Wanneer jij aan vakantie denkt, denk je dan ook aan sporten? Bij mij is het de afgelopen 27 jaar echt nog nooit in mijn hoofd opgekomen om mijn sportspullen in te pakken samen met mijn bikini. Vakantie is vakantie en dat betekent met mijn billen op het strand en eten waar ik zin in heb. Heerlijk! Maar ja, nu de 10 kilometer van WOTN in zicht komen en daarna de Dam tot Dam en halve marathon, is het misschien niet de beste tijd om op mijn luie reet niets te gaan zitten doen in de Portugese zon.
Althans, dat dacht ik thuis in Nederland nog. Normaal ren ik zo’n drie keer per week, dus met zeven dagen vakantie kan ik best drie keer mijn hardloopschoenen onderbinden. In mijn koffer verdwenen dus twee hardloopbroekjes en drie shirtjes, wat sokken en mijn oude vertrouwde hardloopschoenen. Wat is het toch heerlijk om goede voornemens te hebben.
Herken je dat, van die goede voornemens die thuis zo ontzettend leuk en uitvoerbaar leken, maar als het puntje bij paaltje komt toch steeds minder enthousiasmerend zijn? Precies dat gebeurde dus woensdag, toen ik mijn eerste hardloop poging in de Algarve ging doen. Ik logeer een week bij vrienden hier (het is zo nu en dan mijn uitvalsbasis voor een weekje rust). Het is dus niet de eerste keer dat ik hier kom. Ik ken zelfs al een klein beetje de omgeving. Toch was dat een van de excuses voor mij om in op de rem te trappen. ‘Wat nou als ik verdwaal. En al die bergen hier, dat is wel zwaar. Het verkeer op die wegen rijdt al een malle, is het wel veilig om hier te rennen dan?’
1000 smoesjes kwamen op in mijn hoofd en allemaal leken ze even waardevol om mijn hardloop voornemen overboord te gooien. Het is een soort protest in mijn hoofd dat ik maar al te goed herken. Ook thuis heb ik er last van. In Nederland zijn het natuurlijk niet de bergen of het drukke verkeer (in het Vondelpark), maar wel de regen en de kou. Of dat ene spiertje dat net niet helemaal lekker aanvoelt. Ondanks dat ik rennen zo ontzettend lekker vind en ik het liefst iedere dag zou rennen, voer ik voor iedere training een kleine strijd met mezelf.
Zelfs tijdens het rennen blijf ik met mezelf in discussie. Gun ik mezelf een stukje wandelen of push ik mezelf om mijn grenzen te verleggen. Dat eerste is natuurlijk veel gemakkelijker, maar zorgt achteraf ook voor meer teleurstelling bij mezelf. Zo ook als ik eerder stop dan ik had afgesproken met mezelf. Het is zo gemakkelijk om toe te geven aan die innerlijke discussie. Een goede training is voor mij eentje waarbij ik mezelf heb verbeterd ten opzichte van eerdere trainingen. Harder rennen of een langere afstand lopen. Dat geeft die kick wat hardlopen nou net zou leuk maakt.
Kun je dan iets doen tegen die eeuwige innerlijke strijd? Volgens mij niet. Volgens mij heeft iedere hardloper er last van. Ons brein bezit een engel en een duivel. Het is een heen en weer geslinger tussen je goede voornemens en je zwakke ruggengraat. Welke van die twee wint? Hoe is het gesteld met je wilskracht? Ik denk dat er maar een manier is om je goede voornemens een eerlijke kans te geven en dat is streng zijn voor jezelf.Kill the devil in you!
Iedere keer dat je denkt ‘bleh, ik heb geen zin’, trek je dus toch je hardlooppakje uit de kast en trotseer je jezelf naar buiten. Bij iedere afslag die je onderweg tegenkomt die je kunt gebruiken als shortcut naar huis, sleep je jezelf verder en iedere keer dat je denkt ‘ik mag zo best een minuutje wandelen’ doe je het niet! Push jezelf naar een pr, wedden dat je dan na een training direct weer zin hebt om te gaan? Al zul je dan die volgende keer opnieuw de discussie met jezelf aan moeten gaan.
Voor nu in ieder geval heel veel groetjes uit de Algarve. De komende week discussieer ik nog even verder met mezelf onder de Portugese zon.
Esther Vogel onderwerpt zich komende 52 weken samen met Nadja Neeven en Lotte Besse aan de 52 Challenge: iedere week een nieuwe uitdaging. Alle uitdagingen kun je vinden op 52Challenge.nl.