Ondanks het reces scheidt SP-Kamerlid Ronald van Raak een onophoudelijke stroom van Kamervragen af over wat we hier maar kortweg het PRISM-schandaal zullen noemen. Ook deze zaterdag is het weer raak, Van Raak ontwikkelt zich tot het enkelbijtertje van de immer zwijgende minister van Binnenlandse Zaken Ronald Plasterk (PvdA). Deze keer: zijn de telefoons van onze Tweede Kamerleden wel veilig?
In de Volkskrant vandaag een uit de Süddeutsche Zeitung overgeschreven verhaal over telecom-concerns – waaronder Vodafone – die de Britse geheime dienst GCHQ ter wille zijn geweest en tegen betaling zélf software hebben ontwikkeld om hun klanten in de gaten te houden. De Britse inlichtingendienst deelt deze gegevens vervolgens met hun Amerikaanse collega’s van de NSA.
De wakkere Van Raak keek vanmorgen na het lezen van dit artikel naar zijn eigen mobiele telefoon en hoorde het socialistische kwartje vallen: Tweede Kamerleden bellen met Vodafone. Hij wil daarom van Plasterk weten of Kamerleden nog veilig gebruik kunnen maken van de diensten van Vodafone, zonder het gevaar te lopen dat informatie wordt doorgespeeld naar buitenlandse geheime diensten.
Van Raak wil van Plasterk de verzekering dat Vodafone geen informatie van telefoongesprekken van Nederlandse Kamerleden doorspeelt aan buitenlandse geheime diensten. Daarnaast is hij benieuwd hoé Plasterk dat kan verzekeren. De irritatie van het Kamerlid is duidelijk leesbaar in zijn Kamervragen: “Wanneer gaat u eindelijk opheldering vragen bij de Amerikaanse regering over het massaal afluisteren van Nederlandse burgers?” wil hij van de tot nu toe zwijgende Plasterk weten.
Toch heeft Van Raak één punt over het hoofd gezien. Niet alleen Tweede Kamerleden maken gebruik van de diensten van Vodafone. De gehéle Rijksoverheid belt via deze firma.