Death In June. Het is flauw om de recensie te beginnen met de naam van een andere – legendarische – band, maar het is de naam die direct bovenkomt drijven bij het debuut van Vår.
Esoterische industrial darkwave met martiale ondertoon en volle marsritmes vormen op vergelijkbare wijze het fundament onder het werk van de Deense band. Het kwart duikt op No One Dances Quite Like My Brothers ruim een half uur in de meest donker poel van postpunk, synth- en new wave om daar glorieus weer uit op te duiken.
Bouwend op de erfenis van Death In June, maar ook op de gothic wave van de vroege The Cure en de eerste lofi synthwave en industrial midjaren 1980, creëert Vår een verrassend goede eerste langspeler. Niet erg origineel en nu nog makkelijk naast die Death In June te plaatsen, maar wat boeit dat. Het is inmiddels juli, bijna augustus en dan schijnt de zon ook altijd hetzelfde. Hoor je ook nooit iemand over klagen dat dit vorig jaar al eens op de zelfde wijze is gedaan.