Ben je AOW’er en heb je een jongere partner, dan kom je misschien in aanmerking voor de zogenaamde partnertoeslag. Dit is een bedrag van maximaal 734,41 euro bruto per maand. De toeslag loopt totdat de jongere partner de AOW-leeftijd ook heeft bereikt.
Dat kan een fijne aanvulling zijn. Maar in 2015 veranderen de regels. En dat betekent voor veel mensen dat ze naar een toeslag kunnen fluiten.
Check ook: Stappenplan: bereken je pensioentekort
Dit even eerst: ontvang je nu al een partnertoeslag, dan is er in principe niks aan de hand. Die toeslag houd je namelijk, maar let wel even op: dit is alleen het geval zolang je aan de voorwaarden voldoet. Als er een dag komt dat je er niet meer aan voldoet, dan verdwijnt die toeslag voorgoed.
Ook als je de AOW-leeftijd vóór 1 april bereikt heb je recht op partnertoeslag. FiscAlert noemt de volgende regels:
Als je de AOW-leeftijd na 1 april bereikt krijg je hoe dan ook geen toeslag. Dit kan – en zeker als je echt op de toeslag rekende – een flinke financiële tegenvaller zijn.
Misschien moet je die verlaging van je inkomen zelfs absoluut ergens mee op zien te vangen. Je zou er voor kunnen kiezen vooraf geld opzij zetten. Of je partner gaat (meer) werken, of jijzelf blijft (gedeeltelijk) aan het werk. Maak hoe dan ook een inschatting van de gevolgen (hoe komt je inkomen er uit te zien?) en kijk of je iets moet regelen, en hoe je dat dan doet.
Check ook: Doorwerken na de AOW-leeftijd? Er komen nieuwe regels
Lukt dit allemaal écht niet, en komt je inkomen onder het sociaal minimum te liggen, dan kun je nog kijken of je in aanmerking komt voor de aanvullende inkomensvoorziening ouderen (AIO), schrijft Rijksoverheid.
Dit is een onderdeel van de wet werk en bijstand. Maar je krijgt ‘m niet zomaar, let op de voorwaarden. En, tot slot: houd er rekening mee dat er een arbeidsverplichting voor je partner geldt.
Check ook: Geld wegzetten: spaarrekening of de beurs op?
Dit artikel verscheen eerder op IEXGeld.nl