Het kabinet heeft tot dusver ruim 230 miljoen euro op tafel gelegd voor banenplannen. Daarmee worden 185.000 mensen aan werk geholpen. Minister Lodewijk Asscher van Sociale Zaken heeft dat vrijdag aan de Tweede Kamer geschreven. In zijn brief maakt hij de balans op van de eerste aanvraagperiode voor banenplannen. De liep van 1 oktober tot 31 december vorig jaar.
Het kabinet heeft in totaal 600 miljoen beschikbaar gesteld voor banenplannen. Voorwaarde is dat vakbonden en werkgevers in de bedrijfstakken minimaal eenzelfde bedrag uittrekken, zo werd in april vorig jaar in het sociaal akkoord afgesproken.
Het meeste geld gaat naar begeleiding van ontslagen werknemers naar ander werk, extra leer-werkplekken voor jongeren of het in dienst nemen van mensen met weinig kansen op werk. Ook wordt veel geïnvesteerd in scholing, schrijft Asscher.
In de eerste aanvraagperiode zijn 37 plannen ingediend. Daarvan zijn er 24 goedgekeurd, onder meer in de bouw, de chemie en de kinderopvang. In de afgewezen plannen werd volgens Asscher niet aangetoond dat de maatregelen leiden tot extra werk. Een aantal plannen is ingetrokken, om in de tweede aanvraagperiode alsnog in te dienen. Die tweede aanvraagperiode loopt vanaf 1 april tot en met 31 mei. De regeling wordt in 2016 geëvalueerd.
(ANP)