Nederland wil geen republiek

29-04-2013 19:02

In de aanloop naar de inhuldiging van Willem-Alexander als koning op 30 april steekt het republikeinse genootschap zijn hoofd weer boven de grond uit. Ondanks de rotsvaste populariteit van de monarchie onder het Nederlandse volk voelen veel republikeinen nog steeds een grote behoefte om een door hun gevoelde onrechtvaardigheid rond de monarchie aan de kaak te stellen. Het alternatief zou moeten zijn: een republiek. Maar wie precies een gelukkigere Nederlander zal worden door een republiek, blijft vooralsnog onduidelijk.

De tegenstanders van de monarchie scanderen de laatste tijd met enige zendingsdrang dat het ‘2013 is’. Dit niet in een poging ons te wijzen op een omissie in onze kennis van het huidige jaartal, maar om zin te spelen op het feit dat de monarchie een ouderwets concept is. Dat is echter vrij arbitrair, zeker als je het bekijkt in samenhang met het concept republiek. Nederland is pas sinds 1814 een monarchie, waar het tussen 1588 en 1795 een republiek was. De republiek is in feite dus een veel ouderwetser concept en de monarchie een relatief moderne staatsvorm.

Monarchie is uiterst democratisch

De belangrijkste onderbuikgevoelens van republikeinen richten zich op het zogenaamde ‘ondemocratische’ gehalte van de democratie. De erfgenaam van de koning zou enkel uit de juiste baarmoeder moeten komen rollen om een bepaalde positie in de samenleving te krijgen. Dat mag dan zo zijn, maar dit betekent niet dat de monarchie een ondemocratisch instituut is. De Nederlandse constitutionele democratie is het eindproduct van de grondwetsherziening in 1848, door de Staten-Generaal. De volksvertegenwoordiging heeft de monarchie dus vastgelegd zoals hij nu is, wat democratische legitimatie geeft aan onze huidige staatsinrichting. Ook het feit dat de monarchie via deze weg afgeschaft zou kunnen worden als het volk dat wil, maakt de monarchie democratisch.

Republiek

Waar je republikeinen nooit over hoort, zijn welke voordelen een republiek dan verder voor Nederland zou moeten hebben. Profilering naar het buitenland is dat in ieder geval niet, als we kijken naar de uitgerangeerde politici wiens namen we niet kunnen herinneren die president zijn geworden in Duitsland, Italië of Ierland. Of we het voor onze vaderlandsliefde zouden moeten doen is ook maar zeer de vraag, gezien het risico op een schertsfiguur bij een volksverkiezing. Indien we zouden kiezen het parlement een president te laten benoemen, eindigen we waarschijnlijk net als andere republieken met een mastodontisauriër uit de politiek waar niemand wat mee heeft.

Het volk wil een monarchie

Er is geen peiling te vinden in de zee aan peilingen die Nederland rijk is, die ook maar in de verste verte wijst op een mogelijke meerderheid voor het afschaffen van de monarchie. Een staatsvorm van een land is nou bij uitstek iets dat goed het draagvlak onder de bevolking kan gebruiken. In dat licht is het misschien verstandig dat republikeinen in de aanloop naar 30 april eens reflecteren op de vraag wat een republiek daadwerkelijk voor Nederland zou betekenen. Hoogstwaarschijnlijk zal dat namelijk een idealistisch kaartenhuis blijken te zijn dat bij het eerste greintje praktische uitvoering genadeloos in elkaar stort.

Jaap van der Heijden, Giel van der Steenhoven en Rik van der Laan zijn studenten rechten en politicologie