Wie dacht dat veiligheid een gevoel is, blijkt het gruwelijk mis te hebben. En als veiligheid een gevoel is, dan ben je na het lezen van Monique Koemans (criminoloog en historicus) debuutroman 2013 nooit meer ergens veilig.
Wat er ook gebeurt: op 30 april 2013 gaat er geschiedenis geschreven worden. We krijgen een nieuwe koning. Tijdens de inhuldiging zullen zich enorme mensenmassa’s verzamelen in Amsterdam, wat het een makkelijk doelwit kan zijn voor terroristische aanslagen. Een mogelijk scenario heeft Koemans in 2013 beschreven. Het boek vertelt over Kika, haar man, gezin en au pair en over de twee journalisten die betrokken zijn bij het verhaal. De Haagse Kika is barones en haar man heeft zich van de laagste maatschappelijke klasse opgewerkt tot succesvol advocaat.
Terwijl Kika een borrel voor de Haagse elite organiseert, een sociale klasse waar ze zich alles behalve gelukkig, laat staan thuis in voelt, is Peter in Amsterdam om de ceremonie in de Nieuwe Kerk bij te wonen. Tussen de bedrijven door is een anoniem personage een aanslag voor aan het bereiden op Willem Alexander.
Het verhaal wordt verteld door de verschillende hoofdpersonen: Kika, haar man Peter, haar goede vriendin en journalist Lubna, fotograaf en ex van Kika Gijs, de Indonesische au pair Dewi en ‘de man’. Het hele verhaal speelt zich op één dag af, en ieder hoofdstuk is weer een paar minuten verder dan het vorige hoofdstuk. Zo krijg je de hele dag te lezen, ieder moment verteld vanuit telkens een ander perspectief. Een concept dat verrassend goed uitpakt: tegen alle verwachtingen in blijft de verhaallijn gedurende het boek vrij duidelijk.
Al binnen drie hoofdstukken is duidelijk wie ‘de man’ is. Dat is jammer, want het idee is ongetwijfeld geweest om de lezer tot bijna het eind te laten gissen wie ‘de man’ is. Ondanks het feit dat je eigenlijk al vrij snel weet wat er gaat gebeuren, blijft het boek tot het laatste hoofdstuk spannend. De vraag die de lezer tot het einde op het puntje van de stoel doet zitten, is de vraag of de aanslag verijdeld wordt.
Op de valreep krijgt het plot toch nog een klein beetje een verrassende wending. Verrassend als in: ergens komt het laatste gedeelte een beetje uit de lucht vallen. De man blijkt niet de enige met snode plannen. Het personage dat ineens omslaat, heeft gedurende het boek weinig aandacht gekregen, waardoor het voor de lezer wat uit de lucht komt vallen.
Naarmate het verhaal vordert, worden de personages dieper uitgewerkt. Waar in het begin een beetje de angst heerst dat het een chickthriller a la Saskia Noort is, wordt ieder personage steeds fascinerender. Iedereen blijkt een verhaal met zich mee te dragen, en pas aan het einde tonen de personages hun ware gezicht. Allemaal door een terroristische dreiging die in hun nabije kringen heerst.
Het epiloog had niet gehoeven: zonder het epiloog was er een mooi open einde geweest waar er slechts gegist kan worden naar hoe het allemaal precies is afgelopen. Ook omdat alle verhaallijnen aflopen, alleen die van ‘de man’ niet. Het was wat dat betreft beter geweest de lezer naar alles te laten gissen.
Koemans heeft verschillende onderzoeken gedaan naar het veiligheidsgevoel in Nederland. Dat maakt het boek interessanter: het is niet alleen fictie, de schrijver heeft haar research goed gedaan. Daarnaast schrijft Koemans vlot en weet ze er aan het einde toch nog interessante plotwending aan te geven.
Nadeel is wel dat je als lezer vrij panisch wordt van het verhaal, omdat het een redelijk realistisch scenario is. Ik blijf tijdens de feestvreugde op 30 april in ieder geval binnen. Aan te raden pas na de 30e te gaan lezen, dus.