Direct na de aanslag op Charlie Hebdo barstten de sociale media uit hun voegen. Vrijwel meteen ontstonden kampen, werd er over en weer woedend op de situatie en op elkaar gereageerd en leek die burgeroorlog waar voor wordt gevreesd al in volle hevigheid uitgebroken. Digitaal, weliswaar maar daarom niet minder relevant.
Het internet is de grabbelton voor meninkjes, om te weten te komen wat er speelt in den lande. Wat is het gevoel na de aanslagen, nu de storm weer enigszins is geluwd? Want ondanks die geluwde storm stopt de stortvloed aan meningen niet. Ze waaieren rond op Twitter, op Facebook of ergens in een reaguurselsregister. Naar aanleiding van wat mensen zeiden op internet na de aanslag op Charlie onderscheidde ik grofweg drie tendensen. Daar trok ik enkele conclusies uit.
Ten eerste is in Nederland de steun voor de Facebookpagina ‘NietMijnIslam‘ enorm. In enkele dagen steeg het aantal likes boven de tienduizend. De pagina is een initiatief van (jonge) Nederlandse moslims, mensen die van zich willen doen spreken maar het gevoel hebben dat ze niet aan het woord komen omdat de aandacht vooral uitgaat naar de radicalen, diegenen die een islam vertegenwoordigen waarvan zij zeggen dat deze niet de hunne is. Een logische reactie dus van veel jonge moslims om de pagina te liken. De kernboodschap omschrijven de oprichters als volgt:
Genoeg is genoeg. Wij weigeren om onze stem niet te laten horen. Wie zijn wij? Wij zijn de meerderheid. Die meerderheid waar vaak over gesproken wordt, maar nooit met. Diegene die niet worden uitgenodigd bij Pauw of De Wereld Draait Door want wij staan voor nuance en harmonie in plaats van extreme standpunten en conflicten.
Opvallend is dat de de pagina óók door veel niet-gelovigen wordt geliked. Dat is opvallend omdat het een duidelijke tegenreactie is op de ‘er is maar één islam’-roepers, en dat is dan de islam van geweld en haar aanhangers die dit geweld ten uitvoer brengen. Het is begrijpelijk dat gelovigen de aanslagen niet willen associëren met waar zij voor staan maar het is op z’n zachtst gezegd ‘apart’ dat niet-gelovigen dit eveneens denken te kunnen.
President Hollande riep het al na de aanslagen: “dit heeft niets met islam te maken”, president Cameron zei het al eerder omtrent de beesten van IS en onze eigen premier Rutte neemt het woord islam niet eens in de mond. Zo zijn er duizenden met hen.
Vanzelfsprekend, en dat is de tweede tendens, is het tegengeluid nu groter dan ooit. Opiniestuk na opiniestuk wordt de pen uitgedrukt. In Nederland nemen columnisten stelling, zoals Annabel Nanninga deed:
En nu is het oorlog. De slachting op de redactie van Charlie Hebdo is de internationale Theo van Gogh. Handenwringende politici, woedende burgers, juichende moslims, het hele godvergeten circus barst los in Europa.
Het is de schuld van de islam. Kom mij niet aan met de miljoenen vredelievende moslims in Europa, het kan me geen reet schelen dat er ook aardige mensen bij die club horen, het is mooi geweest.
De oorlogsretoriek bleef niet onopgemerkt. Nanninga kreeg hoon, maar ook bijval, want natuurlijk is genoeg genoeg. Het is de druppel wanneer individuen menen de fundamenten waarop onze vrije democratie is gestoeld te moeten ondermijnen door deze van binnenuit uit te hollen. Angst mág niet de overhand nemen, want dan winnen de vrijheidsondermijnende fanatici.
Rob Wijnberg van de Correspondent reageerde een dag erna met een stuk waarin hij juist die oorlog veroordeelt. Oorlog, woede en angst, het zijn volgens hem allemaal reacties die we zelf in de hand hebben. Wij bepalen volgens hem de gevolgen van terreur; we moeten samen naar verbinding zoeken, naar vereniging.
Maar volgens velen zijn we dat station nu wel gepasseerd. Joost Niemoller kwam nog op de dag van de aanslagen met een 10-stappenplan om de islam aan banden te leggen. Zijn motivatie hiervoor: er zijn slechts vier categorieën moslims:
1. Jihadisten die aanslagen plegen.
2. Stilzwijgende instemmers, de overgrote meerderheid.
3. Mediamoslims die zeggen wat de journalisten van de MSM willen horen.
4. Ex-moslims.
Net als bij Nanninga waren de reacties op Niemoller voorspelbaar: naast gejuich vooral ook veel hoon, haat en afwijzing. Niemoller is een ‘idioot’ en wordt zelfs en passant een zionist genoemd. Natuurlijk komt de term ‘schedelmeter’ weer voorbij. Van gekkigheid weet een correcte meute niet meer hoe snel ze bepaalde stukken, meningen én personen moet demoniseren als het hen onwelgevallig is. Zo maakte zelfs tot in het hoge Noorden Nanninga’s stuk de tongen los; de Groenlinksfractie Midden Drenthe twitterde:
Moslima’s belaagd door islamhaters – met dank aan @geertwilderspvv@geenstijl#nanninga cs http://t.co/VTacu7HMkU
— GL Midden-Drenthe (@GLMiddenDrenthe) January 10, 2015
Ten derde. De afwijzing en zelfs haat tegen uitgesproken opiniemakers is vreemd, gezien de ogenschijnlijk massale steun voor ‘JeSuisCharlie’, een burgerinitiatief dat wereldwijd bijval vindt en zegt: wij staan voor de vrijheid van meningsuiting. Zeker na de aanslagen is de verleiding groot te vervallen in angst, in terughoudendheid. Het angstgevoel was bij de cartoonisten van Charlie Hebdo sowieso niet leidend, en in hun navolging moeten wij dat nu ook niet zijn.
Een mooie gedachte, ware het niet dat de aanhang van JeSuisCharlie nu al megalomane trekken begint te vertonen die doen denken aan de nationale volksrouw na de MH-17-ramp en zelfs Het Glazen Huis: iedereen doet mee, verandert profielfoto’s op Facebook, smijt met teksten van Voltaire (het liefst in het Frans, want dat staat interessanter) en loopt mee in stille tochten, gehuld in T-shirts met daarop de tekst JeSuisCharlie. Het is grotesk, en je vraagt je oprecht af: staan deze mensen nu allemaal pontificaal voor het vrije woord of keuren ze simpelweg geweld af?
Is men geschrokken van zoveel grove terreur, via YouTube direct in je smoelwerk gepompt? Het is extreem confronterend, we zijn in shock maar hoe is het in vredesnaam mogelijk dat burgemeesters en andere hoogwaardigheidsbekleders meelopen in een JeSuisCharlie-tocht waarin wordt opgeroepen te staan voor vrijheid, terwijl velen onder hen vooraan stonden te dringen om aangifte te doen tegen Geert Wilders toen hij zijn mening gaf?
Toen cartoonist Gregorius Nekschot werd opgepakt, klonk uit dezelfde hoek van hypocriete bestuurders een instemmend geluid. Net als toen waren afgelopen week de camera’s op hen gericht. De waan van het moment was anders, en dus werden er andere dingen geroepen. Dat wringt, en niet een klein beetje.
Daarom is JeSuisCharlie verworden tot een oproep tot verdraagzaamheid in plaats van nu pal te staan voor die heilige vrije meningsuiting. En vooropgesteld: er is niets mis met een oproep om niet alle moslims uit te sluiten, er is niets mis met de beveiliging van moskeeën want de realiteit is dat er wel degelijk eigenrichting plaatsvindt.
Alleen is dat niet waar JeSuisCharlie voor hoort te staan. Mensen die na de aanslag riepen ‘de PVV’ers hebben hun zie je wel-moment’, die direct in de pen klommen om over racisme en discriminatie te beginnen, het is absurd. Want daar gáát het nu even niet om.
JeSuisCharlie bleek corrumpeerbaar en werd gekaapt door de Peter Buwalda’s, Groenlinksers en Rob Wijnbergs van dit land. Waar het werkelijk om ging is ondergeschikt gemaakt. Ook de ‘ideologie’ van de vrijheid is bij dezen gekaapt door fanaten. Mediageile en angstig correcte mensen die niet écht staan voor een absolute vrijheid in woord, geschrift of cartoon.