Het was ergens in januari 2011, in Groningen. Ik heb het hier niet over een misdaad inclusief slechte Peter R. de Vries-aankondiging, maar over een dag die me nog lang bij zal blijven. We waren namelijk wel aan aardig wat gewend geraakt in het voorgaande jaar.
Het jaar was begonnen met een succesvolle clubtour en de zomer die volgde stond vooral in het teken van festivals die we als headliner meestal mochten afsluiten. Ontelbare promo-optredens op radio en tv, repetities en urenlang in vliegtuigen en busjes brachten ons naar het voorlopige hoogtepunt. In december was de Heineken Music Hall namelijk drie keer uitverkocht om ons te horen spelen. We waren Caro Emerald. Althans niet persoonlijk, maar ik maakte deel uit van de band die haar mocht begeleiden.
Er volgde een korte vakantie na het HMH-avontuur en de batterij was weer opgeladen voor een lang weekend Groningen. Eurosonic/Noorderslag stond weer voor de deur en het festival begon vroeg voor ons. Eurosonic/Noorderslag is altijd een marathon van vier dagen met veel muziek, alcohol en nog meer handen die geschud moeten worden. Ons schema voor 2011 was niet mis. Zo mochten we op woensdag de zoveelste award ophalen. Dit keer de EBBA waarvan we geen idee hadden waar de prijs voor stond en waarom we hem wonnen, maar ach, het was mooi meegenomen.
Na een optreden in de show volgde een roerige avond in de stad en na een korte nacht was het donderdag en maakten we ons klaar voor het hoofdpodium op de Grote Markt. Daar stonden we een uur lang te bevriezen tijdens ons slechtste optreden ooit. Maar goed, als echte professionals konden we het van ons afschudden, de stad stond immers op ons te wachten! Na twee gigs in Amsterdam gedaan te hebben, reed ons busje op zaterdagochtend weer vroeg richting Groningen. Het toetje, Noorderslag in de Oosterpoort, stond namelijk op ons te wachten. Wij waren de winnaars van de befaamde Popprijs.
Zoals meestal bij awardshows wisten we al ruim van te voren dat wij de gelukkige winnaars zouden zijn. Tenslotte moet de winnende band maar net in het land zijn waardoor een beetje vooruit plannen een noodzaak is. Nadat het nieuws bij ons binnenkwam, konden we nog maar over één ding dromen. De bierdouche die ons stond te wachten. We hadden ons zorgvuldig voorbereid door alle voorgaande prijsuitreikingen goed te bestuderen. Wat is de etiquette tijdens een bierdouche? En moet je bukken of er vol in gaan? Wij besloten tot het laatste en toen het doek viel volgde een sprint naar het podium waar een volle zaal gewapend met bier op ons stond te wachten.
Wat volgde was iets dat bijna niet te beschrijven valt, deze surreële ervaring was prachtig om mee te maken. Ik denk dat de hele douche misschien een minuut of twee duurde, maar daarna begonnen we doorweekt aan ons optreden, gewapend met een geur waartegen een sauna met Axe niets in te brengen heeft.
Ondertussen zijn we in 2015 en staat de bierdouche dankzij Giel Beelen ter discussie. Een frustratie of een mening uiten is het recht van iedereen, daarom is de kritiek die Beelen tegemoet komt ook onterecht. Wat echter niet helemaal zuiver aan het verhaal is, is dat de artiesten helemaal niet zitten te wachten op het afschaffen van de bierdouche. Dit is een prijs die nergens anders te winnen is. Het is geen beeldje dat thuis in een doos op zolder verdwijnt of een gouden plaat die als onderzetter dienst doet, maar een extra onderscheiding waarvan weinig mensen kunnen zeggen dat ze hem ook hebben.
Tijdens onze overwinning in 2011 gingen er al stemmen op om de presentatie van de prijs te veranderen. Dus of het helemaal waar is dat de jury niet meer het podium op durft, zal ergens in het midden liggen. Zoals Giel zei, waren ook onze instrumenten ingepakt in plastic. Maar dat waren ze ook op de Zwarte Cross en enkele andere festivals. Het verschil is dat we wisten dat de douche in Groningen zou komen en dat we ons konden voorbereiden, terwijl het op een festival altijd onverwacht is. En daardoor een stuk gevaarlijker en vaak destructiever voor apparatuur en geest. Nadat de bierdouche voorbij was werden de instrumenten uitgepakt en hield iedereen zich weer keurig aan de regeltjes. Geen biertje werd gegooid tijdens het optreden, en ondanks dat we slechts een korte set mochten spelen, leek er extra energie in de zaal te hangen.
Ja, het is een stom iets. Bier is er om te drinken. Dat snapt een niet-drinker zoals ik zelfs. Het is ook onverklaarbaar waarom deze traditie ooit begonnen is. Maar laten we alstublieft af en toe ook een beetje buiten de lijntjes kleuren in ons keurige poplandschap. Gun de mensen die speciaal naar Groningen komen het om 10 minuten stout te zijn. Daarna worden alle kleine Edward Hyde’s weer keurige Henry Jekyll’s. En gun vooral artiesten die keihard werken dit unieke moment, want een tweede keer zal er nooit komen.
We hebben allemaal de bierdouche doorstaan, en na enkele wasbeurten was er niets meer van te ruiken. Het enige dat gesneuveld is, is mijn macbook. In al haar enthousiasme riep Caro tijdens het laatste liedje “Hebben jullie nog bier?”, waarna een iemand als een echte Roger Clemens zijn biertje op mijn computer wist te gooien. Gevolg was een computer waar rook uit kwam en een laatste nummer dat zonder backings afgemaakt moest worden. Maar ach, volgens mij is een rijmpje over eigen schuld hier wel gepast. Het was in ieder geval een avond om nooit te vergeten.
Beeld: Sander Baks