Met een 1,6 op IMDb is The Legend of the Titanic officieel de allerslechtste tekenfilm ooit. Ik was benieuwd hoe slecht slecht is en daalde af naar de bodem van de animatiewereld.
Vergeet alle theorieën die je op Discovery voorbij hebt zien komen. De grootste scheepsramp in de moderne geschiedenis is niet te wijten aan brakke klinknagels, niet goed geïsoleerde machinekamers of de wil van Neptunus. The Legend of the Titanic vertelt de wereld eindelijk de waarheid omtrent ’s werelds beroemdste schip. De uitkomst mag gerust schokkend worden genoemd. Alvast een spoiler: de film eindigt met wat in jargon wel wordt aangeduid als het ‘omgekeerde Kabouter Wesley scenario’: iedereen is levend, einde.
Italianen mogen dan verantwoordelijk zijn voor een icoon als Pinnokkio, aan andere tekenfilms kunnen ze zich beter maar niet wagen. Regisseur Orlando Corradi, eerder verantwoordelijk voor de minder kindvriendelijke hoofdhakfilm Samurai Cop, doet er namelijk alles aan om een van de grootste menselijke drama’s ooit compleet te bagatelliseren.
Hij trapt daarmee af door een dikke muis, (nog steeds!) in een matrozenpak, zijn kleinkinderen te laten vertellen over zijn verblijf op de Titanic. Parallel aan de menselijke passagiers, wagen stereotype uitgebeelde Engelse, Franse en Braziliaanse (?!) knaagdieren namelijk ook de overtocht naar het beloofde land. De corpulente matrozenopa, in zijn flashback weer in normale proporties, sluit vriendschap met een Braziliaanse soortgenoot, die en passant laat weten de uitvinder van voetbal te zijn. De eerste indicatie dat Corradi zijn bips afveegt met historische accuraatheid schemert door.
De slechterik van het stuk, voor alle duidelijkheid uitgedost met ooglap, verschijnt al snel ten tonele. Hij wil de hand van de dochter van een welvarende passagier veroveren, zodat hij via haar vader delen van de zee verkrijgt om walvissen kapot te maken. Dochter van dienst voelt echter meer voor een knappe zigeunerprins die geforceerd zijn vrije geest demonstreert door met zijn hond over de kade te dansen.
Zodra de vlooienbaal zijn mond opent blijkt dat hij als pup in een ketel polo’s is gevallen. Dat is namelijk de enige verklaring dat een straat-retriever praat met de stem van David Attenborough. Alleen voordat hij aan boord gaat geeft hij blijk van zijn gebrek aan opvoeding, als hij zonder enige aanleiding een hardwerkende havenarbeider over zijn schoeisel urineert. De moraal is voor de kinderen vooralsnog ver te zoeken.
Aan boord loopt het al snel uit de hand. Dochter wil niets van ooglap weten, en ooglap wordt boos. Hij geeft zijn uiteraard dikke, stuntelige hulpje (misschien moeten slechteriken eens een nieuwe recruiter zoeken) opdracht haar te schaduwen. Terwijl dochter aan de boeg van het schip de zee in jankt, landt een van haar klaarblijkelijk magische tranen op een groep dolfijnen. Deze kunnen hierdoor ineens praten, wat dochter shoqueert. Met muizen diepzinnig over je ongelukkige liefdesleven debatteren, zoals ze eerder deed, doet blijkbaar geen wenkbrauw fronsen. Spontaan besluit ze dat ze ook een dolfijn wil zijn. Dat gebeurt niet.
Reguliere hobby’s als kombuizen terroriseren of proviand knagen zijn door de muizen inmiddels compleet aan de kant geschoven. In een ongewone calloboratie met de kakhond doen ze er alles aan de zigeunerprins en Elizabeth bij elkaar te brengen. Dat lukt op overtuigende wijze wanneer ze op het dek temidden van dansende muizen, honden en katten, een voor tekenfilmbegrippen vrij expliciete speekseluitwisseling delen. Het bizarre stampvoeten op nog niet in Europa uitgevonden jazzmuziek is een van de hoogtepunten van de film.
Ooglap is uiteraard not amused en zet zijn plan B in werking. Een als Danny de Vito pratende haai wordt via een fluitje omhoog gelokt en ingefluisterd dat hij het schip dan maar in puin moet slaan. Als een echte bad guy laat hij het zware werk vervolgens uitvoeren door een dommekracht. Baby-reuzeoctopus Tentacles wordt uitgedaagd een brok ijs zover mogelijk weg te gooien. Nadat gangsterhaai de coördinaten noemt slingert het met Disney-ogen uitgeruste zeemonster een halve poolkap in de Titanic. Het historisch besef van Italiaanse kleuters krijgt daarmee, net als het schip, de definitieve genadeklap.
Paniek alom op de boot, maar gelukkig is daar muizenkok Camembert (we gokken dat hij Frans is). Heroïsch bindt hij zijn snor tussen de gebroken SOS-lijn, waarna hij op gruwelijke wijze geëlektrokuteerd wordt en overlijdt. Ook Tentacles redt het niet: die zinkt in een uiterste poging het schip bijeen te houden naar de bodem van de zee. Eén lichtpuntje: iedere man en muis overleeft de schipbreuk. En laten we eerlijk zijn, dat is natuurlijk een stuk gezelliger dan mensen die dood gaan.
En dus is het feest. Trouwen, dansen en fladderende vogels. Dat hij twee minuten geleden nog lag te rotten op de oceaanbodem belemmert Tentacles niet aan te haken in de polonaise. Ook Camembert blijkt zonder uitleg uit zijn as herrezen. De ruim 1500 slachtoffers zijn daarmee officieel onerkend en kapot beledigd. Hier valt niet tegenop te sterven.