Joost Zwagerman bespreekt de tampon van Heleen van Royen

15-05-2014 12:48

Het letterkundig museum opent deze week een uitgebreide tentoonstelling selfies van Heleen van Royen. De schrijfster is op haar zelfgeschoten kiekjes al net zo naakt, rauw en in-your-face als in haar boeken. Aangeschoven is schrijver, essayist en onze kunstpaus, Joost Zwagerman. Welkom Joost. Jij mocht als erkend kunst-, cultuur- en cokesnuiver alvast door de expositie neuzen. Zeg het maar, wat vond je?

“Het is overweldigen, Matthijs. Geweldig, weldadig en overweldigend. Ik heb er rondgelopen als ware ik een kind in een snoepwinkel. Of moet ik zeggen: een carnivoor in een slachthuis – zo veel vlees aan de muur. Om van te watertanden!” 

Je hebt genoten?

“En of ik heb genoten! Het is verpletterend, Matthijs. Verpletterend. Kijk, je moet het je zo voorstellen. Je loopt door de gangen van het museum. Daarbij kruip je als het ware door de spelonken van de schrijfster zelf. In eerste aanleg zijn het slechts matig geschoten plaatjes van een hysterisch naar aandacht hunkerende vrouw in de overgang, maar dan – als je beter kijkt, als je als toeschouwer net zo naakt als Heleen durft te zijn – dan zie je een onvermoed beeldrijm van borsten, billen, buiken en betoverende lelijkheid. Dat besef alleen al is beeldschoon, Matthijs.”

Dan… nouja, het is misschien wat flauw maar ik stel ‘m toch, de kampioensvraag: wat is het beste werk? Welke foto heeft de meeste indruk op je gemaakt?

“Dat kan er maar één zijn! Te midden van al die naakte gêne, al die werken waarin de schaamte en de welhaast pathologische aandachtsgeilheid van Heleen met elkaar in gesprek gaan, daar hangt ineens een piepklein werkje. Een piepklein werkje met een kolossale uitwerking getiteld ‘Tampon’. Je zou kunnen zeggen dat zij hiermee de rode draad van haar werk uitbeeldt. Of beter nog: ze smijt ‘m je in het gezicht.”

Joost, jij bent hier de kenner. Geef ons college zoals alleen jij dat kan. Wat maakt de ‘Tampon’ tot zo’n belangrijk werk in het oeuvre van Heleen van Royen?

“Het is alles, Matthijs. Alles! En tegelijkertijd is het niets, helemaal niets. Het is een sleutelwerk. Het is allereerst dé representant van haar rode periode. Bovendien is het een knikje naar de grote meesters. Want Van Royen is natuurlijk niet de eerste die de vagina als leitmotiv gebruikt, als knooppunt van zenuwen als aandacht, shock-effect en commercieel succes. Ze maakt op haar manier een buiging naar eerder werk van Marlene Dumas en Johan Vlemmix.

“En, Matthijs, het is een metafoor voor al haar werk. Het is alsof Van Royen al haar boeken in één beeld heeft proberen te vangen. De zompige tampon als het papier waaraan de afgedreven vrucht van haar verbeelding is blijven plakken. Het schaamteloos alledaagse wat uit de baarmoeder van haar fantasie is ontsproten, vastgekoekt aan het papier omwille van effectbejag en aandacht. Het is schitterend. Werkelijk schitterend.”

Dank je wel Joost, voor dit schitterende college. We kijken weer met totaal andere ogen naar de kunst. Dankzij jou. Wat ga je de volgende keer voor ons recenseren?

“De volgende keer ga ik opnieuw naar het letterkundig museum. Dan voor een expositie van gebruikte handdoeken van A.F.Th. van der Heijden. Sinds zijn overgewicht gebruikt hij handdoeken in plaats van wc-papier na afloop van zijn toiletgebruik. Het Letterkundig Museum stelt een selectie tentoon onder de titel ‘Donkerbruin Vermoeden’. Ik kijk er naar uit.”

Wij ook, Joost. Tot de volgende keer!

 

Illustratie: Ruben L. Oppenheimer