Soms ben je met iets bezig, maar stuit je op iets smakelijks waardoor je het eerste even laat liggen. Bij stukjeduiding.com blonk er goud. Meer specifiek, dictatoriaal goud. Goud om mee te schieten. De bekendste schutter met een gouden is uiteraard Francisco Scaramanga alias The Man with the Golden Gun. Hij, Christopher Lee, gebruikte er in de film overigens drie, waarvan er slechts één (losse flodders) kon schieten. Scaramanga was echter een loser met een prul vergeleken bij Saddam Hoessein. Zijn collectie schietklaar goud staat op nummer 1. Natuurlijk werd er eerst flink gehakt met goud voor er mee geschoten werd. En Garde doet een kleine greep uit het wapentuig voor de beter gesitueerden door de eeuwen heen.
Het prettige van goud is dat het niet vergaat. Dus ook al ziet het brons van een kopesh uit het 3e millennium BC er niet meer zo fraai uit, het goud is zichzelf gebleven. De kopesh was een 50–60 cm lang sikkelzwaard dat door Sumeriërs en Egyptenaren werd gehanteerd. Niet veel later werden de eerste wapens van de Minoïsche beschavingen versierd met goud, gevolgd door opgesmukte punten en sneden gedurende de Myceense periode, een andere pre-Helleense beschaving.
In het verre Oosten hanteerden de Chinezen sinds de 7e eeuw BC de jian, een tweesnijdend zwaard met een kling van 45-80 centimeter. Soms het dubbele voor de tweehandige versies (shuangshou jian). De betere jians werden in gelaagd metaal van verschillende hardheid vervaardigd. Een kunst waar de Japanners naar keken en op voortborduurden voor hun zwaarden, waarvan de katana de bekendste werd. Ook hiervan werden exemplaren ingelegd of verfraaid met goud. Als het functioneel moet blijven, blijft het op de kling wel alleen bij bladgoud.
Dichter bij huis maakten de Romeinen hun gladius niet zelden eveneens van meerdere lagen metaal in verschillende hardheid. Een vergeten proces van gelaagd smeden uit gegoten, op eigenschappen geselecteerd ijzer, is de vervaardiging van damaststaal. Een kunst uit India (circa 300 AD, mogelijk eerder), verder ontwikkeld in het Midden-Oosten, waar Damascus naamgever van werd. Eveneens staal waard om verguld te worden. Net als het Sassanidische staal uit het Perzische 2.0 rijk waar de Romeinen vanaf de 3e eeuw AD veelvuldig mee in de clinch lagen. Hun Byzantijnse neven nadien ook.
Gladius ‘Sword of Tiberius’ (foto: British Museum via romancoins.info, waar meer)
Toen kwam de islam en gingen de aanhangers hiervan steeds krommer en eensnijdiger hakken. In tegenstelling tot de latere kruisvaarders die het dubbelsnijdend rechttoe-rechtaan bleven doen. Wel steeds dunner. Via de rapier en de degen kruisten zij uiteindelijk pas eind 17e eeuw massaal hun eigen eensnijdige kromzwaarden, de sabels.
18e eeuws Ottomaans goud op damaststaal (foto: ashokaarts, waar meer)
Franse huzarensabel (foto: vikingsword-forum, waar ze meer dan alleen in vikingijzer doen)
De introductie van kruit en kogels betekende een traag verlopend einde voor blanke wapens. Wel wordt de bajonet wereldwijd nog steeds opgezet. Dus hier en daar ook verguld. Buiten de kukri* van de Gurkha’s is het officiële militaire assortiment aan (grotere) steek-, hak- en snijwapens echter vrij beperkt. Machetes kunnen wel hoofden klieven, maar worden door nette militairen alleen gebruikt om groen om te leggen.
Catharina de Grote’s (foto: Metropolian Museum of Art via designintell)
Kukri (foto: vikingsword)
Het decoreren van wapens met goud kreeg er ondanks de militaire demise van blanke wapens alleen een categorie bij. Een die in de 20e eeuw verder werd uitgebreid met semi- en full-auto goud. En meer. Saddam vergulde eveneens RPGs en -als het oog ons niet bedriegt- Ghadaffi’s schoonen lanceerden vergulde SAMs, want ook deze dictator koesterde zijn bangbling. Het wachten is nu op de eerste Gold Nukes.
SaddamSAM was passender geweest, maar het was bij Ghadaffi (foto: scrapetv)
* Voor het hameren van een stevige kukri geven Nepalese smeden de voorkeur aan bladveren van oude Mercedes trucks als basismateriaal. Goud voor het Duitse zeg maar. Het zilver gaat in Nepal naar Saab en het brons is voor de veren van Japanse vrachtwagens. Het bladveer-basismateriaal is na jaren van veerwerking op moleculair niveau perfect gepokt en gemazeld. Zo gebruikte BMW oude gietijzeren sloopblokken uit de BMW 1500 lijn (M10 motoren) als basis voor haar tot 1300 pk leverende 1.5 liter M12/13 turbo-viercilinders in de Formule 1. Liefst uitgewoonde exemplaren. Volgens verhalen piste monteurs bij BMW Motor Sport op de sloopblokken die buiten lagen te wachten om opgewerkt te worden. Erop pissen was een natuurlijk nitreringsproces. In 1983 werd Nelson Piquet World Champion in een Brabham voorzien van zo’n afgezeken, gepokt en gemazeld opgeblazen BMW blok oud ijzer.
BWM power: ‘Goud’ uit oud ijzer
Lee‘s
(Titelfoto: M60 machinegeweer in het Rock Arsenal Museum -van buckfusion.blogspot)