Al maanden worden we geconfronteerd met nieuwsberichten over de grootschalige opslag van metadata en afluisterpraktijken van de NSA. En waarschijnlijk is het pas het topje van de ijsberg. Door een toenemende digitalisering binnen onze samenleving is het voor particulieren, de overheid en het bedrijfsleven complex om te weten wie welk inzicht heeft in de data.
Het wordt voor veel bedrijven een vereiste om gebruik te maken van een online opslaglocatie. Denk bijvoorbeeld aan de grote hoeveelheden data van klanten die worden opgeslagen en die kunnen worden gebruikt om producten en diensten nog beter op het individu af te stemmen. Maar het gaat niet meer alleen om data die online wordt opgeslagen, maar om gehele bedrijfsprocessen zoals bedrijfssoftware.
Ongeacht van locatie heeft men toegang tot bedrijfsprocessen, die bovendien vanaf meerdere apparaten kunnen worden bereikt. Waar men zich ook bevindt, er kan tussen collega’s effectiever worden gewerkt. Met alle verzamelde data kunnen verbanden worden gelegd. Op basis van eerder zoekgedrag, aankopen en voorkeuren van consumenten kunnen voorspellingen worden gemaakt op toekomstig gedrag. En dit heeft niet alleen betrekking op consumenten, maar ook op werknemers. Welke prestaties zijn geleverd? Welk gedrag is vertoond binnen de organisatie? Welke werknemers passen wel of niet binnen de organisatie? Op basis hiervan kunnen betere strategische besluiten worden genomen. Het gevolg is wel dat meer data relevant wordt en dus opgeslagen dient te worden. En daarmee wordt cloudcomputing interessant.
De prijs is afhankelijk van het gebruik, wat schaalvoordelen oplevert. IT banen binnen de organisatie raken overbodig en daarmee lijken veel banen verloren te gaan. Zo schrapt PostNL honderden banen als gevolg van een migratie naar een cloud-omgeving. Toch dient dit genuanceerd te worden, aangezien kennis in huis moet worden gehaald om de grote hoeveelheid data over klanten en werknemers te analyseren en af te stemmen op de bedrijfsstrategie.
Voordelen genoeg dus. Maar om terug te komen op het NSA verhaal, er kleven ook nadelen aan de externe opslag van data. Fysieke data, in de vorm van een bedrijfsarchief en materiaal wordt steeds vaker opgeslagen in een tijdelijke opslag. Wanneer men inbreekt in een tijdelijke opslag, waar bedrijfsmateriaal ligt opgeslagen, dan weet men dat er is ingebroken. Bij een inbraak in de cloud ligt dat minder voor de hand. Bovendien hebben overheidsinstanties, zoals de AIVD, de bevoegdheid om informatie te achterhalen die liggen opgeslagen op binnenlandse en buitenlandse servers. Wanneer het om een Amerikaanse cloudprovider gaat, mogen de Amerikanen, volgens de bekende Patriot Act, uw data binnen deze cloud opvragen. Toch is een derde van de Nederlandse bedrijven inmiddels over stag en maakt gebruik van applicaties die op een cloud draaien. Met de huidige berichtgeving over de NSA lijkt er meer bewustzijn te komen over de privacy van particulieren en het bedrijfsleven.
Eerder deze maand werd bekend dat het kabinet versneld onderzoek gaat doen naar mogelijkheden tot een publieke clouddienst, met als doel een betere privacy en bescherming van data. Ook de Europese Unie heeft recentelijk aangegeven een clouddienst op te starten als reactie op Amerikaanse datavergaring. Maar hoeven we ons geen zorgen meer te maken om de informatie die we extern opslaan en gebruiken? Jazeker wel. Het probleem wordt verlegd.