Politieke integriteit is het onderwerp van de dag. De door schandalen geplaagde liberalen van de VVD hebben het onderwerp hoog op de agenda gezet. Dat wil niet zeggen dat er geen problemen met integriteit bij andere partijen zijn. Neem nou de Nijmeegse GroenLinks-wethouder Jan van der Meer. Hij verstrekte een lening van 100.000 euro aan een noodlijdende natuurwinkel. Probleem: die natuurwinkel is nu failliet. Belangrijker: Van der Meer lichtte de gemeenteraad niet in over de lening.
Omgaan met gemeenschapsgeld; het blijft moeilijk voor sommige bestuurders. Nadat in januari bleek dat natuurwinkel Het Groene Hert in financieel zwaar weer verkeerde besloot de wethouder op eigen houtje 100.000 euro aan het bedrijf te lenen. Dat mocht niet baten, de zaak ging failliet. Op dinsdag 13 mei zei Van der Meer vervolgens dat de gemeente de natuurwinkel moest helpen. Wat hij er niet bij vertelde was dat hij in januari al 100.000 euro had overgemaakt aan de winkel.
En nu is het bal in Nijmegen. De oppositie wil weten of Nijmegen voor de lening zekerheden heeft bedongen, of dat het geld verloren is. Van der Meer gaf eerder al toe dat er geen garanties zijn gevraagd en dat de woning van de directeur al onderpand was voor een andere lening van de bank. U leest het goed: geen garanties. Het lijkt er op dat het doek niet alleen is gevallen voor de natuurwinkel, de politieke carrière van de kwistig met geld rondstrooiende wethouder lijkt nu ook voorbij.
