In een van de voorleesboeken van mijn kinderen staat een verhaal over een kabouter die in kabouterland een glorieuze carrière hofcomponist aan het kabouterhof heeft opgebouwd. Alle kabouters in kabouterland kennen en fluiten zijn liedjes. Maar dat is niet genoeg. De kleine trompettist wil meer, hij wil succes in de grote mensen wereld. Op een dag trekt hij er dan ook op uit, zijn kleine trompet onder de arm. Zijn muziek wereldkundig maken. Iets wat hem ook lukt, doordat hij bij toeval op een grote mensen dirigent stuit.
Gegrepen, letterlijk gegrepen, door dit stuk slaat deze dirigent op hol, begint wild te dansen, klimt in bomen en lijkt even elke vorm van fatsoensregels – zo belangrijk in de grote mensen wereld – te zijn vergeten. Reden voor de dirigent om deze pakkende melodie over te brengen aan zijn blaaskapel, en daags daarop trekt hij met de fanfare door de stad, de kleine kabouter melodie spelend. Iedereen wordt gek, de politie-agent klimt hoog in de boom, de vrouw van de burgemeester slaat wild aan het dansen, volwassen mannen en vrouwen feesten onvermoeibaar én onstopbaar door tot dat de fanfare doodvermoeid stopt met spelen. Iedereen, iedereen, is weer even kind.
Een sprookje uiteraard en, gezien de leeftijd van het boek, misschien ook wel een waarschuwing/reactie op de opkomst van de popmuziek, maar Melt Yourself Down geeft mij even toch het gevoel dat dit kabouterwijsje en de grote mensen fanfare werkelijk bestaan. Het is namelijk onmogelijk om stil te blijven zitten op de opener van de debuut plaat van deze Britten.
Het pompende en snerpende riet in Fix My Life grijpt je letterlijk bij de kladden en werpt de benen – als ben je een rat in de buurt van een fluitist uit Hamellen – in ongecontroleerde vloeiende bewegingen over het plaveisel. Dansen zul je! Op de funky ritmes met een Arabische kwinkslag, zwaaien met de armen in de swing van de gejaagde saxofoon. Overgeleverd aan de beat en opgezweept door op hol geslagen elektronica en drumcomputers beweeg je je al snel als een slangenmens over straat, draai je rondjes om lantaarnpalen als een volleerd paaldanser en stamp je de voeten vol in elke plas die je onderweg passeert.
Met leden van onder andere Transglobal Underground, Zun Zun Egui en The Heliocentrics in de gelederen is Melt Yourself Down een ervaren én geoliede danstransmachine. Niet alleen in de opener, maar door heel de plaat heen wordt op wilde wijze met beats en ritmes waar geen ontkomen aan is gestrooid. Waarbij je dan ook nog eens door de saxofoon, de overduidelijke hoofdfiguur in Melt Yourself Down, voortdurend wordt voortgestuwd.
De band sluit je op in de eigen afro-centrisch funk bel, waar je opgesloten blijft tot de laatste snerpende saxofoon toon in Camel wegebt en je doodvermoeid neervalt op de plek waar je staat. Geen flauw idee wat je zo juist overkomen is, behalve dat je voor goed veertig minuten volledig hebt geleefd. Elke toon, elke uithaal op de saxofoon of uitgeschreeuwde tekstlijn en elke aanslag op wat voor percussie instrument dan ook, volledig geleefd. Los van elke conventie van volwassenheid, geheel bevrijd!