De tweeling heeft voor hun twaalfde verjaardag een reis naar een Europese stad naar keuze gekregen. Deze jurk bracht me samen met Kilian naar Rome.
Mijn zoon is de rust zelve. Hij is het type van ‘komen, zien en overwinnen.’ Ik vroeg hem wat ik in de blog zou schrijven, wat hij grappig vond.
“Schrijf maar op dat al die mannen naar je keken, en dat je het niet eens zag. In je jurk.” zei hij. Het klopt, ik zie het niet als mannen naar me kijken, al voel ik me nog zo mooi in mijn jurk. Jammer, dat wel.
Want in Rome, met mijn zoon naast me en in deze jurk, voelde ik me Übermaria. Niets voelt zo stoer als met je zoon op pad. Door en door vertrouwd is het ook, we zijn volledig op elkaar ingespeeld. Je kent alle hoeken en gaten van zijn karakter. Toch vallen je weer dingen op, als je alleen een paar dagen met je kind op stap gaat. Zijn rustige stabiliteit en zijn humor. We hebben wat afgelachen in Rome.
Dat hij van verandering houdt, heeft hij van mij. Hij wil zoveel mogelijk verschillende dingen zien en meemaken. We hebben de avondvierdaagse in het kwadraat in Rome gelopen, van Trevia fontein naar Coloseum naar Vaticaanstad en weer terug. Onderweg deden we natuurlijk nog Benneton aan, niet tot genoegen van Kilian, maar dat moet nu eenmaal als je een jurkenmoeder hebt. ‘s Avonds aten we pizza in een zo Italiaans mogelijk restaurant. We voerden diepe gesprekken. Over hoe je erachter kunt komen wat de bestemming van je leven is, bijvoorbeeld. Mij ontroerde zijn open geest en zijn pure inzichten. Mijn zoon is een wijsgeer.
De jurk bracht ons naar de Catacomben, net iets buiten Rome. 19 kilometer lang dodenakkers, diep onder de grond. Echte mummies van dode Christenen. Een replica van één van de mummies had drie vingers gespreid.
“Dat duidt op haar geloofsbelijdenis van de Goddelijke drie-eenheid”, lichtte de gids toe. Kilian bleef staan kijken naar die vingers. Hij checkte met zijn eigen hand hoe het eruit zag. Ik zag hem steels kijken naar de handen van andere mensen.
“Hoe weet hij dat, van die geloofsbelijdenis?” vroeg hij later aan mij,
“Het kan ook toeval zijn dat die vingers zo lagen. Wat is zijn bron?”
Hij vroeg het niet op een kritische toon. Gewoon, omdat hij het zich oprecht afvroeg. Ik voelde trots.
Het was koud in deze jurk in de Catacomben, tussen al die oude doden. De sfeer van de dood was voelbaar, bijna ruikbaar. We wilden naar huis. Naar tweelingzusje/dochter Kahdra. Naar de veilige poldergrond.
Marieke van Willigen is onderzoeksjournalist met een passie voor jurken. Meer jurken op Jurken van Maria. Meer Marieke ophaar blog en haar website.