Hij was op weg naar zijn werk toen hij zich realiseerde dat hij zijn broodtrommel was vergeten. In de haast om zijn kinderen naar school te brengen, had hij hem waarschijnlijk op het aanrecht laten staan. De tram naar zijn werk was druk; hij moest staan en hij werd omringd door 50 soorten douchegel. Iets verderop zag hij een aantrekkelijke jonge vrouw. Ze was simpel maar doeltreffend gekleed. Ze droeg een zwarte kokerrok, donkere panty’s en zwarte hakken. Daarboven een losse witte blouse, die een beetje uit haar rok kwam, de mouwen opgerold om de illusie van nonchalance op te wekken. Hij verloor haar uit het oog toen hij uitstapte om zijn werkdag te beginnen.
Om half zes ’s avonds kwam hij thuis en trof zijn vrouw aan in de bank. Ze keek TV. In de woonkamer stond een strijkplank, als een zichtbaar bewijs van haar inspanning eerder die dag. Hij boog zich naar haar toe en gaf een zoen op haar wang. “Hoe was je dag?” vroeg hij.
“Goed,” antwoordde ze. “Ik heb kleren gekocht voor de kinderen en ben bij je moeder geweest.”
Ze liet een korte stilte vallen. “Jij?”
“Niks bijzonders.”
Hij keek naar de TV. Het kookprogramma dat werd uitgezonden wekte bij hem geen speciale interesse. Hij liep naar de eettafel om de krant te lezen. Hij las over gebeurtenissen die weliswaar om hem heen plaatsvonden en waarop hij nooit enige invloed op zou hebben. Hij las echter graag de krant. Niet voor het nieuws, maar ook om een beeld te krijgen van de zaken waar de mensen in de wereld zich tegenwoordig mee vermaakten.
Vanuit de woonkamer riep zijn vrouw: “Schat, kijk je even wat de kinderen aan het doen zijn?”
Hij liep naar boven en trof zijn zoon – zoals gewoonlijk – achter de computer aan. Verzonken in het spel schonk hij geen enkele aandacht aan zijn vader. Ook niet toen die naast hem ging staan, een hand op zijn schouder legde en vroeg hoe het die dag op school was geweest. Zonder zijn ogen van het scherm af te halen – of zijn handen van het toetsenbord – gaf hij met zijn schouder een klein duwtje tegen de hand van zijn vader, om hem duidelijk te maken dat hij niet gewenst was.
Zijn dochter speelde op haar kamer. Een blik op haar gesloten deur was voldoende om te weten wat er van hem verwacht werd. Een kartonnen bordje met de tekst “Niet storen” sierde de deurklink. Hij wilde dat het etenstijd was.
Zijn wens kwam snel uit. Het eten stond zoals gewoonlijk om zeven uur op tafel. Verschillende gesprekspogingen mislukten. Uiteindelijk beperkte de communicatie zich tot het verzoek om het een of het ander door te geven. Hij stelde zich ermee tevreden dat vragen om het potje zout ook een soort gesprek was. Na het eten ruimde hij zoals gewoonlijk de tafel af, zoals dat van een moderne man verwacht werd. Het servies was een huwelijksgeschenk van de vriendinnen van zijn vrouw. Hij moest zich al jaren tijdens het afwassen inhouden de porseleinen borden niet één voor één op de eikenhouten vloer kapot te gooien. Hij besefte echter dat ze daar niet veel schoner van zouden worden.
Aan het einde van de avond nam hij een lang bad. Toen hij zich klaar maakte om naar bed te gaan, bleef hij even voor de spiegel staan en bekeek zichzelf. Hij zag zijn dikke lichaam en vroeg zich af op welk moment in zijn leven hij zich zo had laten gaan. Hij was zelf steeds groter geworden, terwijl de wereld om hem heen leek gekrompen. Na zijn tanden te hebben gepoetst liep hij naar de slaapkamer en kroop naast zijn vrouw in bed. Hij gaf haar een zoen op haar wang en zei welterusten. Terwijl hij naast haar lag dacht hij hoe graag hij haar wilde bedonderen – al was het maar voor één keer – als hij ooit het lef ervoor zou hebben. Hij viel in slaap terwijl hij zich probeerde voor te stellen hoe het zou zijn om met de vrouw uit de tram naar huis te gaan. Hoe hij haar op de bank zou leggen en haar kokerrok en witte blouse zou uitdoen. Hoe hij met zijn voor één keer weer slanke lichaam tegen haar aan zou gaan liggen. Hoe hij met zijn vingers haar zachte en perfecte lichaam zou strelen. Op zoek naar iets bijzonders.
Mark Thiessen ziet soms dingen en schrijft daar proza over.