Ahmet Akgündüz, rector van de Islamitische Universiteit te Rotterdam is terecht onder vuur komen te liggen. Zijn kwalijke uitspraken lijken zijn positie als rector onhoudbaar te maken en brengen in elk geval het islamitisch onderwijs in Nederland in diskrediet. Vooral zijn recente en arrogant overkomende opmerkingen in een interview in de Nederlandse media,dat de demonstraties deze zomer bij het Turkse Gezi-park het werk waren van ‘goddelozen en moskee-vijandige architecten’, ‘aanhangers van Assad die moslims doden’ en ‘mensen met een westerse levenstijl’ schoten velen in het verkeerde keelgat.
Naast Nederlanders niet alleen medemoslims van de soefi georiënteerde Anatolische emancipatiebeweging van Felullah Gülen, maar ook minister Lodewijk Asscher, die in de Tweede Kamer zei stappen te zullen ondernemen als de gewraakte uitspraken niet worden teruggenomen.
Westerse levenstijl? In de eerste plaats hadden de Gezi-protesten een meer mondiale dimensie, mede omdat door de protestanten het gandhiaanse, vandaag algemeen aanvaarde democratische middel van geweldloosheid werd gehanteerd. Ze pasten dus binnen de Turkse rechtstaat, zoals ook door president Gül en de bekende Turkse schrijver, activist en islamgeleerde Fethullah Gülen naar voren is gebracht.
Opmerkelijk is dat Akgündüz niet alleen weinig op lijkt te hebben met de westerse democratie, maar voorts ook bij uitstek sektarisch opereert. Hij behoort tot de soenitische islam (waarmee op zich niets mis is). In Turkije is dit de staatsgodsdienst, waarbij de soenitische imams zelfs het twijfelachtige ‘voorrecht’ hebben te worden betaald door de overheid. Twijfelachtig, omdat betaald door de staat tevens beheersing door de staat inhoudt. Iets wat ook decennia lang het geval is. Soms ook onderdrukking, maar minstens een beheersing. Overigens is die de laatste tijd onder de AK-partij veel minder het geval.
Staatsgodsdienst impliceert tevens,dat andere godsdiensten, zoals de Armeense, de Syrisch-Orthodoxe, de Protestantse en de Grieks-Orthodoxe, in meer of mindere mate worden gediscrimineerd. Wat velen niet weten is,dat dit ook geldt voor de islamitische (liberale) Alevieten (hun gebedshuis heet niet ‘moskee’, maar ‘cemevi‘), van wie kleine minderheden in Turkije me tijdens mijn recente onderzoek aldaar zeiden dat die het allereerst gelijkheid voor de wet zouden moeten krijgen.
Deze politiek en economisch vrij invloedrijke stroming in Turkije, kreeg echter ook bij de recente door de (soennitische) premier Erdogan voorgestelde democratische vernieuwingen helaas (nog steeds) geen rechtsgelijkheid.
In dit licht is het van belang te melden dat vorige maand het startsein is gegeven voor de bouw van een gezamenlijk reusachtig gebedscomplex in een stad bij Ankara, waar een cemevi en een (soenitische) moskee geïntegreerd naast elkaar komen te staan. Dit ambitieuze project van verzoening is het initiatief van genoemde Turkse schrijver en soefi-geleerde Fethullah Gülen en voorts van Izzettin Dogan, voorzitter van de alevietische stichting Cem. Het is door vele andere prominente leiders van de Alevieten toegejuicht als een eerste stap naar ‘vrede en hereniging’ van beide tradities.
Gezien de bloedige burgeroorlog die in Syrie gaande is, waarvan nu bijna een ieder inziet hoezeer die een sektarisch karakter heeft, kan ik ook in de Turkse situatie dit niet anders zien dan als een zeer belangrijk initiatief.
Rector Akgündüz spreekt daarentegen op zijn website over ‘een merkwaardig project’, dat hij veroordeelt. En wel omdat cemevi’s ‘niet geaccepteerd kunnen worden als gebedsruimtes’ en ‘dialoog met alevieten niet mogelijk is’, iets wat hij onderbouwt met de stelling,dat soenisme en alevitisme ‘op essentiële punten’ zouden verschillen.
Een merkwaardige stelling voor een hoge functionaris van een universiteit, waar uitwisseling van gedachten een conditio sine qua non lijkt en dialoog in het algemeen juist plaats vindt tussen mensen die van elkaar van visie verschillen.
De relatie tussen soennieten en alevieten is inderdaad nog steeds wat gespannen. Maar van een universiteitsrector verwacht je geen versterking van sektarisme, maar veeleer initiatieven om die spanning te doen verminderen. Iets zoals het geval is met het genoemde moskee-cemevi-project, waarachter de op vrede en dialoog gerichte Fethulla Gülen het brein lijkt.
Of deze rector nu nog kan worden gehandhaafd is de vraag. Ik wens minister Asscher hoe dan ook veel wijsheid in dezen.
(Dr. Hans Feddema is antropoloog, oud-docent aan de VU en publicist. Hij was recent nog korte tijd voor sociologisch onderzoek in Turkije.)