Ahmed Marcouch, een politieke biografie

22-01-2014 13:15

dossier_marcouch_530

De dadendrang van het Dagelijks Bestuur in Slotervaart (naast Marcouch, Ineke Ketelaar en Paulus de Wilt van GroenLinks), bleef niet onopgemerkt. Uit de Burgermonitor 2009, een jaarlijks onderzoek van de Gemeente Amsterdam, bleek Marcouch verreweg de bekendste stadsdeelvoorzitter van Amsterdam te zijn. In Slotervaart kende 53 procent van de inwoners hun eigen bestuurder Marcouch. Het gemiddelde in Amsterdam was toen 21 procent en in Geuzenveld was dat bijvoorbeeld slecht 15 procent. Maar belangrijker was het oordeel over de prestaties van het lokale bestuur: 46 procent van de inwoners van Slotervaart vond na drie jaar, dat het eigen bestuur goed tot zeer goed functioneerde en dat was de hoogste score van heel Amsterdam. Voor de komst van Marcouch lag dat percentage op 32 procent. Het Amsterdamse gemiddelde was 35 procent.

Hèt politieke talent van de PvdA

Met uitzondering van drie dissidenten die uit de PvdA-fractie stapte, had Marcouch ook in zijn eigen fractie, aan het einde van zijn termijn vrijwel iedereen voor zich gewonnen. In de vier jaar dat Marcouch stadsdeelvoorzitter was van het Amsterdamse stadsdeel Slotervaart, ontpopte hij zich volgens sommigen als hèt politieke talent van de PvdA. Hij was na burgemeester Job Cohen, de bekendste bestuurder van Amsterdam geworden.

Ook de landelijke en Amsterdamse PvdA-partijtop was, na vier jaar vol lof over hun kleine dappere sheriff uit Slotervaart en bedacht dat Marcouch in zijn eentje wellicht hèt PvdA-antwoord op de verfoeide Wilders zou kunnen zijn. Zijn politieke ster leek voor de buitenstaander voortdurend te rijzen. Hij leek dan ook de gedoodverfde kandidaat voor het lijsttrekkersschap tijdens de deelraadverkiezingen (die gelijk met de gemeenteraadsverkiezingen plaatsvonden) in voorjaar 2010 voor het nieuwe stadsdeel Nieuw-West waar Slotervaart, Osdorp en Geuzenveld in op zouden gaan.

Maar zo liep het niet.

Sterke afkeer

Bij de bestuurders van de twee andere stadsdelen in Nieuw-West, Osdorp en Geuzenveld, ook gedomineerd door de PvdA, was er volgens Ineke Ketelaar, die met Marcouch in het Dagelijks Bestuur zat, sprake van een sterke afkeer van Marcouch. Hier ontstond een vijandig front, gesteund door veel boze PvdA- raadsleden in deze stadsdelen, verenigd in hun weerzin tegen Marcouch. De relatie van die bestuurders met Marcouch en Ketelaar was vier jaar lang al slecht en gespannen geweest, aldus Ketelaar en Marcouch.

Wellicht dacht Marcouch zelf door alle bewieroking en bewondering dat het al een gelopen race was.

Het was, volgens Marcouch, het gevolg van een waarachtige botsing van opvattingen. Aan de ene kant, Marcouch die de buitengewoon ernstige problemen die overal in Nieuw-West speelden, snel wilde aanpakken. Aan de andere kant een groep bestuurders die geloofde dat het toch eigenlijk wel goed ging zo, die geloofde in de bekende welzijnsoplossingen en ‘trajecten’ of de problemen gewoon volledig ontkenden.

‘Deze bestuurders hadden bovendien vier jaar lang tandenknarsend moeten toekijken hoe Marcouch alle aandacht naar zich toetrok in de media,’ vertelde Ketelaar.

Aan de andere kant wisten Marcouch en zijn trawanten op de beslissende partijvergadering kennelijk te weinig van hun eigen aanhang in de benen te krijgen. Als zijn aanhang onder de gewone leden echt zo groot was, als mijn gespreksgenoten beweerden, dan had hij ruimschoots moeten winnen. Maar waar waren ze dan? Wellicht dacht Marcouch zelf door alle bewieroking en bewondering dat het al een gelopen race was. Waarschijnlijk dacht een flink deel van zijn aanhang dat ook. Veel van zijn vermeende aanhangers kwamen in ieder geval niet opdagen. Hierover later meer.

Maar er speelden ook heel andere, meer obscure krachten, volgens verschillende Marokkanen en Nederlanders die ik sprak. Juist in de lokale Marokkaanse gemeenschap in Slotervaart en bij de grote groep zogeheten stichtingsallochtonen, had Marcouch door de jaren veel vijanden gemaakt. Hij had namelijk grote twijfel over de effectiviteit van veel welzijnsorganisaties waar jaarlijks miljoenen euro’s heen stroomden. Vanaf het moment dat hij aantrad, was hij bezig om de effectiviteit van alle welzijnsclubs tegen het licht te houden en wilde hij de noodzaak van de inzet en de bekostiging van alle stichtingen opnieuw beoordelen.

Later dat jaar ontwikkelde de strijd om de eerste plek op de kieslijst zich in korte tijd tot een geschiedenis vol intriges, laster, verraad en keiharde machtspolitiek.

Twee Marokkaanse bronnen die anoniem wilden blijven en de PvdA’ers Ketelaar en Knol, waren ervan overtuigd dat de baas van een welzijnsstichting, actief in heel Nieuw-West, in augustus 2009 een kleine maar effectieve samenzwering organiseerde om Marcouch ten val te brengen door het ronselen en ‘kopen’ van stemmen, waardoor er in de maanden daarna plotseling 45 nieuwe leden van Marokkaanse afkomst werden geregistreerd bij de PvdA.

Bananenrepubliekpraktijken

Al in augustus 2009 ontving Marcouch een e-mail waarin hij werd gewaarschuwd, dat er Marokkaanse leden voor de nieuwe PvdA-afdeling Nieuw-West werden geronseld.

Het ronselen van stemmen mag natuurlijk. Maar de manier waarop dat gebeurde, was volgens de Marokkaanse insiders en de Hollandse PvdA-getrouwen op zijn zachtst gezegd, nogal dubieus. ‘Er was een groep Marokkanen actief in verschillende wijken van Slotervaart,’ vertelde deze hoogopgeleide Marokkaan die de waarschuwingsmail aan Marcouch verstuurde.

Ik sprak hem thuis in zijn mooie vrijstaande eengezinswoning in Nieuw-West. Ook hij wilde niet met zijn naam in dit verhaal. ‘Ze gingen in Overtoomse Veld bij heel veel Marokkaanse bewoners langs om te proberen ze PvdA-lid te maken, vaak familieleden en andere Marokkanen, die op de één of andere manier snel en makkelijk te  beïnvloeden waren. Het uitgesproken doel van de ronselaars was dat deze nieuwe leden bij de algemene ledenvergadering waar de PvdA-lijsttrekker gekozen werd, voor de tegenkandidaat en dus tegen Marcouch zouden stemmen. Deze nieuwe Marokkaanse leden kregen te horen, dat ze na drie maanden hun lidmaatschap weer konden opzeggen.’

‘Een Marokkaanse zakenman met veel geld’

Op dat moment moest de hele moeizame procedure rond de kandidaatstelling in september 2009 nog beginnen. Formeel was er toen nog helemaal geen kandidaat, laat staan een tegenkandidaat. Toch werden dus er volgens deze getuigen, al stemmen geworven voor een toekomstige tegenkandidaat van Marcouch. Maar even later diende zich plotseling die  tegenkandidaat aan: Achmed Baâdoud (1972), ook van Marokkaanse afkomst. Hij was tot de verkiezingen portefeuillehouder (stadsdeelwethouder) van Osdorp.

De lidmaatschapsgelden van de nieuwe Marokkaanse leden werden gefourneerd door ‘een Marokkaanse zakenman met veel geld, afkomstig uit Nieuw-West,’ zoals mijn anonieme Marokkaanse zegsman het vaag formuleerde. ‘Geld speelde geen rol. Ze probeerden deze Marokkaanse aspirant-leden over te halen met de bekende argumenten: “Je weet toch dat Marcouch tegen ons Marokkanen is en voor de joden, de Hollanders en de homo’s?” Kortom, alles werd uit de kast getrokken om te voorkomen dat Marcouch lijsttrekker zou worden en weer zou terug komen als bestuurder. Ik vond dat het echt niet kon. Dit zijn bananenrepubliekpraktijken. Je koopt gewoon vijftig stemmen en zorgt dat een bepaalde kandidaat wint. Heel gevaarlijk, want zo krijgen we een pseudo-democratie.’

Mutaties

Vanaf augustus 2009 werd inderdaad een reeks opvallende mutaties zichtbaar in het ledenbestand van de PvdA. ‘In Slotervaart waren er 225 bewoners lid van onze PvdA-afdeling,’ lichtte Hans Aertsen toe, de toenmalige voorzitter van de PvdA-afdeling Slotervaart, ‘Daarvan waren er tot augustus 2009 iets meer dan een vijfde van Marokkaanse of Turkse afkomst. Ik heb de ledenlijsten bestudeerd en weet dat er in de periode september tot en met oktober van 2009 in totaal 45 nieuwe leden van Marokkaanse afkomst werden geregistreerd. Deze plotselinge toename van het aantal Marokkaanse leden was heel opmerkelijk natuurlijk. Volgens het partijbureau van de PvdA bleek de contributie voor twintig van die nieuwe Marokkaanse leden bovendien in één keer via een contante storting op een postkantoor betaald te zijn. Ook dat is uniek. Bij een contante betaling is het natuurlijk onmogelijk om te achterhalen wie de contributie betaald heeft. Maar het PvdA-partijbureau vond dat er reglementair niks mis mee was.’

Aertsen constateerde later ook dat de 45 nieuwe Marokkaanse leden inderdaad maar één kwartaal lid waren gebleven, met uitzondering van twee leden. ‘Dat is het vierde opmerkelijk feit. Waarom word je voor slechts drie maanden lid van een partij? Het is natuurlijk ook evident dat een blok van 45 stemmen doorslaggevend kan zijn, als er op de avond van de beslissende stemming 176 PvdA-leden komen opdagen.’

Ik beschik over een kopie van deze ledenlijsten met alle namen, adressen en telefoonnummers van die ‘nieuwe’ Marokkaanse leden en weet dat de observaties van Aertsen kloppen. Bovendien werd er tijdens de derde en beslissende stemronde bij de lijsttrekkersverkiezing, zo zal verderop in dit boek blijken, aantoonbaar gefraudeerd met de elektronische stemkasten. Al deze manipulaties leidden er (onder meer) toe dat Marcouch december 2009, tijdens een zinderende vergadering de lijsttrekkersstrijd op het nippertje, met enkele stemmen verschil verloor van Achmed Baâdoud, die sinds het voorjaar van 2010 stadsdeelvoorzitter is van Nieuw-West. Hij werd op 12 december 2013 bij proclamatie (er was geen tegenkandidaat), onder klaterend applaus, opnieuw tot lijsttrekker van Nieuw-West gekozen voor de verkiezingen in maart 2014.

Uitgeteld

Na deze technische knock out leek Marcouch helemaal uitgeteld in Amsterdam, want hij had van tevoren aangekondigd, dat hij alleen als lijsttrekker wilde deelnemen aan de deelraadsverkiezingen. Marcouch besloot echter om te proberen in de gemeenteraad van Amsterdam gekozen te worden. Hij stond op een volstrekt kansloze 29ste plaats van de kandidatenlijst.

Mo Mallaouch uit de Mondriaanbuurt ging in april 2010 ook nu weer met een klein groepje jonge Marokkaanse vrijwilligers en een paar Hollandse sociaaldemocratische vertrouwelingen, aan de slag om Marcouch te helpen in de gemeenteraad te komen. Een groep van zo’n veertig, vijftig jonge Marokkanen en een handjevol Hollandse socialisten liepen zich de benen uit hun gat om de vijftigduizend flyers die Marcouch uit eigen zak had betaald en laten drukken, in de hele stad op straat uit te delen en in brievenbussen te stoppen. Marcouch deed even hard mee en liep zelf ook avonden- en nachtenlang, tot vier, vijf uur ‘s morgens de folders met zijn eigen lachende kop te verspreiden. Na de gemeenteraadsverkiezingen kwam Marcouch met ruim twaalfduizend voorkeurstemmen, direct achter lijsttrekker Lodewijk Asscher, in de Amsterdamse gemeenteraad en sleepte daarmee bijna twee zetels voor de partij binnen.

Op 11 maart werd hij als raadslid beëdigd.

Na dit eclatante verkiezingssucces en de loftuitingen van de  Amsterdamse partijtop nog maar weken eerder, lag het in de rede dat hem een wethouderspost in het college van B & W aangeboden zou worden door partijleider Asscher. Maar dat gebeurde niet. De tijd van lof, liefde en flirt was kennelijk al weer voorbij.

Vervolgens besloot Marcouch om zich eveneens kandidaat te stellen voor de Kamer. Door de val van het vierde kabinet Balkenende, waren vervroegde Tweede Kamer-verkiezingen noodzakelijk geworden, die op 9 juni 2010 plaatsgrepen. Marcouch kwam met ruim 14 duizend voorkeurstemmen in het parlement en werd lid van de PvdA-fractie in de Tweede Kamer. Van de landelijke PvdA-top mocht hij echter de functies van gemeenteraadslid en Kamerlid niet combineren. Hij werd gedwongen om te kiezen en koos voor het parlement.

In 2012, na de val van het kabinet Rutte en de daar op volgende verkiezingen, werd Marcouch voor een tweede termijn als parlementariër gekozen.

Lees ook de eerdere hoofdstukken.

Donderdag in deel 1 van hoofdstuk 5 onder andere:

Toenmalig voorzitter Hans Aertsen, merkte dat de tegenstanders van Marcouch in het nieuwe PvdA-afdelingsbestuur Nieuw-West eind 2009 ‘kwaadaardige spelletjes speelden en niet te vertrouwen waren’. In de periode rond de kandidaatstelling werden bijvoorbeeld anonieme e-mails verstuurd aan een brede kring journalisten en anderen, met de lasterlijke beschuldiging dat Marcouch meerdere vrouwen aangerand zou hebben. ‘Dat was echt een hele gemene en walgelijke beschuldiging. Daaruit bleek eigenlijk al dat het niet om de politieke inhoud ging,’ vertelde Aertsen, ‘Maar de bestuursleden uit Osdorp en Geuzenveld beweerden dat ze harde bewijzen hadden voor die vermeende aanrandingen. Die bewijzen hebben wij natuurlijk nooit gezien en die waren er ook helemaal niet.’ Edith Mastenbroek, voormalig Europarlementariër voor de PvdA, verliet direct na afloop van het demasqué, de zaal en riep: ‘Gadverdamme, wat een sof! Hoezo overwinning voor de democratie? Vanavond bleek dat Baâdoud een blik met stemmen had open getrokken met Marokkaanse jongetjes die nog nooit iemand op een partijbijeenkomst had gezien. Achteraf is gebleken dat er stemmen geronseld waren, maar dat was dus eigenlijk op die avond zelf al heel duidelijk. Want waar kwamen die jongetjes in één keer vandaan? Ze denken zeker dat we allemaal gek zijn. Dat is natuurlijk het echte verhaal, dat toen nog grotendeels onder de oppervlakte bleef. De ene kandidaat Marcouch was bezig met de politieke inhoud en zijn tegenstander Baâdoud was bezig met het manipuleren van de verkiezingsuitslag. Dat noemt hij een zege van de democratie.’