Wie aan hiv of aids denkt, ziet al gauw moeders en kinderen in Afrika voor zich. Maar in dit werelddeel is de infectie vrijwel onder controle. Veel dichter bij huis heerst echter de snelst groeiende hiv-epidemie ter wereld. In Oekraïne is het aantal geïnfecteerden sinds 2001 met 250% gestegen. Onder straatkinderen is de besmetting een groot probleem. Unicef probeert deze kwetsbare kinderen te helpen met een nieuw project: Ondertussen in Odessa.
Het project is op 1 december, Wereld Aids Dag, van start gegaan. Op de speciale website vertellen vijf jongeren en een hulpverlener over hun straatleven in de havenstad Odessa. Ze worden gedurende drie jaar gevolgd door een Nederlandse Unicef-medewerker en Daimon Xanthopoulos, documentairemaker en fotograaf. De kinderrechtenorganisatie werkt samen met haar Oekraïense tak maar in het land zelf wordt nog voorzichtig omgesprongen met de vijf betrokken straatkinderen. “In Oekraïne zijn de gezichten van deze kinderen nog niet bekend”, vertelt Unicef-medewerker Veronika Vashchenko op het hoofdkantoor in Kiev. “Sommigen zitten al in rehabilitatie maar nog niet allemaal. We zijn wel van plan om de verhalen naar het Engels te vertalen.”
De bestrijding van hiv en aids onder kinderen is één van de vijf speerpunten van Unicef Oekraïne. “Hiv heeft geen grenzen en het is aan ons om deze epidemie te stoppen”, aldus Vashchenko. Bewustwording van de Oekraïners is de belangrijkste stap in dit proces. “Voor Afrika is het duidelijk dat hiv onder kinderen voorkomt, maar in Oekraïne hebben kinderen geen prioriteit.”
Er leven naar schatting 100.000 kinderen op straat in Oekraïne, maar officiële cijfers zijn niet bekend. Als gevolg van een onveilige thuissituatie met drank- en drugsgebruik, geweld en armoede, vluchten jongeren de straat op. In de zomer wonen ze op afgelegen plekken in parken en ’s winters zoeken ze de warmte op onder putdeksels en bij verwarmingsbuizen. De meesten vallen onder de risicogroep (10-19 jaar) die een verhoogde kans heeft op een hiv-infectie. De jongeren gebruiken vaak drugs en delen hun gebruikte naalden en spuiten met elkaar. Bij meisjes is de kans op overdracht door onveilige seks erg groot.
Binnen dit project werkt Unicef samen met opvanghuis The Way Home in Odessa. Deze organisatie deelt kleding en eten uit aan straatkinderen tijdens zogenaamde social patrols en probeert ze te overtuigen om van de straat af te gaan en een andere oplossing te zoeken voor hun problemen. “Het is een moeilijk en tijdrovend proces. En het is niet altijd succesvol”, vertelt collega Sergiy Prokhorov. “De kinderen zijn gewend geraakt aan het straatleven en vinden het prettig omdat het vertrouwd is. Ze weten vaak niet beter. Het helpt als ze zien het andere kinderen ook lukt om hun leven te verbeteren.”
Bij The Way Home kunnen jongeren zich laten testen op hiv en als het nodig is verdere behandeling ondergaan. Daarnaast biedt het huis allerlei activiteiten aan zoals sporten, dansen en muziek maken. “Hiermee laten ze de kinderen zien dat het anders kan. Als ze eenmaal van de straat af zijn en veilig in het opvanghuis verblijven, kunnen ze ook weer normaal naar school”, vertelt Prokhorov.
Het opvanghuis in de havenstad dient als voorbeeld voor heel Oekraïne. Het is de bedoeling dat deze methode door het hele land wordt uitgerold. “Odessa is een prachtige stad en als je de inwoners vraagt naar straatkinderen zullen ze zeggen dat die niet bestaan. Met dit project kan Unicef laten zien dat het helaas wel zo is”, aldus Vashchenko.
Unicef Oekraïne bekommert zich ook om een andere grote groep kwetsbare kinderen. Op billboards in Kiev en andere steden hangen sinds november posters van jonge kinderen die een handgeschreven bordje met ‘mama’ of ‘pappa’ vasthouden. Every child needs a family, is de kreet die erbij staat. “Familie is heel belangrijk voor een opgroeiend kind. Maar soms is het gevaarlijk of schadelijk voor een kind om thuis te blijven wonen of kunnen de ouders wegens hun slechte economische situatie de zorg voor hun kind niet meer opbrengen”, legt Vashchenko uit. “In zo’n geval worden ze naar een van de vele weeshuizen of internaten gestuurd. Na hun achttiende moeten ze dan ineens voor zichzelf gaan zorgen.” In 2011 zaten er iets meer dan 94.000 kinderen in internaten. Unicef maakt zich hard voor de sluiting van deze instellingen en moedigt alternatieven zoals een opvanghuis of pleegfamilie aan. “De Oekraïense president Viktor Janoekovitsj heeft onlangs een besluit genomen die deze plannen onderschrijft en er is nu een nationale strategie om deze zogenaamde sociale wezen te voorkomen. Er wordt dus vooruitgang geboekt maar we realiseren ons dat zo’n grote verandering in het systeem niet over één nacht ijs gaat”, aldus Vashchenko.
Foto: Anjuli Veltman