Ko Colijn, directeur van denktank Clingendael en sinds mensenheugenis actief, publicerend PvdA’er, maakt op socialistische wijze zijn ondergeschikte Peter van Ham af. Want die verdedigde de PVV en veroordeelde ‘links-liberale vooroordelen’.
Maandag schreef ik een columnpje over een opiniestuk van dr. Peter van Ham, verbonden aan Instituut Clingendael in Den Haag, in NRC gepubliceerd onder de kop Wilders heeft gelijk maar krijgt het niet, met ondertitel: Links-liberalen leggen ons een denkverbod op met de islam.
Dat was niet mis. Ik verbond deze brisante uiting direct met het eerbiedwaardige instituut Clingendael. Dat viel daar niet goed. De directie nam maatregelen: men scherpte de regels voor het publiceren van politieke meningen door medewerkers aan. Maar zette ook dit op de website:
“Reactie opiniestuk NRC Handelsblad 26 januari 2015
Op 26 januari 2015 publiceerde NRC Handelsblad het opiniestuk ‘Wilders heeft gelijk maar krijgt het niet’. Dit opiniestuk is door Peter van Ham in feite op persoonlijke titel geschreven, doch aangeboden met de toevoeging ‘verbonden aan het Instituut Clingendael’.
Het onderwerp van het artikel is niet gebaseerd op het onderzoekswerk van Clingendael op het gebied van internationale betrekkingen en sluit niet aan op het huidige onderzoeksveld van dr. van Ham binnen het instituut.
Het staat onderzoekers van Clingendael vrij om met referentie naar hun functie bij Clingendael opiniestukken, artikelen en blogs te schrijven binnen hun expertiseveld. In dit geval is hier geen sprake van. Het instituut beschouwt zich derhalve niet als afzender van dit opiniestuk.’
Ko Colijn, directeur Instituut Clingendael.”
Heftige discussies op en rond Clingendael met, en over Peter van Ham, gingen eraan vooraf. Met deze slappe uitkomst: hij had wel vrijheid van meningsuiting, maar mocht dit opiniestuk niet schrijven als Clingendaeler omdat hij er geen verstand van heeft. Geen Clingendael-verstand althans.
Terwijl de man al dertig jaar opinieert over terrorisme, veiligheid en politiek in binnen- en buitenland.
Nog in 2014 schreef hij – ook als onderzoeker van Clingendael – in NRC: “Als de Nederlandse burger zich wil uitspreken tegen een Verenigde Staten van Europa, kan hij/zij altijd nog op de PVV stemmen.”
Daar distantieerde het instituut zich niet van, ofschoon dat stuk meer op feiten gebaseerd was dan zijn brisante mening van afgelopen maandag. Niet voor niets schreef ik: “Is dat nou verstandig?” Wellicht niet, maar heeft Ko Colijn het recht om Van Ham af te maken? Van Ham zelf wil er in elk geval niks over kwijt.
Dan put ik maar uit m’n geheugen: Colijn schreef decennia vaak goede artikelen voor Vrij Nederland, en de afgelopen jaren columns. Dat zijn afwisselend voortreffelijke nuchtere analyses en open deuren, zoals bij elke columnist.
Daarnaast is Colijn prominent PvdA-lid. En misbruikt daar ook zijn VN-hoekje voor. Zo gaf hij in 2012 Diederik Samsom de volle laag over diens voorstel voor defensiebezuinigingen. Het lezen waard. De kern:
“De PvdA-top had weinig tijd nodig voor een oplossing. Easy target, we pakken gewoon nog een keer één miljard euro van defensie en dan is het probleem uit de wereld. Zonder overleg met de fractiespecialisten, de fractieadviescommissie voor defensie, ja wie er ook maar verstand van had, werd de zeis in tien minuten over het defensiebudget gehaald.”
Wie zou toch die ‘fractieadviescommissie’ zijn? Nee, niet Peter van Ham. Die was ook niet in de positie om zijn directeur ooit kritisch te vragen hoe het toch zat met diens verschillende petten, meningen en invloeden. Moet kunnen, dacht Peter van Ham. Iedereen kent langzamerhand de achtergrond van Ko, Clingendael en PvdA. Opinie, in een vrij land.
Maar nu wordt Van Ham wel even als een Fred Flintstone bij het vuil gezet. Omdat het zo uitkomt. Ook aan daden herken je socialisten…
