“In 2013 droeg de gaswinning voor bijna 10 procent bij aan de inkomsten van de rijksoverheid.” Deze zin uit het onderzoeksrapport over veiligheid rondom de gaswinning in Groningen is veelzeggend. Naast de overheid profiteren ook Shell en ExxonMobile enorm van de exploitatie van de gasbel. Geen wonder dat het zo lang duurde voordat het minder ver opendraaien van de gaskraan überhaupt bespreekbaar werd.
Wel verwonderlijk is het uitblijven van verantwoording en adequate afhandeling van de schade die door de gaswinning ontstaat. De vervuiler betaalt. Zoals de burger betaalt wanneer zij afval produceert om te leven, dienen ook de overheid en de NAM te betalen wanneer zij schade maken om geld in het laatje te brengen. De bevingen in Groningen zijn het gevolg van grootschalige energieopwekking. Waarom worden de lasten dan afgewend op de maatschappij? De overheid en Shell/ExxonMobile strijken de winst op, terwijl de samenleving de kosten draagt. Een kromme gang van zaken – in stand gehouden door de status-quo politiek van de VVD en haar minister Kamp – die niet langer te verdedigen valt.
Dat de regeringspartijen het opnieuw niet eens kunnen worden over een groot dossier is een veeg teken. De afwachtende houding van de VVD als het gaat om het dichtdraaien van de gaskraan doet afbreuk aan de daadkracht die het kabinet hier zou moeten tonen. Daarnaast is het liberale karakter van de partij ver te zoeken. Willen de overheid en de NAM aan het Groningse gas verdienen, moeten ze wel zo flink zijn alle kosten hiervan zelf te betalen. Eigen verantwoordelijkheid. Dit standpunt moet de VVD verdedigen.
Maatschappelijke kosten zijn een verborgen subsidie voor het onverantwoordelijk opwekken van energie als deze niet in rekening worden gebracht bij de exploitant. Het is onacceptabel dat de lasten bij een derde partij worden gelegd zonder redelijke compensatie. Wie de lusten heeft, moet ook de lasten dragen. Energieopwekking is voor de exploitant relatief goedkoop wanneer de samenleving opdraait voor de extra kosten. Dit heeft onder meer tot gevolg dat duurzame en gezondere alternatieven zoals windmolens en zonne-energie geen eerlijke concurrentiepositie hebben. Het duurzaam generen van energie veroorzaakt in zijn plaats overigens ook maatschappelijke kosten. Levert de plaatsing van bijvoorbeeld een windmolen aantoonbare waardedaling van woningen op, dient de exploitant deze kosten te betalen.
De manier waarop kosten van energieopwekking nu worden doorberekend, houdt onvoldoende rekening met gevolgen voor de samenleving. De gaswinning in Groningen is een langer voortdurend voorbeeld van diverse projecten die grote maatschappelijke weerstand opleveren. Windmolenparken, grootschalige opslag van co2 en nu ook de ontwikkelingen rondom gaswinning bij Terschelling. Opstand tegen omvangrijke publieke werken is niet verrassend als de gevolgen voor de (lokale) bevolking niet worden gecompenseerd. Maatschappelijke weerstand belemmert de ontwikkeling van een project, maar maakt bovenal duidelijk dat de belangen van de burger niet serieus genomen worden.
Om een eerlijke en evenwichtige samenstelling van verschillende energievormen te creëren moet de exploitant de kosten dragen voor de manier van opwekken. Bovendien worden groene alternatieven op deze manier economisch haalbaar, zonder subsidie. De overheid en de NAM verdienden miljarden aan de gaswinning in Groningen. Het is hoog tijd dat zij dit geld gebruiken om de samenleving te compenseren en om te investeren in duurzame energie.
Gerard Peltjes (werkgroep Energie) en David Schultz (portefeuillehouder Duurzaamheid) zijn lid van de Jonge Democraten.