De organisatie van de jaarlijkse herdenking van de afschaffing van de slavernij krijgt van het kabinet geen subsidie meer. Dit schrijft Het Parool. De herdenking op 1 juli in het Amsterdamse Oosterpark krijgt dit jaar voor het laatst geld van de overheid.
De bezuinigingsmaatregel werd gisteren door de voorzitter van het Nationaal Instituut Nederlands Slavernijverleden en Erfenis (Ninsee) bekendgemaakt. Dit gebeurde op de nieuwjaarsreceptie in het Bijlmer Parktheater in Zuidoost.
Onaccceptabel
Voorzitter Franc Weerwind kondigde hier ook direct aan het stopzetten te zullen aanvechten. “Het is onacceptabel en we laten het er niet bij zitten,” aldus een strijdbare Weerwind.
Schrappen
Het intrekken van de vaste subsidie van 50.000 euro voor de jaarlijkse nationale herdenking volgt op het beëindigen van de subsidie voor het Ninsee. In 2012, toen het instituut tien jaar bestond, trok de rijksoverheid de stekker uit de steun. De gemeente sprong vervolgens bij, waardoor het instituut in afgeslankte vorm verder kon.
Niet belangrijk
Dat het kabinet nu ook de handen aftrekt van de herdenkingsbijeenkomst, vindt Weerwind onbestaanbaar. “Dit is een nationale herdenking, met vertegenwoordigers van het kabinet en gevolmachtigde ministers en ambassadeurs. Het is geen Amsterdamse aangelegenheid. De steunintrekking geeft als signaal af: wij vinden het slavernijverleden niet belangrijk.”
