Opmerkelijke ontwikkeling in het dossier van Joris Demmink, de voormalig secretaris-generaal van het ministerie van Justitie over wie al jaren geruchten de ronde doen omtrent kindermisbruik. Zijn advocaat Harro Knijff stelt dat Demmink rond 20 juli 1996 nooit in Turkije is geweest, dat blijkt uit zijn agenda. Maar Demminks Nemesis advocate Adèle van der Plas zegt dat in het dossier staat dat Demmink zijn agenda niet meer kon terugvinden toen hij werd gehoord door de Rijksrecherche.
Van der Plas schrijft in haar pleitnota (PDF) afgelopen vrijdag tijdens een zitting achter gesloten deuren in Arnhem:
“Beklaagde blijkt eind oktober 2011 te zijn gehoord in zijn eigen ministerie. Er is genoegen genomen met zijn verder niet geschraagde verweer dat hij in de periode waarover aangevers spreken, niet in Turkije is geweest, ook niet onder een andere naam. Zijn diplomatieke paspoorten uit die periode blijken vernietigd. Het computersysteem van het ministerie had na 5 jaar alle digitale reis- gegevens gewist. Papieren agenda’s waren evenmin nog aanwezig. Persoonlijke agenda’s kon beklaagde niet meer vinden. Niemand uit Demminks toenmalige omgeving kon zich persoonlijk nog herinneren of beklaagde, die toen zeer veel reisde, ook reizen naar Turkije had gemaakt.”
Demminks advocaat Knijff zei echter op vrijdag 27 september in de rechtbank van Utrecht dat
“Zijn eigen agenda laat zien dat hij op de datum van 20 juli 1996 in Nederland aanwezig was en enkele dagen daarna in Brussel.”
Maar hoe weet Van der Plas dat Demmink heeft gezegd dat hij – in tegenstelling tot wat zijn nu advocaat zegt – zijn agenda niet meer kon vinden? Dat staat in het onderzoeksdossier dat zij in augustus kreeg toegestuurd met daarin de resultaten van het ‘orienterend feitenonderzoek’ van de Rijksrecherche in de zaak.
Eind vorige maand werd bekend dat het Openbaar Ministerie een onderzoek is gestart naar Demmink. Het onderzoek richt zich op een brief van het Turkse OM, waarin staat dat Demmink ‘op 20 juli 1996 Turkije is in gereisd’. Demmink wordt ervan beschuldigd in die maand een minderjarige Turkse jongen te hebben misbruikt. Hij houdt echter vol dat hij sinds 1987 niet meer in Turkije is geweest. Het ministerie van Veiligheid en Justitie heeft een verificatieverzoek aan Turkije gestuurd. “De Turkse autoriteiten hebben het bestaan van het document bevestigd”, zei de woordvoerder van minister Ivo Opstelten (VVD) toen.
Wordt vervolgd.
Video van Knijffs opmerkelijke uitspraak met dank aan JDTV.
