Soms is het nodig om een scherp opiniestuk te schrijven om politici te bekritiseren. Om te laten zien dat ze niet correct handelen, dat hun argumentatie niet juist is of om hun geclaimde resultaten tegen het licht te houden. Maar soms moet je politici gewoon zelf laten spreken.
Zoals bijvoorbeeld Anouchka van Miltenburg, VVD’er en voorzitter van de Tweede Kamer. Zij mocht onlangs op Radio1 vertellen over haar bezoek samen met de fractieleiders aan het Nederlandse marine fregat ‘De Zeven Provinciën’ dat op dit moment meedoet aan een anti-piraterij operatie in de Golf van Aden.
Het fregat ‘zit daar niet omdat er niets aan de hand is’, legt Van Miltenburg met een dubbele ontkenning handig uit. Het bezoek was vanwege veiligheidsoverwegingen dan ook geheim, want het is natuurlijk hartstikke onveilig daar. Het stikt er natuurlijk van de piraten die Nederlandse politici willen kidnappen terwijl die aan boord van een zwaar bewapend fregat zijn. Toch?
NOS: “En heeft u ze [de marine, NW] daar ook echt in actie gezien?”
Van Miltenburg: “De mannen en vrouwen op De Zeven Provinciën? Jazeker! Want daarom gingen we ook dáár naartoe natuurlijk, om te kijken hoe het leven aan boord is. Er zitten daar zo’n 200 mensen aan boord. Ze zitten halverwege hun reis daar nu; ze zijn nu twee maanden van huis weg. En ze nemen deel aan een hele grote anti-piraterijmissie. Dat is nu een EU missie, maar er zitten ook heel veel schepen uit landen die onder een andere vlag ook proberen om de Golf van Aden en omgeving van de Somalische kust veilig te houden zodat de scheepvaart daar ongehinderd kan doorgaan.”
NOS (poging 2): “En wat zag u daar concreet van?”
Van Miltenburg: “Nou ja… euhm… je ziet vooral heel weinig. De anti-piraterijmissie is heel succesvol. Dat betekent dat er een paar jaar geleden nog heel veel dreiging was, er veel schepen gekaapt werden, mensen ook ontvoerd werden. Die dreiging is veel minder geworden doordat er zo effectief gepatrouilleerd wordt. Maar ze hebben laten zien aan ons wat ze doen en wat ze kunnen doen als ze wél piraten tegenkomen. Met euhm… met bootjes daar naartoe gaan… euhm… euhm… ook aan boord gaan van schepen hebben ze laten zien hoe ze dat zouden doen. Dan was dat ons eigen schip zal ik maar zeggen, maar dan krijg je goed indruk van hoe professioneel er gewerkt wordt aan boord van zo’n schip.”
NOS (poging 3): “En ze hadden die piraten niet aan boord?”
Van Miltenburg: “Euhm… nogmaals, voor de duidelijkheid van de luisteraar ook: er waren geen piraten, euhm… op dit moment. Euhm… soms gebeurt dat wel hè. In het verleden zijn daar voorbeelden van geweest… als dat nodig is. Maar de grootste dreiging is als een schip gekaapt is en de bemanning van zo’n schip ontzet moet worden. En daarvoor zijn zij ook in die regio. Gelukkig… gelukkig gebeurt dat op het moment niet maar daar moeten ze wel op voorbereidt zijn dus daar trainen ze voor. En ze hebben dus laten zien hoe ze dat zouden doen.”
NOS (teleurgesteld): “Ok… dus dat bleef nog behoorlijk abstract voor u ook?”
Van Miltenburg: “Ja.. nou.. nee.. ik vond het eigenlijk heel concreet om te zien wat ze doen. Maar ja, gelukkig waren er geen piraten want die missie is tamelijk succesvol te noemen… tegenwoordig.”
Inderdaad. Er ligt een Nederlands fregat met meer dan 150 man personeel aan boord voor de Golf van Aden, met 150 gezinnen in Nederland die een papa of mama missen. Het is goed dat het fregat daar is. Tegen piraten. Die er niet zijn. Dus het werkt. Er zijn ook allerlei andere schepen van andere landen, maar het succes komt – natuurlijk – door ‘onze missie’. En daar zijn alle Nederlandse fractieleiders en Van Miltenburg naar op en neer gevlogen. Die zagen vooral heel weinig, en waren daarvan erg onder de indruk.
Kent u Bert en Ernie nog?
