Haar blik varieert van melancholisch tot plaatsvervangende schaamte als ze met haar gasten optrekt. Oordelen doet ze niet, uitlokken of pushen blijven uit. Ook op het moment dat je als kijker juist een eigen mening of waardeoordeel van haar wilt horen. Neem stelling trut, denk je dan, maar tevergeefs. En zo krijgt een goed gesprek een zweem van vrijblijvendheid.
Na een burnout is ze terug op televisie, Sophie Hilbrand (1975). In mijn ogen een groot talent, dat uiteindelijk niet tot de volle wasdom is gekomen, waarop ik in ieder geval gehoopt had. Een typisch voorbeeld van tv als medogenloos medium. Zo ben je het gesprek van de dag, en even snel raak je in de vergetelheid.
Tijdens het kijken naar Je zal het maar zijn (BNN) op dinsdagavond dacht ik na over nog twee generatiegenoten van Hilbrand, die die wasdom blijkbaar wél over zich afgeroepen hebben. Eva Jinek (1978), tot in den treure geïnterviewd en helaas lijdend aan overexposure. Zondag begint haar nieuwe talkshow bij de KRO. En haar tegenpool, de prettig bescheiden Annechien Steenhuizen (1977), opvolger van Sacha de Boer bij het Achtuurjournaal.
Een belangrijk verschil tussen Hilbrand en de andere vrouwelijke anchors is natuurlijk de start van hun carrière. Terwijl Sophie is geschoold bij guerillatelevisie sixpack (MTV en SBS 6), een illegale experimentele tv-rubriek waar je al je talenten mocht etaleren, zijn de andere twee klassiek geschoold bij de NOS en RTL. Jinek en Steenhuizen direct in het journalistieke (ook lichte) genre, Hilbrand vanaf 2004 bij BNN in talloze gedaantes. Van Spuiten en Slikken tot een talkshow met Katja Schuurman. Vooral het laatste project flopte volledig.
Toch is Hilbrand journalistiek gegroeid zag ik gisteravond. Een doldrieste Peter Jan Rens (Mijnheer Kaktus) met zijn veertig jaar jongere vriendin Virgina, op haar veertiende moeder van een zoon, werd met égards behandeld. Terwijl het item zich bij uitstek leende voor dédain, hoon en ultiem medelijden. Hilbrand bleef ondanks de wilde plannen van de failliete Rens, een nieuwe zender en een nieuwe dagelijkse talk-en spelshow (God behoede ons), ijzig neutraal. Ook toen Rens repte over de samenwerking met Johan Vlemmix als het personage Kweetniet, vertrok Hilbrand geen spier.
De tweede verhaallijn ging over Youssif uit Togo die én geen verblijfsvergunning krijgt én niet uitgewezen wordt. En ook het nummertje sexverslaafd, maar weer op het rechte pad, kwam mij niet onbekend voor.
Misschien is dat wel de makke van een dergelijk format met een surplus aan obligate, uitgekauwde onderwerpen. Op die manier is het ook lastig voor Hilbrand om zich te onderscheiden en alle kwaliteiten in haarzelf naar boven te halen. Zoals een Jinek en een Steenhuizen dat nu wel kunnen doen.