Zes leden van de familie Kooijman vormen het DNA van een nieuwe kledinglijn: Raafh. Inspiratiebronnen zijn kunstenaars Julian Schnabel, fashion-icoon Lapo Elkann en de smaak van elkaar. ‘Mijn broer vond dat er geen chique boxershorts waren.’
Het blauwe jasje is nog niet helemaal op maat, maar geeft al wel een indruk. Dit is de ‘shabby chique’ waar volgens de kenners al jaren vraag naar is. ‘Als je onder dit jasje een joggingbroek zou aantrekken is het he-le-maal af’, zegt Nadine Kooijman in haar tot atelier ingerichte woonkamer aan de Amsterdamse Kloveniersburgwal. Naast haar aan tafel zit haar broer Benjamin (37).
Hij wijst naar de foto aan het einde van de tafel. We zien Lapo Elkann, de provocatieve kleinzoon van de kleurrijke Fiat-patriarch Gianni Agnelli. Onder de muts steken een paar piekige rode haren, daaronder een strak-gesteven wit hemd, gestoken in een beduimeld wit double-breasted jasje onder een pyjamabroek met blauwe strepen. ‘Ziet er mooi uit hè’, zegt Nadine (30).
Nadine en Benjamin Kooijman zijn de twee gangmakers achter het nieuwe fashionmerk Raafh. Het duo doet ook de woordvoering van het nieuwe familiebedrijf, waarin moeder Pauline, tweelingbroers Godard en Dingeman en zusje Merin een rol spelen. ‘We zijn een soort Jacksons’, grinnikt Ben als we de vergelijking voorleggen. ‘Maar dan iets minder opgelegd, hoop ik’, zegt Nadine. ‘Die Jackson-ouders waren wel heel hard voor hun kinderen.’
Hier kunt u al iets van de najaarscollectie zien
Nadine was – na haar afstuderen aan de Haagse Koninklijke Academie – ontwerper bij onder meer Viktor & Rolf, Stills en The French Connection. ‘Bij die bedrijven voelde ik me thuis, maar ik wilde liever iets voor mezelf gaan doen’, zegt ze.
Haar broers Ben – een freelance vastgoedconsultant – Godard – een grafisch ontwerper – haar zus Merin – een creatieve strateeg – en vooral haar moeder Pauline, een opgeleide kunstenares, stimuleerden haar in die wens. Ook zij misten ‘iets’ in de huidige modewereld.
Benjamin had bijvoorbeeld dringend behoefte aan xxtra-deluxe ondergoed, nadat hij eens een strak pak had aangeschaft, terwijl haar moeder een diepe fascinatie koesterde voor draagbare straatpyjama’s. Nadine: ‘Mijn moeder is dol op Julian Schnabel, een wilde New Yorkse kunstenaar uit de Warhol-school. Die liep ook altijd rond in zijn nachtkleding, en die outfit sprak haar wel aan.’
En zie nu eens. In de kamer liggen de stoffige hersenspinsels op tafel. Ben pakt een blauw-zijden boxershort, die inderdaad anders aanvoelt dan de gemiddeld dure Björn Borgjes of goedkoop-lollige Bas Kosters van Zeeman. Het ondergoed, dat je met recht mannenlingerie zou kunnen noemen, zal tussen de 50 en 60 euro moeten gaan kosten. Broer en zus in koor: ‘We gaan wel het upper-segment proberen te bereiken!’
Nadine wijst nu naar een haakje waaraan een paar hemden hangen van textiel uit Portugal en Tokio. Deze nonchalant ogende overhemden, eentje zelfs zwart-wit gevlekt, moeten een segment gaan aanboren voor heerschappen die geen tijd hebben voor mode, maar er wel netjes-tegendraads bij willen lopen. ‘We willen iets maken voor de man die vooral zijn eigen gang gaat.’
Hebben deze nieuwe Brenninkmeijers uit het Gelderse Heelsum – vader Kooijman, arts, doet overigens niet mee aan het familie-fashionavontuur – al nagedacht over distributie? Ben: ‘We willen met een paar kleine winkels beginnen in de Amsterdamse Negen Straatjes. Of in Antwerpen.’
Om te zorgen dat de ontwerpen een strakke uitstraling krijgen, zijn de Kooijmannen een joint-venture aangegaan met het Mokumse New Tailor. De huidige collectie bestaat uit 20 stukken, variërend van Bens zijden en katoenen onderbroeken tot innovatieve bandplooibroeken en van vlotte vestjes tot nonchalante jasjes.
Het kekke blauwe jasje over de stoel dat nog moet worden ingenomen, zal in de winkel komen te hangen voor tussen de 450 en 500 euro. ‘Denk eerder 500’, knipoogt Benjamin, die vooral toeziet op de zakelijke kanten van de onderneming.
De familie vergadert een aantal keren per maand in een Amsterdams grachtenpand. Broer Dingeman, die bij Shell in dienst trad, leidt de vergaderingen, omdat hij het meeste verstand heeft van de mores van het bedrijfsleven.
Zijn tweelingbroer Godard is het tegenovergestelde: hij is een kenner van het maken van corporate logo’s en bekommert zich minder om de financiële haalbaarheid. Hij maakte de visitekaartjes van Raafh.
Merin, de zus, is weer goed in het verzinnen van namen en concepten en moeder Pauline, die er op haar 64e zo modisch uitziet dat ze met gemak op de eerste rij bij een catwalk kan plaatsnemen, blijft vernieuwende ideeën spuien. De streetpyjama, waar sommige mannen bij ThePostOnline nu al fan van is, is haar idee. Nadine: ‘Van haar heb ik het meeste geleerd.’
Nog meer zien van Raafh? Kan hier of hier.