A ‘BEZET’.
B Maakt niet uit zolang het maar geen ‘BEZET’ is want dat kwetst mensen heel erg hoor!
C ‘AUFMACHEN!’
D ‘X’.
A In daarvoor bestemde afvalbakken (te herkennen aan de overvolle status).
B Ergens op straat.
C In de gracht.
D In de daarvoor bestemde rondvaartboten (zoals aangeleerd door de Vara).
A Snel een vol balkon in een NS-trein zoeken.
B Gebruik maken van een Dixi.
C In de gracht danwel op straat pissen.
D Gewoon laten lopen, zie je toch niet met al die biervlekken.
A Een lekker lauw sateetje van een onbekende amateur-voedselverkoper op de vrijmarkt.
B Een lekker broodje shoarma van een van de vele voedselstalletjes.
C U heeft zelf bammetjes kaas en krentenbollen meegebracht.
D U gaat uitgebreid dineren op de Dam of jet Leidseplein: kwaliteitsvoedsel voor een redelijke prijs.
A Met de trein. Lekker knus en gezellig drie uur staan.
B Met de auto. Lekker parkeren in Haarlem of Utrecht en verder lopen.
C Op de fiets. Amsterdam is fietsstad!
D Met de boot. De sloep moest er nodig eens uit na al die vrije dagen staal krabben en in de menie zetten.
A Stil zijn. Anders raken de centrum-nimby’s gekwetst.
B Schreeuwen. Hoe harder hoe beter. U bent tenslotte een provinciaal die feest viert.
C Te hard lachen. Hoe harder, hoe minder schaamte en eenzaamheid.
D Zoveel mogelijk de stad onderkotsen, net als de rest.
A U roept: ‘HEE KIEK ES WAT EEN LEKKER DING EN MOOIE MEMMEN!’. De rest gaat vanzelf.
B U doet: ‘psst, psst, meisje!’ naar alles zonder hoofddoek.
C U knijpt zoveel mogelijk in billen en tieten.
D U maakt de meest wanstaltige vrouwhatende grappen tegen serveersters en politie-agentes.
A Over het spoor lopen, anders raakt de treinenloop niet verstoord.
B NS-medewerkers fysiek lastig vallen.
C Ruzie zoeken en de boel opfokken, met name in een stampvolle trein.
D Mensen van het perron op het spoor duwen.
A Niks, want dit is een vrij land, dus mag er op de openbare weg worden gefilmd.
B U roept: ‘Opflikkeren met die kankercamera!’ en herhaalt dat zeventien keer.
C U bedreigt de cameraman met de dood. Als u daarna uzelf terugziet op Geenstijl roept u dat het de schuld is van Geenstijl.
D U slaat er op los, net zoals diplomaten doen wanneer ze Danny van Pownews tegenkomen.
A Een oranje shirt van het Nederlands elftal van het EK 1988.
B Een oranje opblaaskroon.
C Een getekend vlaggetje op de wangen
D Een snor en bierbuik.
A In een sloep met housemuziek de hele dag joelend door de grachten varen en zoveel mogelijk laten zien dat u ontzettend geniet van uw leven.
B In het Vondelpark ludieke dingetjes doen op de vrijmarkt voor het goede doel.
C Op het balkon van uw dispuutshuis gaan staan brallen naar elke boot die langsvaart.
D In ludiek oranje kostuum door de stad slenteren en zeuren over paupejrrs en arrrrrjbeidejrrrs.
A Glimlachend ‘geeft niet’ zeggen en weer verder feesten.
B Meteen terugduwen. En hard. Want die ander begon.
C Vloeken, schelden, dreigen.
D U Whatsappt gelijk zestien vrienden en schopt vervolgens gezamenlijk het hoofd van de respectloze kapot.
A 50 eurocent.
B Een euro.
C Rond de twee euro.
D Zeker meer dan twee euro want zowel brouwers als horeca zijn onvoorstelbare oplichters.
A Half zichtbaar in uw broekzak, zodat u hem makkelijk en snel er uit kunt halen.
B In een open rugzak op uw rug.
C In uw hand en als u ergens gaat zitten legt u hem achteloos in uw buurt neer.
D In de binnenzak van uw jas, afgesloten met knoop of rits of beiden.
A Roemenen.
B Bulgaren.
C De afkomst doet er niet toe!
D Het waren misschien wel Roemenen of Bulgaren maar dit was een incident.
A Kijken en er bij staan als een zombie.
B Kijken er bij staan en filmen.
C U springt er tussen want ook doorgesnoven agressievelingen kun je benaderen met een deëscalerend gesprek.
D U belt 112, blijft bij het slachtoffer en geeft signalement van daders aan politie door.
A U blijft thuis want u vindt Koningsdag geen ene fuck aan.
B U roept weken lang dat u zo’n ontzettende zin hebt in Koningsdag en laat vooral niet merken dat u een kutdag heeft, aan niemand.
C U gaat en doet de hele dag alsof u geniet, wat u dan ook zeven keer per uur zegt, hoe ontzettend u geniet.
D U gaat, maar als uw vrienden vragen waarom u zo negatief doet zegt u dat u griep heeft en dat u het niet zo heeft bedoeld.
A U zegt: ‘Een feest is leuk maar je moet wel zelf de slingers ophangen’.
B U zegt: ‘Jij vindt ook niks leuk!’
C U zegt: ‘Je leeft maar één keer, carpe diem, yolo, Kluun, een dag niet genoten is een dag niet geleefd!’
D U zegt: ‘Ik mag ook helemaal niks meer in dit land he!’
A U volgt de aanwijzingen op.
B U negeert de aanwijzingen, u weet het zelf heus wel beter.
C U maakt foto’s van de borden en zet deze op Facebook met als onderschrift ‘Nou we zijn niet de enige in Amsterdam, hahaha’ of iets anders prikkelends maar net niet kwetsend.
D Matrixborden? Aanwijzingen? Koningsdag?
A Naar wat mij zelf het meest interesseert.
B Naar waar de meeste mensen heen gaan, want dat zal dan wel leuk zijn.
C Iets van Radio 538 want dat is altijd leuk zegt Radio 538.
D Maakt niet uit, Koningsdag in Amsterdam moet gewoon. Punt.