Politiek

Is aan de schandpaal nagelen waarheidsvinding?

18-06-2014 13:02

Momenteel vinden de openbare verhoren plaats van de parlementaire enquêtecommissie woningcorporaties. Elke dag schuiven nieuwe hoofdrolspelers aan die zich onder ede moeten verantwoorden voor hun daden als directeur, commissaris of andere hoge pief bij een corporatie. Dit allemaal voor de ‘waarheidsvinding’, horen we voorzitter Roland van Vliet steeds zeggen. Maar klopt dat wel? Doet de commissie alleen aan waarheidsvinding of doet ze eigenlijk wat anders? 

De verhoren leveren intrigerende verhalen en statements op. Erik Staal, de gehate oud-Vestia-directeur mocht uitleggen waarom Vestia in derivaten handelde of hij dat vond passen bij een woningcorporatie. Staal gaf er geen antwoord op, tot irritatie van de enquêtecommissie. Maar Staal begrijpt beter wat waarheidsvinding is dan de commissie.

Sukkel van Vestia

De directeur financiën van Vestia, Kees Wevers, wiens ondergeschikte in miljarden aan derivaten handelde, kreeg door commissielid Peter Oskam een sprekende samenvatting voorgeschoteld van hoe Oskam de situatie bij Vestia begreep. Oskam’s vraag was vervolgens of Wevers niet goed had opgelet of dat hij het gewoon ‘niet kon’.

Peter Oskam brengt het amusant en scherp. De gewezen directeur financiën is geen groot spreker en schrijft eerst zenuwachtig wat op papier, waardoor een nare stilte valt. Wevers vertelt met wat omhalen dat hij ‘er voldoende zicht op had’ wat zijn ondergeschikte deed, al had hij niet alle expertise over derivaten in huis. Hij heeft de later ontstane problemen niet gezien en hij worstelt met de vraag of hij deze eerder had moeten zien.

Amusant, zo’n spartelende oud-directeur financiën, medeverantwoordelijk voor een verlies van twee miljard, die moet toegeven dat hij het allemaal niet wist en dus eigenlijk incompetent was en ook niet durft te zeggen dat hij veel meer over derivaten had moeten weten. Wat een sukkel, nietwaar?

Waarheidsvinding

Echt lachen, maar een betere vraag is wat dit fragment met waarheidsvinding te maken heeft. Hier wreekt zich het door voorzitter Roland van Vliet steeds weer herhaalde mantra dat het de commissie daarom gaat. Want wat is dat eigenlijk?

Er zijn mensen die vinden dat ‘de waarheid’ niet bestaat, maar dat is wel heel relativistisch. Het is op praktisch niveau goed mogelijk om onderscheid te maken tussen feiten en meningen. De meeste feiten lijken door de enquêtecommissie al naar boven te zijn gehaald in het vooronderzoek. De verhoren hebben dan als functie verbanden tussen de feiten te leggen en conclusies te checken.

Dat klinkt nuttig. Het valt echter op dat de enquêtecommissie daarnaast ook iets heel anders doet: meningen vragen die niets bijdragen aan de waarheidsvinding. Of Wevers zichzelf competent vond, of Staal derivaten normaal vond en of Rochdale-baas Möllenkamp een Maserati een mooie auto vond: het heeft niets met feiten te maken.

Relevantie is nul

Er zijn veel meer voorbeelden. Peter Noordanus, oud-commissaris van Vestia mocht zijn oordeel geven over het salaris van Staal. Een andere oud-commissaris van Vestia mocht dat ook. De oud-directeur van de Deventerse corporatie Rentree mocht zeggen dat hij zijn beslissing die een miljoenenverlies opleverde nog steeds goed vindt. De derivatenman van Vestia mocht vertellen of hij vindt dat Vestia haar geld beter in huizen dan in derivaten kon stoppen.

Het zou goed zijn als de enquêtecommissie eens zou uitleggen wat deze meningen bijdragen aan de waarheidsvinding. Deze meningen zijn niet nodig voor het feitenrelaas: ze laten niet zien waarom men destijds bepaalde beslissingen nam, maar gaan alleen over hoe men achteraf over bepaalde zaken oordeelt.

Het enige doel van dit soort vragen is publiekelijk mensen aan de schandpaal te nagelen en te laten zien hoe slecht ze zijn. De Tweede Kamer komt er dan – vergeleken met al die incompetente en egoïstische sukkels – mooi uit. Dat is ook nodig, want uiteindelijk heeft de Tweede Kamer bepaald dat de regels waren zoals ze waren. En dus ook dat de corporaties zoveel vrijheid hadden.

Als we dan toch gratuite meningen gaan verzamelen, stel ik voor Vestia-directeur Erik Staal te vragen: Wat vindt u ervan dat wij als Tweede Kamer u alle ruimte hebben gegeven om van Vestia een grote bende te maken?

 

Chris Aalberts is auteur van: Achter de PVV: waarom burgers op Geert Wilders stemmen.