Ik hoorde deze week iemand zeggen dat Blendle de papieren krant kapot gaat maken. Zelf heb ik nooit iets gehad met ‘de papieren krant’, maar het is fascinerend om te zien hoe de ontwikkelingen verlopen. In de bus, bij familie of op werk, hoor ik ouderen wel eens klagen over de asociale jongeren met hun telefoontjes in de hand en koptelefoons op. Voor sommigen gaat de techniek te snel, maar ik vind dat het niet snel genoeg kan gaan.
De oudere generaties zijn behoorlijk sceptisch over de techniek waar wij zo van houden. Wij, de jonge generatie, zijn asociaal, want praten doen we niet meer met onze mond. In plaats daarvan voeren we gesprekken via de SMS (=Whatsapp). Wij luisteren alleen veel te harde, slechte bass-drum-kick-geluidjes, wat we dan ook nog “muziek” noemen. Wij vinden zo’n uitspraak van de ouderen gelijk dom. Het is een feit dat de jongeren van tegenwoordig meer online en digitaal communiceren. Ik denk niet dat het ons asociaal maakt, maar juist gewoon sociaal op onze manier.
Is het digibetisme waar de oudjes mee te kampen hebben, of is het de snelheid van de veranderingen? Voor mensen die geboren zijn ten tijde van de eerste tv’s is het kijken van bijvoorbeeld live voetbal op een mobiele telefoon, iets wat wij doen, haast onwerkelijk. Er heeft de laatste honderd jaar een aardverschuiving plaatsgevonden op technisch gebied en dat is voor de tieners van nu amper te beseffen. Wij wachten continu op de nieuwe ontwikkelingen, terwijl de meeste ouderen steeds weer verbaasd zijn over wat er morgen mogelijk is.
De Nederlandse filosoof Peter-Paul Verbeek vertelt in een mini-college dat de mens en de techniek vaak gescheiden worden genoemd. Het zijn de levenloze, gevoelloze apparaten tegenover de mens met gevoel en vrije wil. Terwijl de mens, stelt Verbeek, niet te begrijpen is zonder de techniek. We vervoeren ons door middel van techniek, we koken door middel van techniek en we onderhouden onze contacten door middel van de techniek. De mens is altijd al een soort cyborg geweest. We hebben altijd al voor de helft uit techniek bestaan: denk bijvoorbeeld aan een bril of lenzen, waar we niet zonder kunnen.
“Toen de brief ooit kwam, zijn er vast ook mensen geweest die dachten: ‘We gaan toch niets opschrijven? Je gaat toch naar elkaar toe om met elkaar te praten? Absurd!’ Elke vriendschap en (bijna) elke manier van communiceren heeft de techniek nodig gehad om er vorm aan te geven.” maakt Verbeek duidelijk uit in het college.
Andere bekende varianten op Verbeeks uitspraak zijn bijvoorbeeld: “Je gaat toch stappen om op zoek te gaan naar een liefdesrelatie? Dat ga je toch niet via Tinder doen?” of “Je schrijft toch een vakantiekaart en post het daarna? Dat ga je toch niet online via Hallmark doen?” Maar de e-cards van Hallmark zijn niets meer dan een moderne versie van de papieren ansichtkaart en Tinder is meer dan een app: het is een soort vleeskeuring. Dat klinkt erg fout, maar ontken eens dat je tijdens een bezoek aan de discotheek mensen op basis van hun uiterlijk keurt. Het is niet meer dan bestaande middelen in een simpel, modern jasje.
Zolang wij weten hoe we met de nieuwe media om moeten gaan, hoe we via deze media moeten communiceren en hoe we zo onze vriendschappen onderhouden, zijn we helemaal niet asociaal bezig. Het internet biedt ons juist nieuwe mogelijkheden en kansen om meerdere mensen te leren kennen en ontmoeten, relaties makkelijk te onderhouden en jezelf optimaal te profileren.
Het internet is één van de technische ontwikkelingen die ons hele leven heeft gevormd. De snelheid van het ontwikkelen en veranderen maakt de generatiekloof steeds groter. Ouderen wegcijferen als dom omdat zij ons asociaal vinden is natuurlijk erg cru. Wees, juist als je jong bent, blij met de mogelijkheden en vrijheden die je hebt in deze tijd. Doe met de ontwikkelingen van de techniek wat jij er zelf mee wilt, weet hoe je ermee om moet gaan en whatsapp of twitter nog eens wat. Dat hoort erbij!