van het gebied volgens de goedgekeurde GRUP. Een blauw rechthoek bedekt Doel. “Dat is het Seaftinghedok”, vertelt Denis. “ Dit hier onder is het Doeldok, dat is in de jaren 80 aangelegd. De helft is nu gedempt, omdat het niet lucratief was”, vertelt hij terwijl hij naar een iets kleiner rechthoek linksonder de blauwe wijst. Ook het Deurganck, waarvan de kranen bijna te zien is vanaf de achterkant van zijn huis, loopt niet echt goed. “ In de jaren 90 werd gedaan alsof het echt heel dringend was, maar het draait al jaren slecht. Ze hebben de laatste tijd wel iets meer productie van andere dokken naar het Deurganck verplaatst zodat het lijkt alsof het goed draait, maar dat is helemaal niet zo”, legt hij uit.
Kortom: een nieuw dok is helemaal niet nodig en volgens Denis is het onwaarschijnlijk dat er op de plek van Doel ooit een zal komen.
De Maatschappij Linkerscheldeoever denkt hier ander over. Dit bedrijf is verantwoordelijk voor het grondbeleid en beheer in dit gebied. “In de GRUP wordt wel rekening gehouden met het dok”, aldus een medewerkster. Maar, zo zegt zij ook: “Of de grond daadwerkelijk hiervoor gebruikt zal worden, is nog niet bekend. Er loopt momenteel een studie die de verschillende manieren om de zone in te vullen, moet bekijken. Ook kan de Vlaamse overheid om economische redenen later nog afzien van de bouw van het dok door een wijziging in de huidige GRUP.”
Op welke termijn Doel verdwijnt, durft het bedrijf niet te zeggen. Maar weg moet het, dok of geen dok. Dit is in 2006 besloten. Beleid, noemt de Vlaamse overheid dat. De bewoners van Doel noemen het belachelijk. De broer van Denis, Christof, denkt er ook zo over. “Het is heel spijtig dat ze het waarschijnlijk weg moet, het is best een uniek dorp.“ Toch blijft ook hij hopen dat de regering op miraculeuze wijze het licht ziet en zich alsnog bedenkt.
Dat laatste is onwaarschijnlijk, zeker gezien de huidige staat waarin de huizen verkeren. Sommigen staan op het punt van instorten. Tot 2009 was dit anders. Toen woonde er nog best veel huurders in Doel. Dit waren kunstzinnige krakers die tijdelijk woonrecht kregen zolang ze huur betaalden. Volgens Denis waren deze mensen een aanwinst voor het dorp. “Het had hier een soort tweede Ruigoord kunnen worden. Helaas werden ze weggejaagd door de overheid”, vertelt hij terwijl we langs het pleintje lopen waar deze kunstenaars altijd samen kwamen.
Bij dit pleintje staat een verkeersbord dat aangeeft dat automobilisten dicht bij een basisschool zijn. Het bord is perfect onderhouden, een schril contrast met de huizen in de straat. Het meest schrijnende geval is misschien wel het historische hooghuis. Dit is een van de monumenten in Doel en tot voor kort woonde hier een kunstenares. We klimmen door een omheining om het pand te bereiken. ‘1614’, het bouwjaar, prijkt er op de gevel. In de tuin staan nog wat achtergelaten kunstwerken. “De vrouw die hier woonde had veel last van vandalen, toen is ze verhuisd naar een ander huis in het dorp”, vertelt Denis terwijl we voor het pand staan met de met ijzer verzegelde ramen. Er is niemand op straat, behalve wij en een hoop troep om ons heen. Van zielige teddybeer tot ontwrichte tuinstoel. Denis haalt zijn schouders er bij op, die troep ziet hij al niet eens meer.
Weer binnen vertelt hij dat hij geen plan B heeft voor na mei. “Dat zou ik misschien wel moeten hebben”, bekent hij. Hoewel het misschien onzinnig lijkt, gaan de bewoners nog wel een procedure starten bij de rechtbank. “In al die jaren is de Raad van State een goede vriend gebleken”, zegt Denis lachend. Hij doelt op de vele rechtszaken die de bewoners van Doel tegen de autoriteiten aanspande en ook wonnen. Maar altijd nét even iets te laat om hun plannen dwars te bomen. Maar misschien, heel misschien, is het deze laatste keer nog net op tijd voordat Doel voor eeuwig tot het verleden gaat behoren.