Na mijn elektrische zonden van vorige week, maar wat op benzine. Iets vliegends. Een ontwerp uit de vijftiger jaren dat de mens van haar door de zwaartekracht opgelegde gebondenheid aan (on)gebaande wegen kon bevrijden. Een simpel en goedkoop vliegtuig voor de massa. De Tipsy Nipper T66. De luchtgekoelde viercilinder VW-boxermotor hiervan deed het al massaal, wat het een logische keuze maakte voor de Belgische vliegtuigbouwer Ernest Oscar Tips van Avions Fairey, onderdeel van het Britse Fairey Aviation.
Ontwikkeling
Na de oorlog was Avions Fairey betrokken bij de bouw van Gloster Meteors en Hawker Hunters, maar vond opnieuw tijd voor lichtgewichten. De eerste twee, de Tipsy Junior (2 stuks) en Belfair (7 stuks) hadden het nog niet. De in 1957 uitgebrachte Tipsy Nipper wel.
Zowel kant&klaar of als bouwpakket verkrijgbaar ging het om een eenzitter met aanvankelijk een open cockpit, gebouwd van hout (multiplex) en doek (katoen) op een gelast stalen buisframe. Leeg woog het 219 kilo. De standaard motor van de serie I en II Nippers werd een door STAMO aangepaste 1490 cc VW motor dat voor de start 45 pk bij 3200 tpm leverde (limiet: 3500 tpm). Droog woog deze luchtboxer 54 kilo. Hier kon de Nipper een top van 161 km/u mee bereiken, met een kruissnelheid van 150 km/u. Snelheden die kleine sportwagens van toen niet haalden. Na het in circa 85 meter loskomen bedroeg het standaard vliegbereik een magere 300 kilometer (plus 30 minuten reserve), maar latere versies konden van tiptanks worden voorzien waarmee het bereik op zo’n 700 kilometer kwam.
Tipsy Up&Down (foto’s: van boven naar beneden: ‘Edouard‘, ‘Admin‘ en ‘Admin‘ op de fotopagina van tipsynipper.com)
Gooien&smijten
Klein en simpel als de Nipper was, was het vanaf het begin zoals dit heet fully aerobatic. Wel werd je er soms vies van. Met de oorspronkelijke motor en brandstofinstallatie kon er bij het gooien en smijten in de lucht olie of benzine vrijkomen. Latere verbeteringen maakten de platte vier en het brandstofsysteem g-proof, en kon je minder smerig tot de limieten gaan (+5 g tot -2 g).
Avions Fairey verkocht uiteindelijk 59 complete toestellen en 78 bouwpaketten, waarna het zich vanaf 1961 met de bouw van F-104G Starfighters ging bezighouden. De productie van de Nipper is echter door diverse licentiehouders voortgezet tot 1971.
Het toestel werd ondanks het formaat en nogal nihilistische constructie een bescheiden hit, en er zijn nog genoeg liefhebbers die ze fully aerobatic houden. Met of zonder gebruik van moderne bits om er meer uit te halen. Vooral wat de krachtbron betreft is er inmiddels een brede keuze. Zo bouwen bijvoorbeeld Rotax en het Australische Jabiru platte viers van 80-85 pk in een formaat en gewicht dat een Tipsy Nipper kan hebben. Sommigen schuwen dat ding uit Down Under, en dromen van een 72.3 kilo wegende 2592 cc 97 pk UL260i viercilinder. Ook dit blijft echter als die nazi-boxer klinken, wat niet iedereen fijn vindt.
Wat zeker prettig klinkt, zijn de radialen van Rotec. Wellicht is hun 102 kilo wegende 110 pk zevencilinder ‘Pratt&Whitney’ R2800 net niet licht genoeg voor een Tipsy Nipper, maar een beetje schuurtjesmens weet hier wel een oplossing voor te bedenken.
Schuurtjesvlijt van JRL Cycles (foto: JRL)
Landen op een A4’tje R4’tje
Tipsy tipcamera
cockpit camera
(Titelfoto: Colin Watson bij tipsynipper.com)