Het is in november 65 jaar geleden dat het eerste verhaal van voetballer Kick Wilstra verscheen. Deze stripboeken worden vanaf volgende maand daarom opnieuw uitgegeven. Het eerste avontuur van Kick Wilstra stond in november 1949 in de Ketelbinkiecourant, zoals het blad in Rotterdam heette, en Kapitein Rob’s Vrienden, de naam in Amsterdam. Sprenger was in 1949 net vertrokken bij de studio van Marten Toonder, voor wie hij in 1943 begon te werken. Vanwege een reorganisatie moest hij op 1 december 1948 weer vertrekken.
Kick Wilstra – een samenvoeging van Kick Smit, Faas Wilkes en Abe Lenstra – was niet alleen een wondermidvoor, maar bestreed in het dagelijkse leven ook nog eens het onrecht. Daarvoor had hij alle tijd, want in die jaren vingen voetballers nog gewoon boeven – als ze tenminste geen sigaren verkochten.
De strip verscheen tot en met 1959 in verschillende bladen, tot in het buitenland toe. Van de langwerpige albums verschenen achttien delen, die enorm populair waren. Dat bleek wel in oktober 1953 toen dagblad de Typhoon in Zaandam een levende versie van Kick Wilstra opvoerde als een reclamestunt op een middenstandsmanifestatie. Duizenden jongeren verdrongen zich rond de stand van de krant, waarvoor alles moest wijken. Een handelaar in porselein, die de pech had hiernaast te staan, kon net op tijd zijn handel in veiligheid brengen. Kick Wilstra groeide zo uit tot een icoon van de jeugdcultuur van de jaren 50.
Precies 65 jaar na de eerste publicatie van Kick Wilders worden de oude albums opnieuw uitgegeven – net als toen in langwerpige uitvoering. Zo keren we terug naar de jaren dat Nederlandse voetballers in het buitenland nog niets voorstelden, maar wel de tijd hadden om boeven te vangen.
Hoe vaak speelden Kick Smit, Faas Wilkes en Abe Lenstra eigen samen in één team? En hoeveel verdiende Sprenger met zijn strip? Een uitgebreid verhaal staat op Blendle – hier voor 28 cent.
