Suggestieve kop, maar toch: die ‘per ongeluk’ teveel overgemaakte 188 miljoen euro naar een handjevol Amsterdamse burgers, daarover is men voorlopig nog niet uitgesproken. Wij niet, u niet, Amsterdamse gemeenteraadsleden niet en verantwoordelijk wethouder Pieter Hilhorst (PvdA) al helemaal niet.
Zo wil de Amsterdamse raadsfractie RED Amsterdam graag van Hilhorst weten hoe dat nou precies fout kon gaan, dat overboeken van zo’n astronomisch bedrag. Fractieleider Roderic Evans-Knaup tegen ThePostOnline: ‘Je zou toch denken dat er ergens een beveiliging ingebouwd zit. Die 188 miljoen stond niet al in z’n totaal op de rekening van de gemeente te wachten tot het werd uitgegeven ofzo, dan moet een bank het toch merken dat er ineens zoveel wordt overgemaakt?’
Goed punt. Wie normaal ineens grote bedragen met zijn creditcard uitgeeft krijgt ook een belletje van de bank (bij banken met een beetje service althans). Het is op z’n zachtst gezegd vreemd dat het rekensysteem van de gemeente niet is beveiligd tegen duizenden bedragen met twee nullen teveel voor de komma.
Die vragen zal Hilhorst dan ook zeker mogen beantwoorden in de Stopera. ‘En dat is niet het enige’, laat Evans-Knaup nog weten ‘want we willen ook duidelijk krijgen of de gemeente de banken onder druk heeft gezet om dat geld zo snel weer terug te halen van die rekeningen.’
Over banken die geld terughalen gesproken: maandagavond was niemand meer beschikbaar bij de Nederlandse Vereniging van Banken om ons te vertellen hoe dat precies zit met dat ‘terugstorten’ van die 188 miljoen. Maandag leerden wij immers al dat zoiets zomaar een heel mooi grijs juridisch moeras kan worden.
Gijs Boudewijn, hoofd Betalingsverkeer bij de Nederlandse Vereniging van Banken, legt het u graag even uit:
” Wij hebben voor de gemeente een ‘hersteloperatie’ uitgevoerd. Dat wil zeggen dat het geld, waar mogelijk, weer van de rekeningen is gehaald en teruggestort op een tijdelijke, neutrale rekening bij de bank. Dat geld is nu dus in bezit van de banken maar uiteindelijk weer bestemd voor de gemeente.
Ons uitgangspunt is steeds geweest: de schade voor de consument (de burger) zoveel mogelijk beperken. Dit betekent wel dat de gemeente het risico draagt voor de volledige terugbetaling.
In sommige gevallen stond het geld niet meer op de rekening van de burger of was het geld inmiddels ergens anders aan besteed. Mensen die door het terughalen van dit geld in het rood komen te staan, en daarover rente moeten betalen, zullen door de gemeente moeten worden gecompenseerd.
Laat duidelijk zijn dat ‘herstellen’ van een storting heel wat anders is dan ‘storneren’. Het recht om te kunnen storneren is een Europees recht dat consumenten hebben waardoor men binnen 56 dagen na incasso van een aankoopbedrag alsnog een van de bankrekening afgeschreven bedrag terug kan halen. Daar heeft deze, specifieke, zaak niets mee te maken.
Onder normale omstandigheden treedt een bank nooit tussen twee partijen. Maar dit geval is uniek: het gaat om grote bedragen en veel betrokken personen, het is evident dat er een grote fout is gemaakt en er spelen grote belangen.
Bij de afweging om tussen deze twee partijen te treden staat voor ons het maatschappelijk belang voorop. De banken willen in de eerste plaats de financiële schade voor iedereen zo klein mogelijk houden en het voor burgers zo makkelijk mogelijk maken.
Soms moet je dingen gewoon doen vanuit je maatschappelijke zorgplicht. Punt.”
Duidelijk. Alhoewel, over de juridische consequenties tasten we nu nog steeds in het duister. Er staat nergens zwart op wit dat dit zomaar mag, geld terughalen van rekeningen omdat er nou eenmaal een groot belang wordt gediend. Then again: hoe duidelijk staat geschreven dat zoiets niet zou mogen?
Als het al ergens helder staat omschreven in één of andere wet, dan blijft het hoe dan ook een unieke zaak. De advocaat die naar aanleiding van deze zaak wil procederen kan zich dus verheugen op een lekkere juridische kluif. Maar ongetwijfeld zal deze zaak in menig academisch artikel of dissertatie wel weer opduiken.
De conclusie is in elk geval dat het voor de meeste burgers geen grote gevolgen zal hebben. En voor die paar mensen die nu ineens in het rood staan of anderszins op kosten worden gejaagd, zal de gemeente hoe dan ook over de brug komen.
Maar voor de wethouder, de gemeenteraad en de betrokken ambtenaren is het voorlopig nog even door een zure appel heen bijten. Wat nog wel even kan duren want wethouder Hilhorst moet eerst wachten op de resultaten van een extern onderzoek voordat hij ten minste de gemeentelijke huisbank weer fatsoenlijk onder ogen durft te komen.
En reken maar dat die huisbank reeds de nodige boos kijkende heren en dames in pak naar de Stopera heeft gestuurd om de wethouder eens ferm de beruchte ‘en waar dachten wij dat wij mee bezig waren meneertje?’-vraag te laten stellen.