Staatssecretaris Wilma Mansveld (Infrastructuur) zou het jammer vinden als de sfeer ontstaat dat de ov-chipkaart kan worden weggegooid. “Want dat is niet aan de orde”, zei ze donderdag in een debat met de Tweede Kamer over het openbaar vervoer.
Ze reageerde op berichten in media dat diverse partijen af willen van de ov-chipkaart, omdat die klantonvriendelijk zou zijn en het klachten regent.
Bij de Consumentenbond kwamen inderdaad in 3 maanden 2400 klachten binnen, onder meer over het vele in- en uitchecken. Hoewel volgens Mansveld elke klacht er een te veel is, relativeerde ze de cijfers: er zijn 2,8 miljoen reizigers en 38 miljoen ov-transacties per week.
“We hebben een goed werkend systeem, met een 7,6 voor gebruikersgemak. In geen enkel ander land kun je met één kaart in het openbaar vervoer terecht. Daar mogen we trots op zijn”, zei Mansveld. “Dit is een rijdende trein, die mag niet stoppen.”
Wel is Mansveld het met de Tweede Kamer eens dat het systeem verder moet worden ontwikkeld. Er lopen diverse proeven, zoals reizen op rekening (RET), betalen met bankpas (HTM) en betalen met je mobieltje (Arriva).
De Kamer drong er bij Mansveld op aan op te schieten met het verbeteren van de ov-chipkaart. Volgens de staatssecretaris moet een en ander goed gebeuren en eerst goed worden getest en dat kost tijd.
Mede door uitlatingen van VVD-Kamerlid Betty de Boer leek het er deze week even op dat een Kamermeerderheid de ov-chipkaart wil afschaffen. Maar dat bleek niet te kloppen. Volgens De Boer wil de VVD de chipkaart niet vervangen, maar “doorontwikkelen”. Het huidige systeem is achterhaald, zei ze.
Volgens de SP heeft De Boer een “grote mond” opgezet. PvdA-Kamerlid Duco Hoogland is blij dat de “luchtballon” snel is doorgeprikt. “De afschafcoalitie deed haar eigen naam gelukkig snel eer aan door terug te komen van dit waanzinnige idee”, zei hij.
Anp