Het gaat te ver om te zeggen dat de gewonnen (wereld)oorlogen van vrije westerse naties de afgelopen eeuw grotendeels te danken zijn aan de vuurwapenontwerpen van John Moses Browning (1855-1926), maar het is geen grove overdrijving. Talloze ontwerpdetails, waar Browning niet zelden de eerste mee was, zie je mondiaal nog steeds terug in nieuwe ontwerpen. Hoewel hij ook een 37 mm snelvuurkanon ontwikkelde (M4), is zijn bekendste zware het M2 .50 machinegeweer in kaliber 12,7 x 99 millimeter (nominale kogeldiameter x hulslengte). Een wapen waar je van kan zeggen: wapensystemen komen, wapensystemen gaan, maar de Browning .50 zal eeuwig bestaan. Sorry voor de goedkope rijm, maar Sint waart weer rond. Wel verpietert hij elk jaar meer. De feestelijke traditie heeft er inmiddels een grimmige bij gekregen. Dit jaar bereikte het kunstmatig aangebrachte zwart van zijn assistent zelfs de VN. Hopelijk gaat de dikke Browning zich niet al 12,7 strooiend met de zwartgallige strijd om Sints knecht bemoeien.
De .50 is een stokoud vernietigend stuk vernuft, daar de eerste schoten uit een prototype al in 1918 klonken. Om het bij klanken te houden, de ‘grondtoon’ is nog ouder, uit 1900. In dat jaar patenteerde Browning een herlaad-terugslagmechanisme dat in zijn watergekoelde M1917 Browning .30 (’30-06′ 7,62 x 63 mm) machinegeweer in 1917 gestalte kreeg om nog mee te schieten in de loopgraven van WOI. Samen met de luchtgekoelde versies hiervan, de M1919 serie, bleven ze tot lang na WOII in regulier militair gebruik. De luchtgekoelde versies zijn hier en daar nog steeds niet uitgeschoten. Het is een lang verhaal, maar de .50 is eigenlijk een opgeschaalde M1917, met bijpassend opgeschaalde, ietwat Duits beïnvloedde 30-06 munitie, aangeduid als .50 BMG. Zowel het wapen als de munitie kreeg talloze varianten, met nieuwe impulsen vanaf de tachtiger jaren. Zo ook de ontwikkeling van remote-control systemen, vliegtuig&heli pods en flexibele affuiten voor allerhande platforms.
Browning M1917 (foto: wiki)
Browning M1919 (foto: wiki)
Geschiedenis
Het eerste bruikbare ontwerp verscheen in 1921 (M1921), waar vooral mee geëxperimenteerd werd. En niet alleen in de VS. Het Belgische FN bijvoorbeeld, waar Browning prima zaken mee deed, ontwikkelde haar eigen versies nadat het bedrijf in de twintiger jaren de licentierechten kocht. Een verbeterd ontwerp zag in 1932 het licht. Dit was de ‘eeuwige’, de M2, in zowel water- als luchtgekoelde uitvoeringen. De introductie van de M2 leidde tot de functionele bijnaam Ma Deuce, met ‘Ma’ voor M en ‘Deuce’ voor 2.
De alomtegenwoordige luchtgekoelde M2HB (Heavy Barrel) versie met een aanzienlijk zwaardere loop om meer warmte te kunnen verwerken, werd in 1933 in productie genomen. Dit zonder affuit 38 kilo wegende wapen kreeg aanvankelijk rechthoekige koelsleuven in het loophuis, later de typische ronde. De lichtere (28 kilo) M2 uitvoeringen met een hogere vuursnelheid, voorzien van een geperforeerde buitenmantel om de loop, zagen als AN/M2 (Army-Navy) voornamelijk dienst als vliegtuigboordwapen in vaste en flexibele opstellingen. Daarnaast scheepte de M2 zich in, in zowel water- als luchtgekoelde uitvoering.
M2 (foto: warthunder.wikia)
De Tweede Wereldoorlog
Uiteraard maakte deze oorlog massaproductie noodzakelijk, wat tot kleine detailwijzigingen leidde, voornamelijk bedoeld om productie te vergemakkelijken. De uiteindelijk circa twee miljoen geproduceerde .50s bleken zeer effectief, met name op de grond, waar de andere Browning ontwerpen eveneens zeer gewaardeerd werden. Tegenstanders moesten Ma Deuce tot op 1800-2500 meter vrezen, waarbij een verstandig iemand ook 6800 meter verderop bleef bukken. Zo ver reikte de circa 46 gram wegende standaard ball kogels toen, die met ± 895 m/sec cyclisch 450-550 keer per minuut de 114 cm lange loop van een M2HB verlieten. De pantserdoorborende AP munitie schoot op 500 meter afstand door pantserstaal van 19 mm heen. Hoog gericht kon vanaf voertuig- of luchtdoelaffuiten tot op circa 900 meter effectief vuur worden uitgebracht.
Volgens het boekje moet er met de M2 (grondgebruik) in vuurstoten van 5-7 patronen worden geschoten waarbij er per minuut niet meer dan zo’n veertig schoten worden gelost om oververhitting van de loop te voorkomen. Of een cook-off. Het wapen blijft namelijk schietklaar met een patroon in de (hete) kamer, met de afsluiter in de voorste stand. Deze stand moet samen met het afvuurmoment iedere keer gekalibreerd worden (go, no-go) als er een nieuwe loop in wordt gedraaid. Vergelijkbaar met het kleppen stellen van een automotor. Hoewel het verwisselen van de loop op zich vrij snel gaat, is het moeten afstellen met twee verschillende ‘kalibers’ om de correcte spelingen te controleren nogal onhandig en tijdrovend. Eigenlijk het enige zwakke punt in het ontwerp (inmiddels opgelost).
Waar de Britten in de lucht nogal hardnekkig op hun kleinkaliber .303 munitie bleven vertrouwen (wel uit Brownings), zweerden de Amerikanen bij hun fifty. Met drie of vier per vleugel in vaste opstellingen van jagers, batterijen in neuzen van lichte aanvalsbommenwerpers of de uiteindelijk twaalf-dertien .50s die uit geschutstorens en handbediende opstellingen van viermotorige bommenwerpers staken. Hoewel de ‘snelle’ (750-850 spm) M2 in de lucht ondanks de iets kortere loop van 99 cm -wat een lagere Vo van circa 860 m/sec opleverde- effectief was, bleek de explosieve 20 en 30 mm munitie van trager vurende zwaardere boordwapens toch effectiever. Wat de .50 na de oorlog langzaam deed uitfaseren als vliegtuigbewapening. Om nadien aan boord van helikopters en Counter Insurgency (COIN) vliegtuigen opnieuw ‘uitgevonden’ te worden.
(foto: wiki)
Het grotere schootsbereik en de effectievere munitie van snelvuurgeschut, typisch het 20 mm Oerlikon kanon, maakte dat de (watergekoelde) M2 .50 op zee al tijdens de oorlog grotendeels door zwaardere wapens werd vervangen. Maar niet overal. Op bijvoorbeeld PT-boten bleven enkele en dubbele opstellingen van luchtgekoelde M2s onverminderd standaard uitrusting. Wel in toenemende mate aangevuld met Oerlikons, 37 mm (die van Browning) of zelfs 40 mm snelvuurgeschut.
Deel 2, de periode na de Tweede Wereldoorlog. Een periode waarin de fifty op zee tijdenlang vrijwel verdwijnt en in de lucht rap op retour raakt ondanks supersnel vuur uit F-86 Sabres in Korea. Op het land blijft Ma Deuce echter hardnekkig standhouden, en niet weg te slaan.
Meer (oudere) fifies, en PT-boats, bij www.pt103.com.
De nu zeldzame watergekoelde M2
P-51 Mustang six-fifty test
Niet handig
(Titelfoto: M2HB –world.guns.ru)