De voormalige imam van de El-Tawba-moskee in Evere zit sinds begin juli in de cel op verdenking van terrorisme, meldden de Belgische nieuws-site La Dernière Heure en andere Belgische media eind vorige week.
Evere is een gemeente in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met ruim 36.000 inwoners. Donderdag 17 juli werd duidelijk dat het ging om de imam Mohamed Ben Ajiba, die vanaf 2006 een aantal jaren voorganger was in de El-Ouma Moskee in het voormalige Amsterdamse stadsdeel Slotervaart. Ahmed Marcouch zag in de jonge imam aanvankelijk een medestander, maar nam later afstand van de geestelijke, toen hij merkte dat de voorganger zich makkelijk onder druk liet zetten door geradicaliseerde salafistische moslimjongeren in de wijk en hij Marcouch tijdens zijn preken aanviel. “Toen constateerde ik eigenlijk al dat Ben Ajiba een windvaan was. Als ik hem dan opbelde, vertelde hij dat hij er een zootje van gemaakt had en dat hij spijt had. Ik vond hem niet standvastig en labiel.”
Volgens het federaal parket in Brussel zou de voorganger strijders voor een terreurgroep geronseld hebben om deel te gaan nemen aan de Syrische burgeroorlog en zou hij ook geld ingezameld hebben. De imam, die zelf twee jaar in Syrië studeerde, werd in februari al aangehouden en ‘in verdenking gesteld’ maar was toen onder strikte voorwaarden vrijgelaten. Begin deze maand werd Ben Ajiba, door onderzoeksrechter Isabelle Panou dus opnieuw aangehouden omdat hij die voorwaarden niet naleefde. De Brusselse raadkamer verlengde de aanhouding op donderdag 10 juli 2014 met een maand.
Waar in Nederland nog maar een handjevol Syriëstrijders en ronselaars zijn aangehouden, is justitie in België opvallend actief. In Brussel en omgeving vielen agenten van de federale recherche op 24, 25, 26, 27 en 28 februari 2014 in Brussel en Wallonië op veel verschillende locaties binnen om huiszoekingen te verrichten in het kader van een terrorisme-onderzoek. Maandagochtend 24 februari werden circa 25 huiszoekingen door 150 speurders van de federale recherche uitgevoerd, vooral in Sint-Jans-Molenbeek.
Op 25 februari werden veertien huiszoekingen in de Brusselse agglomeratie verricht, waarbij 14 mensen opgepakt. Van de veertien, werden er vier voorgeleid bij de bij de onderzoeksrechter, die er twee aanhield en twee onder voorwaarden vrijliet. Op woensdagochtend 26 februari vond een derde reeks huiszoekingen plaats, op negen adressen in Brussel en werden er tien mensen gearresteerd, van wie er uiteindelijk niemand werd vastgehouden. Tijdens de vierde raid op 27 februari werden zeven adressen onderzocht en vier verdachten gearresteerd. Op de 28ste waren er vijf huiszoekingen en werden twee mensen opgepakt voor verhoor.
In totaal werden er volgens de site mensenrecht.be vijftig huiszoekingen verricht in Brussel, Vilvoorde, Charleroi en Dinant. 51 verdachten werden opgepakt: twaalf van hen werden aangehouden, tien in verdenking gesteld maar vrijgelaten onder voorwaarden en twee minderjarige in een gesloten instelling geplaatst.
Ben Ajiba behoorde tot de groep die ‘in verdenking werd gesteld’ maar na hun verhoor werden vrijgelaten, onder voorwaarden.
Ruim een jaar eerder, op 7 april 2013, berichtte Brusselnieuws.be dat diezelfde El-Tawba-moskee of mosque Ettaouba in Evere door de gemeente op het matje was geroepen wegens stedenbouwkundige overtredingen. Drie keer zo veel gelovigen als toegestaan, woonden blijkbaar de erediensten bij. Er was een vergunning verstrekt voor driehonderd mensen, maar op vrijdag zouden er regelmatig negenhonderd tot duizend moslims de preken bijwonen. Ook waren er volgens dit bericht woningen op de eerste verdieping ingericht als leslokaal, zonder vergunning en zorgde de massale toestroom van gelovigen, voor veel overlast in de buurt van de moskee.
Toen Mohamed Ben Ajiba als imam in de Ouma-moskee in Slotervaart werkte, was hij ook een publiekstrekker. De moskeegangers rolden regelmatig op vrijdagmiddag hun matjes uit op de stoep, omdat de moskee te vol was en lagen tientallen Marokkaanse gelovigen op straat te bidden, pal naast het politiebureau op de Postjesweg.
Dat was in de periode dat toenmalig stadsdeelvoorzitter Ahmed Marcouch, de scepter zwaaide in deze wijk. Hij maakte de voorganger, een aantal jaren van nabij mee. Marcouch zag in de jonge imam aanvankelijk een medestander, maar nam later afstand van de geestelijke, toen hij merkte dat de voorganger zich makkelijk onder druk liet zetten door geradicaliseerde salafistische moslimjongeren in de wijk en hij Marcouch tijdens zijn preken aanviel.
“Toen ik in 2006 aantrad, was hij ook net begonnen als imam in de El-Ouma moskee”, vertelt Marcouch, nu lid van de PvdA-fractie in de Tweede Kamer aan ThePostOnline. “Hij was jong, veelbelovend, had een mooie stem en kon heel erg mooi de koran reciteren. Ik was zelf toen al stevig aan de slag gegaan met het aan de kaak stellen van de problemen met de grote groep ontspoorde en criminele Marokkaanse jongeren in de wijk. Met het benoemen van dit probleem, doorbrak ik een jarenlang bestaand taboe. Deze imam deed dat in die tijd ook in zijn preken in klare taal. Ik voelde me daarom gesteund door hem. Aanvankelijk leek hij dus constructief mee te willen te werken aan het bestrijden van de grote problemen in de wijk en was hij een belangrijke stem in de buurt.”
In 2007 startte Marcouch als eerste bestuurder met een anti-radicaliseringsprogramma in Slotervaart. “Wij gingen aan de slag met het aanpakken van de geradicaliseerde jongeren in de wijk. Ik stelde onder meer dat moslimjongeren zelf moesten leren denken. Ik zei ook dat als je de keus had tussen een baard en een baan, je voor de baan moest kiezen.”
13 april 2008, tijdens een uitzending van de Moslim Omroep, riep Marcouch moslimjongeren op zich te verzetten tegen het gebruik van geweld uit naam van de islam en te laten zien dat hun geloof goed samengaat met het Nederlandse burgerschap.
De radicale imam van de salafistische As Soennah-moskee in Den Haag Jneid Fawaz kwam vervolgens met het artikel Meeliften met de trein der hypocrieten, waarin hij Marcouch als een ‘schijnpoliticus’ en een ‘hypocriet’ bestempelde die moslimjongeren tegen de islam probeerde op te zetten. Op 24 april voerde Marcouch een felle discussie met Fawaz in Pauw & Witteman, waarin de radicale imam Marcouch opnieuw hard aanviel.
“Al deze zaken schoten in het verkeerde keelgat van de fundamentalisten en de radicaliserende jongeren in de wijk maar ook in de rest van het land”, vertelt Marcouch. “Daarna gingen de lokale salafistische jongeren Ben Ajiba onder druk zetten om mij aan te vallen. Dat vertelde hij zelf aan mij. Hij heeft daar enorm last van gehad, maar het gevolg was wel dat hij mij verschillende keren in preken flink op de korrel nam. Vervolgens gaf hij ook een interview aan het Parool, waarin hij lelijke dingen over mij riep. Hij beweerde dat ik probeerde over de rug van Marokkaanse jongeren te scoren en hogerop te komen.”
“Toen constateerde ik eigenlijk al dat Ben Ajiba een windvaan was. Als ik hem dan opbelde, vertelde hij dat hij er een zootje van gemaakt had en dat hij spijt had. Ik vond hem niet standvastig en labiel. In die periode had ik al afstand van hem genomen, want ik kon niet op hem bouwen. Hij was gewoon niet iemand die ergens voor stond. Hij was opportunistisch en probeerde de groep die hem intimideerde naar de mond te praten en via zijn preken aan zijn kant te krijgen. Ben Ajiba is iemand die zich elke keer aanpast aan de omgeving waarin hij zit. Wie betaalt, bepaalt en dat is het moskeebestuur. Daarnaast was hij nauwelijks in Nederland geïntegreerd en sprak hij geen Nederlands. Eind 2009 escaleerde de situatie en moest hij weg. Een grote groep moslims moest natuurlijk ook niets hebben van die geradicaliseerde jongeren.”
Volgens een reportage in de Vlaamse krant De Standaard getiteld Hoogmoed maakte hem tot een ongeleid projectiel, verdeelde Ben Ajiba ook in Evere de geesten van de gelovigen en was hij begin 2012 al uit de Brusselse gemeente vertrokken. Er woedde binnen de moskee in Evere een strijd tussen gematigde en radicale moslims, volgens de reportage, waarin de schepen Jef Korten van de Parti Socialiste wordt aangehaald: “Mijn dochter woont in een appartement naast de moskee. Vanop het terras kun je zien wat zich daar afspeelt. Op een gegeven moment stond ik van het terras naar beneden te kijken en zag ik hoe gelovigen die ik al jaren kende slaags raakten met mannen met baarden. Hen had ik nooit eerder gezien.”
“Ik ken de feiten niet”, vertelt Marcouch, “Ik weet alleen dat hij ervan verdacht wordt jongeren voor de strijd in Syrië geronseld te hebben. Maar een imam heeft een belangrijke rol in zijn preken. Je kunt voor de slachtoffers bidden, maar je kunt ook roepen dat je naar Syrië moet vertrekken om te gaan vechten. Als je goed in reciteren bent, zoals Ben Ajiba, dan kun je de gelovigen in hun ziel raken en opzwepen. Bij Fawaz zag je dat ook. Door zijn opzwepende preken bracht hij moslimjongeren ertoe om zich aan te sluiten bij de Hofstadgroep en ze af te laten reizen naar Tsjetsjenië.”
Het ronselen gebeurt natuurlijk niet alleen in de moskeeën?
“Dat gebeurt overal inderdaad. In de moskee, maar ook gewoon op straat of in een winkelcentrum. Ik sprak laatst een vader, waarvan de zoon in een winkelcentrum in Amsterdam-Noord was aangesproken door broeders. Die jongen was helemaal in de ban van radicalen geraakt. Maar het gebeurt nu ook via Facebook, Twitter en opzwepende filmpje die op You Tube te zien zijn. Daarnaast heb je extremistische groepen die huiskamerbijeenkomsten houden, omdat ze door de moskee eruit gezet zijn. Die gaan ondergronds, tussen aanhalingstekens.”
Geradicaliseerde moslims treden de laatste tijd ook steeds meer in de openbaarheid. Ze geven interviews aan Nieuwsuur en demonstreren open en bloot met ISIS-vlaggen in Den Haag.
“Ze waren altijd al zichtbaar, maar nu wordt het alleen meer door de pers waargenomen. De media registreren het nu, vroeger niet. Doordat het in de media komt, komen daar weer reacties op en zien we plotseling demonstraties met ISIS-vlaggen in Den Haag. Kijk, deze gasten voelen zich superieur. Ze zijn voor niemand bang. Dat maakt deel uit van de kern van hun radicalisering. Voor deze jongens is het lijden belangrijk. Hoe meer je lijdt, hoe meer je martelaarschap status krijgt.
“Je ziet dat salafisten veel meer op hun hoede zijn. De salafisten van de As Soennah-moskee, waar Fawaz vroeger imam was, denken niet ineens heel anders. Je zou verwachten dat ze nu lelijke dingen roepen, maar dat doen ze niet. Ze gebruiken een politiek platform. Kijk naar Khoulani en de ex-PVV’er Arnoud van Doorn van de Partij van de Eenheid in Den Haag. Die twee zijn helemaal in de ban van Saoedi-Arabië en het wahabisme. Zij zijn nu de megafoons van de As Soennah-moskee en zitten gewoon in de Haagse gemeenteraad.”