Vandaag verklaarde de VN dat de ebola ramp net zo groot is als de Tsunami destijds, en de aardbeving in Haïti. Dat is eindelijk duidelijke taal. En dan hebben we het over de ramp zoals die voor de VN zichtbaar is. Want dat de ramp in werkelijkheid nog groter is, zal nu mondjesmaat naar buiten komen. Ebola grijpt om zich heen in West-Afrika. Het leven ligt stil. Veel mensen gaan dood aan andere ziekten omdat er vrijwel geen gezondheidszorg meer is. Mensen lijden honger. Ebola patiënten krijgen vaak niet eens te eten omdat de gebieden in quarantaine zijn en de logistiek maar niet op gang komt. In een kliniek in Kenema, één van de epicentra in Sierra Leone, liggen de ebola patiënten in de gangen van het ziekenhuis dood te gaan. Tussen de gezonde zwangere vrouwen die voor een controle of een bevalling komen. In een ander ziekenhuis worden de ebola patiënten opgesloten in een kleine zaal waar ze niet allemaal in passen. De deur gaat op slot. De verpleegkundigen durven er niet bij. Er is niemand die het bloed en de ontlasting durft op te ruimen. Niemand die ze eten of drinken brengt. Als ze wel verzorging hadden gekregen, was hun overlevingskans fifty-fifty geweest. Nu zijn ze alleen al door uitdroging aan de dood overgeleverd.
Ebola is een virus. De mensen die het treft, zijn paria geworden. Ze moeten achter slot en grendel. Eenzaam sterven. Als ze willen vluchten, worden ze onder dwang teruggebracht naar de ebolakliniek. Om daar vervolgens verwaarloosd te worden. Zij zijn de ziekte. Hun mensenrechten worden hen volledig afgenomen. Het grenst aan waanzin. En daarom zijn er veel mensen die hun dierbaren gewoon thuishouden. Ze nemen de risico’s op de koop toe. Niemand, maar dan ook niemand wil op die manier sterven. Maar dat lijken we niet te willen zien. Zij zijn een probleem dat geëlimineerd dient te worden. Ze zijn geen mensen meer. Niemand die voor hen vecht, of zich werkelijk bekommert om hun lot. Het is een dood die je je ergste vijand nog niet toewenst. Maar hen die het overkomt, jagen we zonder enige gewetenswroeging die traumatische dood in. Het virus moet immers teruggedrongen worden. Dat het allemaal niet nodig zou zijn als de wereld zich wat meer om de mensen daar zou bekommeren, lijkt niet tot ons te willen doodringen.
In Nederland gingen gisteren dan ook eindelijk de alarmbelletjes rinkelen. De Minister van Volksgezondheid ziet in dat Nederland meer zou moeten helpen. Er komen slappe overwegingen over overheid, Afrika en corruptie voorbij. Dan toch maar weer kiezen voor een bijdrage aan Artsen Zonder Grenzen. Prima, dat hebben ze verdiend en hard nodig. Als Artsen Zonder Grenzen er niet was geweest, dan was inmiddels heel Afrika aan Ebola bezweken. Maar het blijft dweilen met de kraan open. Zet er meer medisch personeel neer onder precies dezelfde omstandigheden en voilá, de vraag zal alleen maar blijven toenemen. Meer medisch personeel sturen is één stap in een groot pakket aan heel noodzakelijke oplossingen. Want dat medisch personeel moet uitgerust worden met medische hulpgoederen. En als die dan in de havens blijven liggen, of in het depot of op straat op de markt terechtkomen, dan kan zelfs een heel leger aan medische hulpverleners geen verschil maken. De ene genezen patiënt wordt opgevolgd door drie nieuwe, zieke patiënten.
Als hulpverlening effectief moet zijn, dan moet op alle fronten goed aangepakt worden. Logistiek, data verzameling, automatiseren van gegevens, opzetten van goede communicatie tussen de verschillende diensten. Er moeten mensen het hele land door om ebola patiënten op te sporen. Om hun familieleden in de gaten te houden. Politie en leger moeten goed worden getraind en uitgerust met beschermende pakken. De gewone ziekenhuizen moeten weer open en voorbereid worden op eventuele ebola gevallen. De stijging in de voedselprijzen moet direct weer ongedaan gemaakt worden. De kwaliteit van de zorg moet omhoog. En alles moet tegelijk. Laat je één ding liggen, dan kan je gewoon weer van voren af aan beginnen. Als je het doet, doe het dan goed. Met alleen medisch personeel ben je er niet. Sterker nog, die breng je met zo’n strategie eigenlijk alleen maar in gevaar.
Als je de epidemie in West-Afrika terug wil dringen, moeten mensen als allerhoogste prioriteit vertrouwen krijgen in hun overheden. Die overheden zullen moeten worden ondersteund. De internationale gemeenschap zal heus haar manier wel vinden om die overheden ter verantwoording te roepen. West-Afrika is zeer complex. Met name in Sierra Leone en Liberia zal het moeilijk zijn om vat te krijgen op overheden en bevolkingen. Maar het is zeker niet onmogelijk. Ieder systeem kent zijn eigen logica. Mensen laten zich altijd in een bepaalde taal, of op een bepaalde manier aanspreken. Men moet zoeken naar oplossingen die de bevolking vrijwillig ondersteunt. En die mogelijkheid is er best.
Door de burgeroorlogen in Sierra Leone en Liberia, hebben de bevolkingen van die landen heel weinig vertrouwen in hun overheden. Er is veel argwaan. Men klampt zich vast aan complottheorieën. Het biedt troost èn een zichtbare vijand, tegelijkertijd. Angst houdt het land volkomen in haar greep. De bevolkingen zijn verlamd. Ze voelen zich in de steek gelaten. Er wordt óver hen gepraat en niet mèt hen. Met name door goedbedoelende buitenlanders, buitenlandse instituties en de buitenlandse media die van volstrekt normale fenomenen iets exotisch en verwerpelijks maken. De bevolkingen van de ebola landen krijgen de schuld. Zij zijn achterlijk omdat ze hun eigen zieken willen verzorgen. Ze zijn achterlijk omdat ze hun doden willen wassen en netjes willen opbaren. Wat bijzonder is, aangezien wij dat in onze ‘moderne’ samenlevingen ook doen. Bij ons gebeurt door een ‘professional’. Dat wij dat niet met onze eigen ogen zien, betekent niet dat het niet gebeurt. Maar als het om Afrika gaat, verzandt men al gauw in exotismen en lijkt men blind te zijn voor uitingen van volstrekt normaal menselijk gedrag.
Als het om de dood en het leven gaat, heeft ieder volk zijn eigen bijgeloof. De ebola epidemie raakt de essentie van het bestaan. En dat is voor geen enkel mens makkelijk. Wil men dat mensen meewerken aan hulpverlening, dan zal men mèt de cultuur moeten werken, in plaats van er maar steeds tegenin blijven gaan. Als mensen in een hoek worden gedreven, zo is gebleken, slaan ze op de vlucht. Met alle gevolgen van dien. Doodsangst maakt de oerinstincten in mensen los. Men wil overleven. Kostte wat het kost. Als mensen ervan overtuigd kunnen worden dat hun beste kans om in leven te blijven, binnen een ebolakliniek is, dan heeft men het al van de epidemie gewonnen. En dat gaat niet als de aanpak niet drastisch wordt omgegooid. Hulp aan ebolalanden kan alleen maar geboden worden in een totaalpakket. Mèt de mensen samen, met de benodigde middelen en met de vereiste veiligheidsmaatregelen voor medisch personeel.
Ik zou zeggen: overheid, dat ben je aan je gezondheidswerkers, de mensen daar en de volksgezondheid hier in Nederland verplicht.
Kijk ook eens op KickEbola.org, zich aanbiedt om de overheid voor te lichten over de situatie in Sierra Leone, de cultuur de politiek en de benodigde aanpak. De stichting is opgericht door personen en experts met stevige banden met het land. KickEbola.org kent Sierra Leone van binnenuit. KickEbola kan de overheid in contact brengen met kenners van de Liberiaanse situatie en cultuur.
Dit artikel verscheen eerder op het weblog van Ginny Mooy, die zelf betrokken is bij kickebola.org