Het is één grote reünie. In het vierde X-Men deel van Bryan Singer zitten niet alleen de nieuwe acteurs, zoals James McAvoy en Michael Fassbender, maar ook zijn de oudjes Patrick Stewart, Ian McKellen en Halle Berry terug. Allemaal bij elkaar gehouden door Hugh Jackman die voor de zevende keer in veertien jaar Wolverine speelt.
In X-Men: Days of Future Past draait het om tijdreizen en de consequenties daarvan. Kan je door terug te reizen in de tijd het heden veranderen? Of is de toekomst een snelstromende rivier die je niet van zijn pad kan krijgen? In een toekomst waarin een groot deel van de mensheid en bijna alle mutanten zijn uitgeroeid door de zogenaamde Sentinels wordt Wolverine naar het verleden gestuurd om de gebeurtenis die de bouw van de robots aanzwengelde te stoppen.
De eerste paar minuten na die reis zijn de beste van de film. Wolverine belandt in de jaren ’70 en dat gaat gepaard met de juiste foute aankleding en een paar goede grappen. Magneto moet bevrijd worden waarin Evan Peters als Quicksilver een grote rol speelt. Ook in die bevrijding zit de nodige humor, maar als de jonge Xavier en de jonge Magneto bij elkaar komen wordt de film ineens enorm serieus.