Nederland speelt tijdens de groepsfase van het WK van 2014 in Salvador, Porto Alegre en São Paulo. Wat kunnen Oranje en Oranjefans in deze Braziliaanse steden verwachten?
Treffender kan het bijna niet: het Nederlands elftal speelt zijn eerste WK-wedstrijd, tegen Spanje, in een stadion dat met hulp van de Amsterdam ArenA gebouwd is. Niet alleen dat: de stad waarin dat stadion ligt, Salvador, was van 1624 tot 1625 van de West-Indische Compagnie… Juist ja, voor precies één jaar. Toen schopte een gezamenlijke Spaans-Portugese vloot de Nederlanders er weer uit. Als dat geen slecht voorteken is…
Hoe het ook zij, Salvador – mijn standplaats – kan zich dus opmaken voor een nieuwe invasão holandesa, een nieuwe ‘Hollandse Invasie’. Maar ook het in het extreme zuiden van Brazilië gelegen Porto Alegre en ’s lands grootste metropool São Paulo krijgen een horde Hollanders op bezoek. En wat gaan die daar aantreffen? Een korte blik op wat Oranje en Oranjefans in elk van deze steden te wachten staat.
Dit wordt een wedstrijd die voor Nederland wel eens behoorlijk in het water zou kunnen vallen. Niet alleen treft Oranje huidig wereldkampioen Spanje, het is in Salvador tijdens het WK regentijd. U leest het goed: regentijd. Weliswaar hoost het dan niet aan een stuk door, maar áls het hemelwater naar beneden valt, dan doet het dat met bakken. En het dak van de Arena Fonte Nova – juist ja, dat stadion dat met hulp van de Amsterdam ArenA gebouwd werd – kan niet dicht.
Komt er een wolkbreuk, dan is de situatie buiten het stadion echter zorgelijker dan de situatie op het speelveld: Salvador kan slecht tegen regen. Alles behoort tot de mogelijkheden: aardverschuivingen, overstromingen, instortende gebouwen, verkeerschaos en massale stroomuitval. Tijdens de meest recente zware regenbui zat ik zelf maar liefst tien uur zonder elektriciteit.
Er zijn nog wel een paar redenen te bedenken waarom Salvador geen ideale startplek is. Van alle twaalf Braziliaanse speelsteden is het de armste, de gewelddadigste, en qua infrastructuur de allerbelabberdste. The New York Times noemde de stad onlangs ‘a failed city’.
Toch is er een grote reden om blij te zijn dat Oranje aftrapt in deze zogenaamd ‘gefaalde’ stad. Salvador was de eerste hoofdstad van Brazilië, en is tot op de dag van vandaag de ziel van het land. Openhartigere mensen dan de Sotéropolitanos, zoals de inwoners met een moeilijk woord genoemd worden, lopen er op deze aardbol niet rond.
Dus Oranje: kom maar op met die Hollandse Invasie!
Eind maart dreigde Porto Alegre zich als speelstad uit het WK te zullen terugtrekken, omdat er niet voldoende geld zou zijn om secundaire voorzieningen – onder andere het mediakamp – te bouwen. Het dreigement bleek echter al snel een tactiek om nieuw fiscaal beleid door te drukken. Paniek over: Nederland speelt zijn tweede groepswedstrijd dus gewoon zoals gepland in Brazilië’s zuidelijkste metropool.
Wat Oranje in Porto Alegre voornamelijk te wachten staat, is een lange vliegreis. Het Nederlands elftal doet dat natuurlijk via de Oranje-uitvalsbasis in Rio de Janeiro, maar fans zullen het op eigen houtje moeten doen. Rechtstreekse vluchten tussen Salvador en Porto Alegre zijn op één hand te tellen; de reistijd, met overstap in Rio of São Paulo, bedraagt minstens vijf uur. Een goedkope trip is het ook niet: voor een enkeltje Salvador – Porto Alegre moet tijdens het WK meer dan driehonderd euro neergeteld worden.
Dan het weer. Schrik niet: in juni kan het in het zuiden van Brazilië sneeuwen! Maar in Porto Alegre, dat niet in de bergen ligt maar dicht bij de kust, is de gemiddelde temperatuur tijdens de Braziliaanse winter 15 graden – met uitschieters naar boven en beneden.
Fans die alle Oranjewedstrijden in de groepsfase volgen zullen Porto Alegre na Salvador niet alleen vanwege de gematigde temperatuur een verademing vinden. Het is een rustige stad, en – geloof het of niet – de enige in heel Brazilië met een metroverbinding tussen het vliegveld en het centrum.
De laatste wedstrijd die het Nederlands elftal in de groepsfase speelt, tegen Chili, vindt plaats in een stadion dat pas op het allerlaatste nippertje afkwam. Dit is het Itaquerão, het stadion van Corinthians, waar eind maart een bouwvakker overleed na een val van vijftien meter hoogte; in november overleed een andere bouwvakker toen er een dakelement naar beneden stortte.
Ook al is het Itaquerão ‘af’, er moet natuurlijk nog een hoop geklust worden. Het zou dus zomaar kunnen dat het stadion waar Oranje zijn laatste groepswedstrijd speelt het een en ander te wensen overlaat.
Sociale onrust is iets waar Oranjefans in São Paulo zeker rekening mee moeten houden. De stad was tijdens de protestgolf die Brazilië vorig jaar tijdens de Confederations Cup in zijn greep hield een van de twee belangrijkste brandhaarden (de andere was Rio de Janeiro.) Dat er tijdens het WK van 2014 opnieuw gereld gaat worden is geen vraag, maar een zekerheid.
Alex Hijmans’ uitgebreide reistips voor WK-gangers lees je hier!
Beeld: Alex Hijmans
