U bent manager, of ondernemer, en u moet een nieuwe werknemer aannemen. Zou u dan een crimineel uitkiezen? Nee toch? Of iemand waarvan u weet dat er meer dan 50 procent kans is dat hij een crimineel is? Ook niet? Gefeliciteerd. Meer dan 50 procent van de Marokkaanse jongens is in aanraking geweest met de politie. Die wilt u blijkbaar niet aannemen, dus volgens politiek correct Nederland bent u nu officieel een smerige racist. Ja, 2013 was een zwaar jaar voor het racismedebat.
Racisme is in Nederland al lang niet meer van het typeboze blanke boeren binden negers achter hun pick-up truck. Of van milde verbazing over Niggabitch, zoals in 2011. Het is nu veel subtieler. Paradoxaal genoeg wordt het debat daardoor juist minder subtiel, want subtiliteit is moeilijker om mee om te gaan. Zwarte Piet, slavernij, Gordon: het debat is zo fel dat het nergens toe leidt. Zeker met de huidige kampen.
Enerzijds zijn er de normale mensen die soms onbewust racistisch gedrag vertonen. Een universeel verschijnsel, en niet alleen gebaseerd op risicomijdend gedrag zoals in het voorbeeld uit het begin. Soms begint het bij sociaal-darwinisme: waarom zou je tijd, geld en moeite moeten steken in zwakke groepen? Utilitaristische uitsluiting van nutteloze groepen allochtonen licht op de loer. Bovendien krijgen we steeds meer een netwerk-maatschappij, en netwerken zijn soms etnisch. Hoe vaak heeft u een Antilliaan zien werken in een Turkse stomerij? Of een Marokkaan in de bediening in een Chinees restaurant? Allemaal ondernemers die niets hebben tegen minderheden, maar gewoon liever iemand uit de eigen groep hebben. Dergelijk onbewust racisme leidt bij confrontatie vaak tot cognitieve dissonantie: mensen worden zo fel beschuldigd van racisme dat ze hun eigen racisme gaan ontkennen en goedpraten. Het liefst met rationalisatie: omdat Sinterklaas in 1828 is afgebeeld met een Zwarte Knecht, mag een blanke zich nu zwart schminken en zich met een vet Surinaams accent dom gedragen.
Anderzijds zijn er de anti-racisten. Die krijgen een rode waas voor de ogen bij alles wat ruikt naar racisme. Wie zijn hersenen gebruikt, kan nooit racistisch zijn. En vice versa. Het heeft volgens hun dus geen zin om in gesprek te gaan met iemand die al dan niet per ongeluk iets racistisch heeft gezegd. De onderbuik moet je met de onderbuik bestrijden. En wie één keer iets racistisch zegt, moet zijn hele leven al kwaadaardig zijn geweest. Gordon maakte geen dom grapje over een zingende Chinees, nee, nazi Gordon loopt vast stiekem de hele dag in SS-uniform jacht te maken op buitenlanders.
In 2013 werd het debat extra verwarrend toen een club tot beide kampen bleek te behoren. Afstammelingen van zwarte slaven wilden financiële genoegdoening van de blanke, slavendrijvende landen Nederland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk. Van de afstammelingen van Ottomaanse, Arabische en West-Afrikaanse slavendrijvers is het immers moeilijk geld plukken. Maar het resultaat is, hopelijk onbedoeld, racistisch.
In 2014 kunnen we het oplossen. Daarvoor moeten we racisme onderkennen voor wat het is. Racisme kan dom zijn, primitief, rauw. Maar het is niet altijd zo zwart-wit. Het kan ook een onbedoeld gevolg zijn van verder hele logische redeneringen, gemaakt door hele normale, aardige mensen. Geen racisten. Om dat alledaagse, banale racisme uit te bannen, zullen de anti-racisten een toontje lager moeten zingen. Zodat de onbedoelde racisten gewoon zullen zeggen: he, ik wist niet dat ik racistisch deed. Bedankt dat je me er op wees; nu kan ik me verbeteren. Mandela zou het zo gewild hebben.