IT-dienstverlener Capgemini heeft er weer een probleem bij. De Amsterdamse ondernemer Kenneth Berkleef eist 43 miljoen euro schadevergoeding van de IT-dienstverlener, omdat hij meent dat Capgemini ‘volledig heeft gefaald’ in de uitoefening van de aan haar gegunde opdracht en hierdoor een miljoenenproject van hem heeft gefrustreerd.
De IT-entrepreneur ontwikkelde samen met oud-voetballer Frank Rijkaard een softwarepakket waarmee honderden sportclubs makkelijker inzicht konden krijgen in de prestaties van hun topsporters. De ondernemer bereidt een rechtszaak voor om gecompenseerd te worden voor de geleden schade. Berkleef strijdt al sinds 2010 tegen Capgemini, nadat zijn bedrijf Equihold, dat het systeem ontwikkelde, failliet ging als gevolg van it-falen.
‘Capgemini heeft er een zooitje van gemaakt. Ik had contracten met onder meer FC Barcelona, PSV en enkele bonden en had zo de toegang tot duizenden sportclubs die gebruik konden maken van het systeem, maar Capgemini, die de software voor ons ontwikkelde, frustreerde het dusdanig dat we de grootschalige marktintroductie moesten afblazen’, zegt hij tegen ThePostOnline.
Curator Nienke Bobbert meent dat er voor de vordering van Berkleef ‘een reële grond’ bestaat, schrijft ze in een curatorenverslag. Berkleef liet in december 2013 beslag leggen op de tegoeden van de Capgemini, nadat uit onderzoek van de curator was gebleken Capgemini zich mogelijk schuldig heeft gemaakt aan ‘wanprestatie of onrechtmatige daad’.
De curator baseert zich bij haar beslissing op een onafhankelijk onderzoek van onder meer software-onderzoekskantoor SQMI die de rechtmatigheid van de claim van de Berkleef onderzocht volgens een methodiek van het Institute for Software Quality. Het instituut beoordeelde het geleverde werk met een F (op een schaal die loopt van AAA tot FFF), een zware onvoldoende dus.
In een brief in bezit van ThePostOnline stelt SQMI-oprichter Graham Bolton vast dat zijn kantoor in hun historie van onderzoek ‘slechts eenmaal’ een slechtere beoordeling gaf aan een onderzochte applicatie.
Desgevraagd laat Nienke Bobbert per mail aan ThePostOnline weten: ‘In de periode na het faillissement heb ik onderzoek gedaan naar de vordering van Equihold op Capgemini Nederland B.V. Daarbij heb ik mij gebaseerd op informatie en een ruime hoeveelheid stukken die zijn verstrekt door het bestuur van Equihold en de heer Berkleef. Onder die stukken bevindt zich een rapport van een onafhankelijk onderzoeksbureau, SQMI. Ook met de opsteller van dit rapport heb ik gesproken. Voorts is een second opinion ingewonnen bij een in ICT recht gespecialiseerd kantoor. Afgaande op al deze informatie en stukken meen ik dat Capgemini Nederland B.V. niet heeft voldaan aan haar verplichtingen op grond van de samenwerkingsovereenkomst en dat zij aansprakelijk kan worden gehouden voor de daardoor veroorzaakte schade.’
De curator geeft aan ‘aanvankelijk weinig medewerking’ te hebben gekregen van Capgemini. ‘Tot op heden heb ik echter geen informatie verkregen die aanleiding geeft mijn beoordeling van de vordering te herzien’, laat ze aan ThePostOnline weten.
Ook laat ze weten ‘moeilijk’ in te kunnen schatten of de claim van 43 miljoen euro rechtvaardig is, maar bevestigt wel dat uit stukken blijkt dat Equihold belangrijke contacten had in de sportwereld om het product in de markt te zetten. Het betreft (top) voetbalclubs, waaronder FC Barcelona en PSV en (internationale) sportorganisaties als de KNHB, de internationale hockeyfederatie FIH en wereldvoetbalbond FIFA.
Kenneth Berkleef, die in de jaren negentig werkte als fiscalist, startte het softwareconcept dat is gericht op het verbeteren van teamsport-prestaties, in 2003 samen met oud-international Frank Rijkaard. De IT-ondernemer en Rijkaard, die nog ongeveer acht procent in de onderneming bezit, geloven in de kracht van het softwareprogramma, dat alle informatie van een speler op een snelle en overzichtelijke manier in kaart kan brengen.
In een interview met het door Capgemini uitgegeven blad Face To Face zegt Rijkaard in 2006 onder meer: ‘Using this application can make your work a lot easier. Every trainer is trying to collect as much information as possible every day; automating that information is a logical step. Ultimately the problems remain the same, but having a total overview makes it easier to make a decision quicker.’
Een groot aantal nationale en internationale sportclubs, zoals Barcelona en de Nederlandse Hockeybond, toonden interesse en sloten contracten af. De door de clubs gewenste aanpassingen van het systeem zouden door Capgemini worden uitgevoerd. In totaal investeerde Berkleef naar eigen zeggen zes miljoen euro in het mislukte project.
Een woordvoerder van Capgemini laat weten dat het bedrijf in gesprek is met Berkleef over afhandeling van deze zaak. De IT-reus heeft een bankgarantie afgegeven aan Berkleef. ‘De tegoeden zijn niet meer bevroren. Wij hopen er snel uit te komen’, zegt een woordvoerder.
Over de hoogte van de bankgarantie, die naar verluidt 3,5 miljoen euro bedraagt, wil de woordvoerder verder geen mededelingen doen.
Capgemini wil ook niet ingaan op eventuele vervolgstappen van de boze ondernemer. In het meest recente jaarverslag refereert Capgemini nergens aan de dreigende claim, wat Berkleef opvallend vindt gezien de wettelijke meldingsplicht. ‘Je zou toch verwachten dat ze dit zouden opnemen’, zegt de woordvoerder.
In het jaarverslag staat wel vermeld dat er mogelijk voor 45 miljoen aan contracten-claims ingediend kan worden. De woordvoerder: ‘We hebben geen voorziening genomen, omdat er nog geen zaak is’.
Capgemini kwam eerder onder vuur nadat er ICT-projecten bij de overheid destrasteus verliepen, ondermeer bij de Politieacademie en het UWV. Berkleef: ‘Wat je ziet is dat Capgemini zijn beste mensen stuurt naar de grote corporate klanten. Op projecten voor de overheid en de wat kleinere klussen wordt tweede- en derderangs personeel ingezet. Capgemini gaat er vervolgens gewoon vanuit dat ze ermee kunnen wegkomen als ze blunderen. Maar dat gaat nu niet gebeuren.’
Berkleef werkte in de jaren negentig als fiscalist en kwam in het nieuws vanwege vermeende betrokkenheid bij vennootschappen van Klaas Bruinsma, Taxi Centrale Amsterdam en Etienne Urka.
‘Ik heb veel last gehad van de tendentieuze en ongenuanceerde verhalen die rondom mijn persoon zijn verschenen. In deze berichtgeving is het journalistieke principe van hoor en wederhoor nooit toegepast. De betrokken journalist heeft nimmer contact met mij gezocht. In geen van de kwesties ben ik ooit verdachte geweest, laat staan dat van een veroordeling sprake was.’
