Grote nieuwsorganisaties hebben moeite om groepen te bereiken waar de islam het voornaamste geloof is. Dat zorgde ervoor dat de media na de aanslag in Parijs moeite hadden om de aanslag goed te duiden. Dit blijkt uit een in Nieuwe Revu gepubliceerd artikel.
AD-hoofdredacteur Christiaan Ruesink miste de harde woorden. “Wij hebben Wilders in de krant gehad en ook Aboutaleb en Marcouch die wel degelijk de link met de islam legden. Bij de publieke omroep zie ik toch te veel politiek correcte mensen die terroristen loskoppelen van het geloof.”
Hij kan zich wel vinden in de kritiek van hoogleraar journalistiek Jeroen Smit die stelt dat journalisten slechts in beperkte mate toegang hebben tot netwerken waar de islam het voornaamste geloof is. “We hebben twee mensen volledig op dat dossier zitten en zij doen goed werk. Maar er werken hier inderdaad te weinig mensen met een islamitische achtergrond om alles te weten.”
Ook Pieter Klein, adjunct-hoofdredacteur RTL Nieuws vindt zijn redactie wat eenzijdig. “Ingewikkeld. Ook onze redactie is behoorlijk wit, maar het is niet makkelijk om dat te veranderen.”
Marcel Gelauff, hoofdredacteur van NOS Nieuws zegt dat hij een redactie zou willen met journalisten die een verschillende achtergrond hebben. “Op zich jammer. Je wilt als medium toch alle mogelijke geluiden laten horen.”
‘Ik hoorde niemand die de koppeling maakte tussen de islam en de aanslag terwijl dat toch een rationele denkwijze is’
Jan Dijkgraaf was hoofdredacteur van gratis krant Metro toen zijn columnist Theo van Gogh werd vermoord en nu is hij zelf columnist bij die krant. De berichtgeving over ‘Charlie Hebdo’ vond hij tijdens de eerste twee dagen prima, want toen ging het alleen om het nieuws. Daarna werd het hem – vooral bij de publieke omroep – veel te politiek correct. “Ik hoorde niemand die de koppeling maakte tussen de islam en de aanslag terwijl dat toch een rationele denkwijze is. Annabel Nanninga is pas na twee weken, tijdens de uitzending van de thema-avond Jouw vrijheid, mijn vrijheid, aan het woord gekomen. Het is echt een doelbewuste strategie om dat geluid te negeren.”
Dijkgraaf vindt het gebrek aan allochtone journalisten geen goed excuus. “Het gaat erom dat de islam mensen zo gek maakt dat ze aanslagen plegen. Je hoort alleen dat het, in het geval van Parijs, om lone wolves zou gaan. Maar ze beroepen zich toch duidelijk op de islam? IS noemt zichzelf toch niet voor niks Islamitische Staat?”
Dijkgraaf vindt dat media het frame van ‘gekkies als terroristen’ bewust in stand houden. “Media als Trouw, de Volkskrant en de publieke omroep zitten niet op die eerlijke analyse te wachten.”
‘Zo ging dat ook bij Van Gogh: er was dreiging, maar er is nooit onderzocht waar die dreigementen vandaan kwamen’
In zijn column van 8 januari wendde hij zich tot minister Opstelten. “Zet even wat mannetjes voor de deur bij GeenStijl want het is oorlog.”
Staat hij nog achter die uitspraak? “Het is naïef om te denken dat GeenStijl geen potentieel doelwit is. Zo ging dat ook bij Van Gogh: er was dreiging, maar er is nooit onderzocht waar die dreigementen vandaan kwamen.”
Hans Laroes, voormalig baas van het journaal en voorzitter van de Raad voor de Journalistiek, herkent het politiek correcte beeld dat Dijkgraaf schetst helemaal niet. Sterker nog, hij vindt juist dat er nuance ontbrak in de berichtgeving na Parijs. “Een van mijn punten is dat de journalistiek niet alle verhalen maakt die er te maken zijn door het gebrek aan kennis. Volgens mij ligt de basis van die aanslag niet alleen in het geloof, maar heeft het ook met de sociale situatie te maken en spelen nog meer elementen een rol, zoals opvoeding en cultuur. Dat brede verhaal zou ik graag horen, maar een talkshow is daarvoor geen goede manier. Ik mis de intelligente benadering.”
Vond hij de debatten tussen Nanninga en rapper Appa tijdens Mijn vrijheid, jouw vrijheid verfrissend? “Dat is typisch voor televisie: twee tegen elkaar schreeuwende mensen waar niemand verder wat aan heeft. Je moet elk geluid laten horen, maar je moet wel oppassen om Annabel Nanninga als een soort goeroe te gaan zien. Ik vind haar en Jan Dijkgraaf meer cabaret dan journalistiek.”
Lees het volledige artikel via Blendle.